Dylan kort #446

Allereerst dank aan Alja en Peerke voor hun reacties op Wilde gedachten #8 - altijd goed om te lezen wat anderen draaien wanneer het 'even nodig is' - en aan Joris voor zijn reactie op het stuk over It's alright, ma (I'm only bleeding).
The Last Waltz op De ongeletterde wanhoop.
Vanavond speelt Dylan een concert in Istanboel. Dylan speelde slechts één keer eerder in Istanboel, bijna 21 jaar geleden, op 24 juni 1989, zie hier.
Het stadion waar Dylan vanavond speelt - het Cemil Topuzlu theater - is een klein theater met slechts 4500 plaatsen. Het moet geweldig zijn om een concert in zo'n kleine zaal bij te wonen.

Wilde gedachten #8

In dit huis werd vandaag een verjaardagsfeest gevierd en wie mij een beetje kent weet dat ik niet houd van verjaardagsfeesten. Zelf vier ik al jaren mijn verjaardag niet meer, maar mijn vrouw en kinderen wel.
Voor de deurbel ging ter aankondiging van de eerste visite, heb ik nog 'even geblazen'. Op dit soort dagen ga ik altijd 'even blazen' voor het huis vol visite zit. 'even blazen' is mijn manier om me van te voren al even af te reageren, daarna kan ik de dag wel aan.
'Even blazen' is niets anders dan een cd van Dylan in de speler, één of twee nummers programmeren en het volume op abnormaal hard. Afhankelijk van het gekozen nummer, dans ik dan met mijn kinderen door de kamer, bijvoorbeeld op The Lonesome river. Of ga ik zitten luisteren, kop koffie binnen handbereik, shaggie in de mondhoek, naar Blind Willie McTell. Daarna ben ik redelijk in staat om de gehele dag koffie, thee, fris en bier voor de verzamelde visite in te tappen, taart te snijden en schaaltjes met noten op tafel te zetten.
Vanochtend is het niet The Lonesome river of Blind Willie McTell geworden, maar It's alright, ma (I'm only bleeding) en Marchin' to the city. Daarna ging de deurbel.
Ergens halverwege middag vroeg één van de gasten naar mijn iPod - omdat ze overweegt er zelf een te kopen. Binnen no time ging mijn iPod de kring rond, grote hilariteit, ruim vijfduizend nummers staan er inmiddels op - ik ben nog lang niet klaar met vullen - allemaal Dylan. Zo staat Blonde on blonde er inmiddels vier keer op, in vier verschillende mixen. Wanneer ik vertel dat dit nog maar het begin is, dat er nog meer mixen van Blonde on blonde op mijn iPod komen, zijn wazige blikken mijn deel.
Ik verwacht ook geen begrip, want, laat ik eerlijk zijn, wanneer iemand vol passie vertelt over het kweken van fuchsia's, dan haak ik af.
Iedereen heeft recht op zijn afwijking, om mijn vrouw te parafraseren.
Inmiddels is het huis weer leeg, de kinderen liggen in bed en alle van zolder gesleepte stoelen staan weer waar ze vandaan komen tot de volgende verjaardag.
Ik ga zo nog even gelukkig wezen met mijn afwijking.

Dylan-hoezen door Frits

Dylan-hoezen

Eén van de grote nadelen van de cd's en mp3's, is de hoes. Naarmate de geluidsbestanden kleiner worden, en ook per stuk worden verkocht, verkleint eveneens het formaat van het boekje. Op zich logisch, maar jammer. Want de hoezen van lp's spreken voor zich. Wie bijvoorbeeld kijkt naar hoezen die zijn verkleind – omdat de elpee op cd is verschenen – ziet het verschil het beste. Klein is niet altijd fijn.
De hoezen van Bob Dylan zijn schilderijtjes. De een nog mooier dan de ander. Neem bijvoorbeeld de hoes van Saved, in eerste instantie geweigerd door de platenmaatschappij. Die hand die zich uitstrekt naar de handen in het moeras van ellende, die was te suggestief en te confronterend voor het publiek van de voormalige protestzanger.
Of neem de binnenhoes van Infidels, Dylan op de Olijfberg met Jeruzalem achter zich. Hoe symbolisch of toevallig is die foto?
Opvallend is trouwens ook de “titelloze” albums van Dylan, zoals New Morning en Nashville Skyline. Op de voorkant staat geen titel en artiest vermeld. Alsof Dylan die albums in het illegale circuit wil trekken, als een bootleg. Als het album geen concrete titel heeft, kun je er niet direct naar verwijzen. Dan wordt het 'dat en dat album', zonder naam. Hoe minder je weet, hoe minder je van elkaar kunt verraden.

Dylan kort #445

een voor iemand toen ik tien was door Alja Spaan.
Like a rolling stone 'de beste plaat ooi' op ElvisMatters.

De setlist van gisteravond is weinig avontuurlijk (zie hieronder) en het enige dat me echt opvalt is dat de setlist - in tegenstelling tot de setlists tijdens de tournee door Japan afgelopen maart - zwaar leunt op werk uit de jaren zestig. Maar liefst 12 van de 16 nummers stammen uit de jaren zestig. Vier nummers - Honest with me, Rollin' and tumblin', Workingman's blues #2 en Thunder on the mountain - zijn van recente datum. Drie van deze vier nummers komen van Modern times, niet één nummer van Dylan's meest recente album met eigen songs - Together through life - is op de setlist te vinden.
Van de vier tijdens de soundcheck in Athene gespeelde nummers, werd alleen Highway 61 revisited gespeeld.

setlist 29 mei 2010

01. Rainy day women #12 & 35
02. Lay, lady, lay
03. I'll be your baby tonight
04. Stuck inside of Mobile with the Memphis blues again
05. Just like a woman
06. Honest with me
07. Desolation row
08. Ballad of Hollis Brown
09. Rollin' and tumblin'
10. The lonesome death of Hattie Carroll
11. Highway 61 revisited
12. Workingman's blues #2
13. Thunder on the mountain
14. Ballad of a thin man
(encore)
15. Like a rolling stone
16. All along the watchtower

Dylan kort #444 - 2de aanvullingen

De aflevering The Runaway Bunny van Cold case, net uitgezonden op Net 5, eindigt net Dylan's Forever young.

Dylan kort #444 - aanvullingen

Een iets langere koffie gedachte op marctrip.

De foto links vond ik ergens op het net. Kijk eens goed, in de rechter benedenhoek staat een plastic ton / bak met daarin een tape. Wie zijn fantasie even de vrije loop laat, kan daar al snel een afvalbak in zien met daarin een tape vol afgekeurde opnames. Hoe groot zou de verleiding zijn om - tijdens he buiten zetten van de vuilnis - die tape achterover te drukken?
Vanavond ga ik zitten, leg ik een plaat op de draaitafel en probeer ik dat gevoel zoals beschreven in Een iets langere koffie gedachte te vangen.
Dylan zal nu wel zo'n beetje het podium hebben beklommen in Athene. Wat speelt hij en waarom heb ik niet het vliegtuig genomen naar Athene? Alleen het antwoord op de eerste vraag moet nog even schuldig blijven. Maar ook op die vraag zal over een uurtje of twee wel een antwoord te vinden zijn op het net.
Tijdens de soundcheck in Athene werden (instrumentale versies van) Leopard-skin pill-box hat, What good am I?, To be alone with you en Highway 61 revisited gespeeld, wat nog niet betekent dat deze nummers ook tijdens het daadwerkelijke concert gespeeld zullen worden.

Nieuwe-Dylan schrijver door Frits

Nieuwe Dylan-schrijver

Deze week kocht ik in een 'alternatieve' muziekwinkel de 4LP 'Tell tale signs' (TTS), nummer 8 van Dylans bootleg series. Ik had dit deel al, op cd. Mijn zusje was mee, en ik mocht haar uitleggen waarom de lp mooier en beter is dan de cd. Het verhaal dat de hoes altijd mooier is, vanwege de grootte. Dat de kwaliteit beter is dan de cd. Een bekend verhaal.
TTS kent een aantal schitterende liedjes en uitvoeringen. Voor mij is bijvoorbeeld 'Red River Shore' een liedje van de buitencategorie, kippenvel krijg ik ervan als ik naar dat lied luister. Iets vergelijkbaars heb ik als ik luister naar bijvoorbeeld 'Blind Willie McTell'.
Een ander lied op TTS is 'Tell Ol' Bill'. Mooi liedje, maar vooral onder mijn aandacht gekomen door Martin Bril. De columnist/schrijver zaliger had van een vriend een aantal outtakes van dit lied gekregen. En zoals Bril schrijft, schrijf niemand. Dit lied begon voor mij te leven, ik begon het een mooi lied te vinden – hoewel ik het zelf niet eens heel mooi vond, toen ik 'Tell Ol' Bill' voor het eerst luisterde.
Martin Bril. Zijn columns en korte verhalen zijn bijna ongenaakbaar. “Niemand schreef mooier over een rotonde in een bepaald dorpje daar en daar,” schrijft Nico Dijkshoorn bij Brils overlijden. “Niet veel mensen kunnen het eten van een uitsmijter beschrijven. Martin kon dat wel. Ik kreeg, door Martin, zin in een uitsmijter. Snapte door hem wat een volmaakte uitsmijter was. En ik walg van eieren. Als je dat kunt, ben je een groot schrijver.”
Zo is het. Martin Bril was een soort Bob Dylan – maar dan net weer anders, zo zonder muziek, als columnist, en in het Nederlands.
Maar na Bril is het stil. Er is nauwelijks meer een groot Nederlands columnist die zo mooi en ontroerend kan schrijven. Zeker niet over Bob Dylan. Wat mis ik daarom Bril. Ik begreep hem, zijn manier van praten. Als een vader, een oudere broer, een schoolmeester, zo beschreef hij zijn liefde voor wat hem gebeurde.
Deze gave is weinig mensen gegund. Hoe lang moeten we wachten op de volgende Martin Bril? Wie neemt zijn taak als beschrijver van het kleine van hem over? Op welke columnist kunnen wij als Dylanologen onze hoop vestigen? Of moeten wij de erfenis van Bril verdelen onder de armen? En wie zijn die armen dan? Is dat Tom Dylan? Misschien Alja Spaan? Ik misschien? Of toch Ernst Jansz? Gijsbert Kramer misschien?
Nee, op dit gebied zijn we voorlopig wees. Voor zolang het duurt. Hopelijk niet te lang.

Dylan kort #444 - komkommertijd

Ouwe zakken door Ronald Offerman. [Eén keer raden welk Dylan-nummer Offerman aanhaalt...]
Ernst Jansz zingt Dylan in theater De Kamers op 21 juni.
Vanavond speelt Dylan in Athene.

Dylan en religie door Frits

De laatste dagen (weken?) is er veel over Dylan en religie op deze blog verschenen. Voorlopig als afsluitend stuk over dit onderwerp, een stuk van Frits.
Afsluitend omdat, hoezeer het onderwerp mij ook interesseert, het even mooi is geweest. Er is zo veel meer over Dylan's werk te schrijven dan alleen over Dylan en religie.
Bijdragen aan deze blog over Dylan's werk blijven altijd (meer dan) welkom en kunnen gestuurd worden naar tom_dylan@hotmail.com

Met dank aan Frits voor zijn bijdrage.

Dylan en religie

Sommige dingen zijn. Niets meer en niets minder dan dat. Je ademt, je slaapt, je ruikt, je voelt, je kijkt, je gaat naar de kleuterschool, je eet, je vrijt, je leeft. Je omgeving is er net zo als dat jij doet, gewoon omdat het zo is. Je vader, je moeder, je broers, je zussen, het huis waar je woont, de buren, de auto's, de meesters, de juffen, de letters, de cijfers. Net zoals een cirkel geen begin- en eindpunt heeft.
Zo vanzelfsprekend als het bovenstaande, zo vanzelfsprekend is ook Bob Dylan in mijn leven. Hij is altijd in mijn leven. Er is geen moment geweest waarop Dylan niet in mijn leven was. Het moment dat ik bewust werd van Dylan, kwam later. Net zoals het moment dat je opmerkt hoe het voelen werkt. Of dat je ziet dat de aanwezigheid van je vader niet per definitie normaal hoeft te zijn.
Het was zonder meer duidelijk dat Dylan een christen was, net als wij thuis. Het was zeker niet vanzelfsprekend dat elke zanger christen moest zijn om bij ons binnen te komen. We zongen (en nog steeds zingen we!) onze psalmen en pakken we de liedbundels. Om na het zingen onze oren in de watten te leggen met wereldse muziek. Naast Dylan was in ons gezin de ruimte voor bands als Queen. Wij zijn niet roomser dan de paus.
Dylan als mede-christen. Je ziet het pas als je het door hebt. Wij luisteren naar Dylan met onze christelijke koptelefoons. Een soort roze bril, met verandering van wat veranderd moet worden. De tale Kanaäns horen we in Dylans teksten. Niet in al zijn teksten, maar is dat noodzakelijk? Op mijn eigen blog schrijf ik ook niet altijd over religie – sterker nog, doorgaans helemaal niet. Maar toch ben ik een belijdend christen.
Dylan werpt zo af en toe wat christelijke zinnen in zijn teksten. Een aftastertje voor zijn publiek. Wat voor vlees hebben we in de kuip? Is het een Bijbelvaste groep? Of is religie voor de samengedrongen mensen iets vaags? Ik herinner mij een kennis, die bij de coöperatieve boerenbank werkte. Hij moest het hele land door om lezingen te geven. Zo af en toe zei hij een zin, die uit de Bijbel kwam, of een zin die erg bekend is bij christenen. Iets uit die tale Kanaäns, dus. Afhankelijk van de reacties wist hij de Bijbelvastheid van zijn publiek. Bij Dylan is het vergelijkbaar. Een stukje evangelie werpt hij zijn publiek toe, zoals de hand die zich naar de poel des verderfs uitstrekt op de hoes van Saved.
Maar ik herinner me ook een Bijbelstudie die ik een aantal weken geleden heb gedaan, met de jongens en meisjes van het evangelisatieproject van Beerze. Voor de gelegenheid had ik de tekst van Ain't Talking uit de kast gehaald. Mijn “collega's” waren niet overtuigd. Want Dylan neemt niet letterlijk de teksten uit de Bijbel over. Klopt, want de Amerikaan is zelf ook dichter/schrijver. Hij kan het niet beter dan de Bijbel, maar kan het misschien wel mooier?
Bob Dylan christen. Of ik daar hard bewijs voor heb? Nee, net zo min als dat het zijn er gewoon is. Net zoals je vader, je moeder, je broers, je zussen, het huis waar je woont, de buren, de auto's, de meesters, de juffen, de letters, de cijfers er gewoon zijn. Net zoals een cirkel geen begin- en eindpunt heeft. En net zoals je ademt, je slaapt, je ruikt, je voelt, je kijkt, je naar de kleuterschool gaat, je eet, je vrijt, je leeft.

Dylan kort #443

en 's avonds voor het slapen gaan door Alja Spaan.
Wat zijn de beste nummers ooit geschreven? op amerika.blog.nl.

Vandaag ontving ik onderstaande e-mail:

Beste Tom,

Allereerst mijn waardering voor je weblog. Ik heb 'm bij mijn favorieten staan en lees 'm geregeld. Zo heb ik je stuk over "Shot of Love" met alle aandacht gelezen; ik waardeer dit album nu des te meer. Je stuk over "Slow Train Coming" en "Saved" ga ik nog lezen.

Zelf ben ik gisteren gestart met een eigen weblog. Ik ben van plan te schrijven over allerlei onderwerpen, zoals muziek, literatuur, religie en wie weet zelfs voetbal. Mijn eerste weblog gaat over "Kronieken" van Bob Dylan en hoe dit boek me inspireert in moeilijke tijden.

Hieronder de link, mocht je tijd en zin hebben om het te lezen:

http://marcelvanveldhuizen.web-log.nl



Vriendelijke groet,

Marcel

Nieuwsgierig als ik ben, heb ik uiteraard het bericht over Chronicles op de weblog van Marcel gelezen. Een mooi, persoonlijk verhaal. Kort en krachtig. [En een ieder die niet zozeer in Chronicles geïnteresseerd is, maar wel een nog te vervullen vacature heeft, zou ook even een blik moeten werpen op dit bericht.]

Dylan kort #442


Vandaag 47 jaar geleden kwam The Freewheelin' Bob Dylan op de markt.
Een Dylan-citaat bij een foto op Alles komt goed.
Onderwezen worden in je eigen specialiteit op Modern times.
Vergeet niet de e-mail van Yvon hieronder te lezen.
Over twee dagen begint Dylan's tournee door Europa in Athene. Meespelen met The Never Ending Pool kan nog, zie hier.
Bovenstaande foto is gemaakt in Rotterdam, in 1984.

Dylan en religie, Slow train coming onder een dikke laag stof vandaan

Net ontving ik onderstaande e-mail van Yvon. Met genoegen plaats ik 'm hier:

Hallo Tom ,

Het onderwerp religie is voor mij iets waar ik liever niet aan kom.

Zelf geloof ik niet al hoewel ik in mijn kindertijd wel met de bijbel ben grootgebracht en naar de kerk ging (moest) in het kinderkerk koor zong en godsdienst les op school heb gehad.

Op woensdag ging ik vaak met mijn oma mee de kerk schoon maken, ze was een zwaar gelovige vrouw en gaf alles voor haar god.

Voor ons was de kerk en geloof heel normaal en we gingen elke zondag trouw naar de kerk, maar voor mij kwam daar op mijn 11de levens jaar een einde aan en dat heeft met Dylan te maken.
Ik ben al heel jong fan geworden van Dylan ik moet zo ronde de 7 jaar zijn geweest.

Een leuk kereltje met een enorme bos met krullen was Mr Tambourine man aan het zingen op tv en ik was gelijk verkocht.

Helaas waren mijn ouder niet zo blij met mijn muziekkeuze en als kind begreep ik daar totaal niets van.

Waarom mocht ik wel naar Elvis Presley luisteren en niet naar Bob Dylan , hoe vaak ik die vraag heb gesteld weet ik niet maar ik kreeg alleen maar te horen van daarom niet.

Uiteindelijk heb ik het dan maar opgegeven om die vraag te stellen.

Toen ik elf jaar oud was had ik een leuk schriftje vol geplakt met plaatjes van Dylan, allemaal krantenknipsels met de tekst er bij en plaatjes uit tijdschriften, ik was er heel erg trots op en verstopt het schriftje ook goed zodat niemand het kan vinden want Dylan was nog steeds taboe in ons huis.

Maar mijn oma vond op een dag toch het schriftje en liet het op mysterieuze verdwijnen waar ze het heeft gelaten ben ik nooit te weten gekomen .

Maar dit was wel het begin van een oorlog tussen mijn oma en mij en ik kreeg die dag eindelijk een antwoord op mijn vraag waarom ik niet naar Dylan mag luisteren, wat is er mis met zijn muziek, Hij is joods zei mijn oma en er volgde nog veel meer boze woorden wat ik maar niet zal vertellen, maar die woorden dreunen nu nog steeds door in mijn hoofd.

Vanaf die tijd ben ik niet meer naar de kerk gegaan en ben het geloof op een andere manier gaan bekijken.

De naam Bob Dylan is in ons huis nooit meer gevallen, de rel tussen mijn oma en mij heeft veel tranen laten vloeien en mijn ouders hebben er niet in kunnen bemiddelen.

Tot op de dag van vandaag kunnen mijn ouders Dylan nog niet waarderen vanwege dat hij joods is.

Ik heb zelf geen problemen met iemands keuze in geloof , ieder moet dat voor zichzelf uit maken wat hij of zij gelooft.

Misschien dat het bij mijn ouders en oma anders ligt omdat ze de oorlog mee gemaakt hebben, maar ik vraag mij af wat heeft Dylan daar nou mee te maken de man was zelf nog een kind toen de oorlog uit brak in Europa en ja hij is joods opgevoed so what , dat waren een paar van mijn vriendinnen op school ook en daar werd niets van gezegd thuis, “strange” .

Als trouwe Dylan fan heb ik bijna al zijn muziek in huis en heb ik alle platen gedraaid op 3 na en dat zijn slow train coming , saved , en shot of love , meer bang om te horen wat ik niet wil horen ik heb niets meer met gospel of geloof en kerk muziek.

Maar jij hebt mij bekeerd en mijn nieuwsgierigheid gewekt om deze cd toch te draaien.

Ik heb deze drie albums met lood in mijn schoenen in de cd speler laten glijden, meer bang om wat ga ik te horen ga krijgen.

Het eerste wat ik gedraaid heb is slow train coming en ik was toch wel verrast met wat ik hoorde, het viel mij 100% mee, ik had verwacht dat de songs meer op kerk liederen zouden lijken maar alles behalve dat, een lekkere beat en tekst met een toch wat religieus tintje knallen uit de box, ik ben verrast het is totaal niet wat ik verwacht had.

Ook de andere twee cd’s gelijk er achter aan gedraaid en nu snap ik niet waarom ik er zolang over heb gedaan om deze cd’s te draaien.

Misschien heeft alle negatieve informatie over Dylans bekering mij er van overtuigd om de cd’s niet te draaien en ik ben zo’n tante van als ik het niet wil dan gebeurd het ook niet , dus bleven deze drie cd’s ongeopend en ongedraaid in de kast liggen.

Dat Dylan zelf van geloof veranderd is in de tijd en later weer terug is gekeerd naar zijn joodse geloof daar heb ik geen problemen mee, het is zijn leven en zijn keuze en hij mag daar mee doen wat hem zelf blieft.

Ik daarentegen zal altijd met een schuin oog blijven kijken naar het geloof , maar zal altijd de keuze van een ander respecteren .

Tom thanks man for opening my eyes , als jij nooit over dit onderwerp was begonnen had ik deze cd’s ook nooit beluisterd en lagen ze nu nog in de kast ergens onder een dikke laag stof .



Amen



Groetjes Yvon


Don’t wanna judge nobody , don’t wanna be judged
Don’t wanna touch nobody , don’t wanna by touched
Don’t wanna hurt nobody , don’t wanna be hurt
Don’t wanna treat nobody like they was dirt

“Do Right to me (Do Unto Others)”

~Slow Train Coming ~

Dylan kort #441

Een paar dagen geleden meldde ik dat op de cd bij Mojo nr. 200 een nummer van Dylan zou staan. Inmiddels is het duidelijk geworden dat het om I was young when I left home gaat, opgenomen op 22 december 1961. Deze opname verscheen voor het eerst op de bonusdisc bij "Love and theft". In september 2005 verscheen dit nummer ook op The Bootleg series vol. 7, de soundtrack van No direction home. Op de laatste heeft het nummer een gesproken introductie welke ontbreekt op de bonusdisc bij "Love and theft". Of de versie op de cd bij Mojo nr. 200 met of zonder gesproken introductie is, durf ik niet te zeggen, aangezien ik de cd zelf nog niet in huis heb.
BergMeisteR: over Snoopy, Charlie Brown en een jarige Dylan.

24 mei nogmaals

Een dag verloopt standaard anders dan alle mogelijkheden die de kop van te voren heeft kunnen bedenken.

Gisteren schreef ik dat ik vandaag, Dylan's 69ste verjaardag, geen taart zou eten, geen slingers op zou hangen, maar vooral Dylan's muziek zou draaien. Dat was de planning en ik heb geen taart gegeten en geen slingers opgehangen.
De ochtend begonnen met achter de computer kruipen en een bericht plaatsen onder de titel 24 mei, geen noot muziek bij gedraaid. En daarna ging alles anders.
Eerst noodgedwongen plat gelegen door fysieke ongemakken. Vervolgens ging het slot van de kastdeur onder de trap kapot en heb ik na verschillende pogingen om de deur open te breken, de gehele deur eruit moeten zagen. Nog steeds geen noot muziek.
Pas na het eten en het openen van het via de mail ontvangen stuk van Alja Spaan (zie hieronder) zet ik voor eerst deze dag muziek op: Shot of love en terwijl ik onderstaande stuk lees, aangedaan (in positieve zin) en zorgvuldig, draait Shot of love. In de drie seconden pauze voor het begin van Every grain of sand lees ik de laatste woorden. [Ga dat stuk lezen!]
En tijdens Every grain of sand schrijf ik Alja een e-mail.
En tijdens Under the red sky plaats ik het stuk hieronder.
En tijdens New morning schrijf ik deze regels.
En tijdens, enfin, het plaatje zal duidelijk zijn.
Voorlopig ga ik nog niet naar bed.
Ik heb nog een heleboel te draaien.
En morgen is het weer gewoon dinsdag.
Al zal die dinsdag ook wel weer niet verlopen zoals ik van te voren bedenk dat hij zal verlopen.

So happy just to see you smile
Underneath the sky of blue
On this new morning, new morning
On this new morning with you

voor Tom Dylan door Alja Spaan

voor Tom Dylan



Never could learn to drink that blood
And call it wine


uit: Tight Connection To My Heart (Has Anybody Seen My Love), Empire Burlesque,1985


1. Dylan, 23 mei 2010, 09.16 uur


In eerste instantie probeer ik de computerzoekopdracht met de woorden ‘God, geloven, gelovig en Jezus’ uit op mijn Dylan-stuk van september vorig jaar. God zelfs met kleine letter.
Bijna tot geen resultaat – ik zeg een keer ‘oh god’, ik laat Patti Smith ‘god’ zeggen (I fell for you), ik laat Jezus nog een keer over het water lopen maar dan zijn alle wonderen geschied.


***

Ik schrijf in dat stuk oa “Ik heb niets met de theorieën rond Dylan’s bekering, Dylan’s afvalligheid, Dylan’s vuilnisbak, Dylan’s thema’s, Dylan’s bedoelingen.
Ik heb alles met de man zelf.
Ik heb alles met zijn teksten.”


***

Laatst * citeerde ik uit een Dylan-boek dat ik herlas iets over Dylan´s presentatie. Uit hetzelfde boek nu:

Dylan door Ellen Willis:
‘en toen zorgde Dylan voor algemene opschudding: hij verwierp het politieke protest.’
‘het was duidelijk dat hij zijn materiaal kon beheersen als hij daar zijn best voor deed.’

John Wesley Harding door Jon Landau:
‘het probleem met de mythe van de apokalypsis is dat je er geen kant mee uit kan. Jezus beloofde dat hij terug zou komen – een belofte die nooit werkelijk verwezenlijkt is. Wat kon Dylan ons nog geloven nadat hij verteld had over de tijd waarin het goede zal overwinnen en het slechte zal verliezen? Het werd duidelijk tijd om te de-eskaleren en oppervlakkig gezien is dat wat Dylan leek te doen. Met deze de-eskalatie begonnen Dylan’s politiek gezinde bewonderaars zich verraden te voelen. Wat zij natuurlijk niet beseften was dat Dylan nooit politieke bedoelingen gehad had. Hij beeldde slechts een religieuze allegorie uit tegen de politieke achtergrond van het huidige Amerika. Hij hield zich voornamelijk bezig met ogenschijnlijk morele problemen en dan moreel in een religieuze, joodse, christelijke zijn. Als hij vijftienhonderd jaar eerder geleefd had, was hij waarschijnlijk een talmudische moralist geweest, en als hij tweeduizend jaar eerder geleefd had een apostel of een heiland.’
en
‘de behoefte aan woorden is op dit punt meer een gewoonte dan iets anders. ‘Lord have mercy, sure is good to see you coming today’………………..de verbazingwekkende aanschouwelijkheid die hij aan de tekst verleent is perfekt.’
‘Dylan’s songs gaan niet meer alleen over hem, het zijn afzonderlijke identiteiten die los van hun auteur bestaan’.

Gesprekken met Bob Dylan door John Cohen & Happy Traum:
B.: ‘Ja, maar de enige parabels die ik ken zijn die uit de Bijbel………………………...’
J.: ‘Wanneer las je de parabels uit de Bijbel?’
B.: ‘Ik heb altijd in de Bijbel gelezen en niet alleen de parabels.’
J.: ‘Ik geloof niet dat jij het type bent dat naar een hotel gaat waar een Bijbel ligt, en er dan in gaat lezen.’
B.: ‘Je weet nooit.’
en
J.: ‘Dus de songs op JWH beschouw je niet als ballades.’
B.: ‘Jawel, maar niet in de traditionele zin. ……bij de melodieën op JWH ontbreekt dat traditionele tijdsbesef.’

Bob Dylan en ‘The Great White Wonder’ door William C. Woods:
‘Je vraagt je af of je die persoon werkelijk bent.
Wat voor persoon?
Een grote “jeugdleider”..
Als ik dacht dat ik dat was, zou ik daar dan niet mee bezig zijn? Zou ik niet, als ik voorbestemd was om dat te doen, zou ik het dan niet doen?............................ik maak muziek, man. Ik schrijf songs. Ik handhaaf een bepaald evenwicht in de dingen en ik geloof dat alles een bepaalde orde moet hebben. In de grond van de zaak……..ik ben gewoon bezig met mijn eigen dingen. Ik probeer om op de been te blijven….zonder andere mensen lastig te vallen, dat is alles.’
Dylan ontmoet Weberman, een interview met Dylan gemaakt door A.J. Weberman, Dylanoloog & minister van Defensie van het Dylan Liberation Front, (vanzelfsprekend) door A.J. Weberman, Dylanoloog:
‘uiteindelijk liep ik naar D. toe, die eruit zag als een kruising tussen iemand op zijn “tegenwoordige toer” en een talmudische wijsgeer, en ik zei: “Hoe gaat het met je?” “Zet die taperecorder af.” (Ik had er een bij me & en ik deed het). Toen zei D.: “Al, waarom heb je al die mensen naar mijn huis gebracht?” “Dit is een ekskursie voor mijn Dylan-klas, man….maar eigenlijk is het een demonstratie tegen jou en tegen alles wat je in de rock-muziek bent gaan vertegenwoordigen.”
“Van welk ras ben jij, Alan?” “Het menselijke ras.” “En van welk ras waren je ouders?” “Nou, ik geloof dat ze zichzelf als Joods beschouwen.” “Weet je zeker dat je nooit iets over mijn ras geschreven hebt?” “Nee man, ik heb geen bezwaar tegen je ras, maar tegen je politieke opvattingen en je manier van leven.”


Let wel, al deze citaten komen uit een boek dat Van Gennep, Amsterdam in 1973 uitgaf onder de titel “Over Dylan, interviews en artikelen verzameld door Graig McGregor”.





* weblog van 11 mei, getiteld een beginneling, uit: Graig McGregor: Bob Dylan, A retrospective: 29 september 1961, Robert Shelton: Bob Dylan, een opmerkelijk folk-song stilist (20-jarige zanger, levendig nieuw gezicht in Gerde’s Club)


***

Op het geboortekaartje van mijn eerste kind stond “alles van waarde is weerloos”, de dichtregel van Lucebert. Op het dak van een modern gebouw in mijn stad wordt zijn werk herhaald in “van teveel spektakel wankelt men allicht”.
Het was als het ene gouden vogeltje dat met duidelijke lijn het koppel van licht gestanste figuren ontsprong – mijn eersteling, het liefdeskind, het offer van, de verzoening tussen. Ik heb nooit aan een Dylan-tekst gedacht toen.
Jaren later schilderde ik op een witte ateliermuur de woorden van waarde en weerloosheid – inktblauw drupten zij na maar na een paar dagen maakte ik alles weer wit. Ik hield er niet van dat de voorbijganger inhield en terugkeerde naar mijn ramen – het bepaalde teveel mijn richting. Maar wat deden dan al die Dylan-citaten in al mijn werk?


***

Research *, roep ik en stel mezelf uit. Een volgend citaat:

‘Tarantula has been called all these. But ultimately no description can hope to convey its unique imaginative quality. It is Dylan’s book. It needs no other recommendation.’, de uitgever Panther Books Ltd op de achterflap van Tarantula, edition 1973.

* ‘‘veel scheppende mensen verbloemen dat procrastineren en noemen het research’
Lernert Engelberts en Sander Plug: ‘The Procrastinators’ een serie korte kunstfilms en een langere documentaire over uitstelgedrag


***

Bob Dylan bij benadering *, Jan Donkers & Jan Stroop, deel I, Bob Dylan in zijn teksten, hoofdstuk 1: Vertrekpunt Traditie :
‘Het water stroomt het helderst bij de bron.’
‘Waar hij wat ver buiten het spoor van de door hemzelf verrijkte folk & bluestraditie treedt ……….is volgens veel van zijn bewonderaars de “echte Dylan” niet meer aanwezig.’
‘De song ** vertolkt op een bijna religieuze wijze het oerheimwee van de jongen….’
‘De religieuze inslag van de song *** krijgt nog wat meer reliëf door Dylans inleidende woorden op het Town Hall Concert op 12 april 1963 te New York, waarin de zanger openlijk zijn geloof in de zin van de Tien Geboden beleed.’

In hetzelfde boek overigens een strofe uit Joan Baez’ to Bobby:
“No one could say it like you said it;
We’d only try and just forget it.
You stood alone upon the mountain
‘till it was sinking
And in a frenzy we tried to reach you
With looks enad letters we would
beseech you
Never knowing that, where or how
you were thinking”

‘Ergens onderweg gaf hij zijn reisgenoten de volgende beschouwing ten beste: “Time don’t exist, it’s an illusion, the other side of Dali’s clocks.’ ‘Know where God is? The River, that’s God. The river’s right where you’re standing, and it’s up in the Mountains, and it’s down in the bend, and into the sea. All at the same instant. Very same instant. If there’s a God, the river’s Him.’ (Scaduto)’
en
‘ “Dylan als 20-ste eeuwse psalmdichter” zou een aardige titel zijn voor Stephen Pickering, die een eindeloze serie - vaak diepzinnige en interessante - artikelen heeft gewijd aan Dylan als joods auteur…..(Praxis One. Existence, Men and Realities.)

hoofdstuk 3: Leven als gebeuren:
‘In de laatste strofe **** heeft een schitterende wending plaats gevonden. De grappenmaker en de dief zijn van hun hemelkijken verlost en verschijnen nu als aardse prinsen, die uitzien naar beneden, naar de bonte wereld die voor hun voeten ligt. Die wereld is een boeiend schouwspel van gaanden en komenden, een levendig gebeuren, waarvan de drijfveren onduidelijk blijven. Ze vormen een mysterie dat niet moet worden verklaard, maar zienderogen waargenomen. De grond van het gebeuren is het gebeuren zelf.’

hoofdstuk 4: Love is all there is:
‘In een vriendschappelijke konversatie met John Cohen en Happy Traum ***** in 1968 deelde Dylan mee, dat hij een trouw bijbellezer is en sterk gefascineerd wordt door de bijbelse parabels, die toegang geven tot het wezenlijke van de menselijke betrekkingen.’





* copyright 1973 bij ‘Westfriesland’, Hoorn
** I Was Young When I Left Home – Minnesota-Tape 1961
*** Masters of War
**** All Along The Watchtower
***** “Over Dylan, interviews en artikelen verzameld door Graig McGregor”, Van Gennep, Amsterdam, 1973



2. Dylan, 23 mei 2010, 11.22 uur


‘I left the road
And I was seein’ double
But it sure has been
One helluva ride.

B .D.
Rolling Thunder Logbook by Sam Shepard, Penquin Books, 1978


***

‘Yuh ask how I’m doin Dave –
I’m still singin – I’m still writin –
I’m still doin all a things I used t do I guess
But the difference is probably that now I really aint thinkin about what I’m doing no more
I don worry no more bout the covered up lies an twisted truths in front a my eyes-
I don worry no more bout the no-talent criticizers an know-nothin philosophizers-
I don worry no more bout the cross-legged corner sitters who try an make rules for the ones travelin in the middle a the room–
I’m singin and writin what’s on my own mind now–
What’s in my own head and what’s in my own heart-
I’m singin for me and a million other me’s that’ve been forced t’gether by the same feelin –
Not by no kind a side
Not by no kind a category-‘

Bob Dylan: in his own write, for Dave Glover (from the program Newport Folk Festival, July 26, 27, 28, 1963)


***

´What about the coyote´s call an´the bull dog´s bark?´

Bob Dylan: in his own write, My life in a stolen moment (written for the program to the First Dylan solo-concert at Carnegie Hall, oct. 26, 1963)


***

‘I never knew what was happenin…..’

Bob Dylan: in his own write, A letter from Bob Dylan (for Sis and Gordon Cunningham, jan. 1964)


***

‘In later times my idols fell
For I learned that they were only men’

Bob Dylan: in his own write, Joan Baez in Concert part 2 (poem published as liner-notes to the LP ‘Joan Baez in Concett. Part.2, feb.1964)


***

‘L.C.: You’re terrible.
D.: Nah, don’t want to be catagorized.’

Bob Dylan by Miles, Miles 1978, T.V. Personality (Dylan appeared on WABC-TVs Les Crane Show, febr.17, ?)


3. Dylan, 23 mei 2010, 14.59 uur


In tegenstelling tot Tom Dylan (zie zijn weblog) heb ik Dylan wel nodig gehad om me af te zetten tegen de christelijke opvoeding en moraal. Een generatie eerder geboren en wel de christelijke omgeving en toch niet de puberteit die daarbij hoorde. Het verzet in stilte gepleegd en veelal schrijvend. De onmacht, het onbegrip, de eenzaamheid. Toen Dylan zich ‘bekeerde’ kon ik dat als geruststelling vertellen, een beetje zoals ik concessies deed in de vorm van een kerkelijk huwelijk, het dopen van mijn kinderen. Ik wilde zo graag aangenomen worden in genade, blijkbaar.

Dylan was lang zo erg niet als die artiesten van wie je de platen achterstevoren kon draaien om dan de duivel te ontdekken. Dylan was zoals een vriendin mij nu zou noemen, ‘op de weg terug’ – als ik nu maar dit liefje houd, dan word ik wel eens normaal (en dus gelukkig, denkt zij).


***

Chronicles, Bob Dylan, 2004:
IJsrivier:
‘De wereld lag wijd open. Een ding was zeker, niet alleen werd hij niet bestierd door God, maar door de duivel evenmin.’
Oh Mercy:
‘Jij was gelovig, hè? Waar bid je voor? Bid je voor de wereld?’ Het was nooit bij me opgekomen om voor de wereld te bidden. Ik zei: ‘Ik bid dat ik een aardiger mens mag worden.’
Het verloren land:
‘Woorden en etiketten konden je gek maken.’

New Morning:
‘Ik ging naar Jeruzalem, liet me er fotograferen bij de Westmuur met een keppeltje op. Het beeld werd meteen wereldwijd verspreid en alle grote vodjes van de wereld maakten meteen een zionist van me. Dat hielp een beetje.’


***

Down the Highway. The Life of Bob Dylan, Howard Sounes, 2001:
Geloof:
‘Gescheiden van zijn vrouw en ver verwijderd van zijn kinderen doordat hij een heel jaar onderweg was, zocht hij troost bij sterke karakters en bij de duidelijk herkenbare cultuur van zijn zwarte, christelijke vriendinnen.’
‘Hij raapte een crucifix op die een fan op het podium had gegooid en begon die te dragen. Korte tijd daarna voelde Bob iets wat hij later omschreef als “zo’n visioen en gevoel”, dat naar zijn idee de aanwezigheid van Jezus Christus was.’
‘Bob woonde de doopplechtigheid bij en liet zich korte tijd later ook dopen, waarschijnlijk in de oceaan, want daar doopte de Fellowship haar leden gewoonlijk. Door de volledige onderdompeling werd Bob in het dagelijkse spraakgebruik een born-again Christian; hoewel hij later afstand nam van die term en zelfs beweerde dat hij hem nooit had gebruikt.’
‘Zijn vader had hem een duidelijke moraal meegegeven en hem bij een rabbi voor zijn bar mitswa laten leren.’

‘Howard, ik zoek de enige echte waarheid.’
‘Bob, je bent joods,’ zei Rutman.


4. Dylan, 24 mei 2010, 11.12 uur


Het is Dylan’s verjaardag en Tom heeft geen taart. Wel een opmerking op zijn weblog die ik ook al eens noemde, dat als je vertelt dat je naar Dylan luistert, men vraagt ‘is die dan nog niet dood?’ en sowieso is 69 toch wel erreg oud....

Het zou leuk zijn, denk ik vervolgens, als ik Tom dit stuk vandaag zou kunnen geven maar iets hindert me.


5. Dylan, 24 mei 2010, 12.21 uur


Ik heb me nooit afgevraagd of Dylan oprecht was in zijn bekering. Ik heb nooit getwijfeld aan zijn integriteit. Ik heb nooit een verwachting gehad die vervolgens geschaad werd, een idool aan wiens imago geschaafd moest worden zodat hij je idool kon blijven. Ik ben altijd naïef geweest of te goeder trouw – eenmaal in de familie, zei ik eens, houd ik hem in genade aan.

Slow Train Coming kwam bij het abonnement dat ik nam op Opzij. Ik weet niet of dat een veeg teken moet zijn. Ik woonde voor het eerst op mezelf en misschien was die tegenstrijdige koppeling (van dat conventionele album aan dat strijdbare blad) wel de geruststelling en de verwijdering tegelijkertijd. Ik was niet opgegroeid met het idee dat er helden waren maar als ze er waren zouden het net zo goed vrouwen geweest kunnen zijn.

Ik was niet opgegroeid met de vertrouwdheid te protesteren tegen mijn erfgoed; bovendien hinderde het geloof mij niet. Het enige bezwaar dat ik tegen de wekelijkse kerkgang had, was het publiek dat ik van ongeloof en onoprechtheid beschuldigde. Dat mijn vader op de voorste rij zat als ambtsdrager terwijl hij zich toch niet aan de tien geboden hield, dat mijn oom tegenover ons zat te slapen, dat meneer B. tijdens het gebed met mij flirtte. En daar was altijd het idee dat ik me zou verslikken of nodig een plas moest tijdens de dienst en die zenuwachtigheid was te wijten aan de – in mijn ogen afkeurende – blik van de rest van de gemeente.
Ik had ook geen hekel aan het voorlezen dat mijn vader na de maaltijd uit de bijbel deed. Ik wist dat ik gelukkig moest zijn met zijn plezierige stem en de trefzekerheid waarmee hij las. Ik vroeg me niet af waarom mijn moeder niet las. Bij uitzondering mocht een kind lezen; daarbij het meisje net zo goed als de jongen.

Mijn puberteit kwam pas later, de vragen ook. Het waarnemen was er altijd al, de geschiedschrijving ook.


***

Was er muziek?
De verzen van Johannes de Heer die vanuit het harmonium door mijn vader gespeeld werden, het ‘ik zou wel eens willen weten’ van Jules de Corte, het enige singletje dat mijn moeder bezat, de Arbeidsvitaminen als ze haar huis overhoop haalde. Het Christelijk Mannenkoor (de Maastrichter Staar) en Peer Gynt van Grieg.
Jaren later pas de muziek die de kinderen inbrachten en weer meenamen – het Bye Bye Love van Simon & Garfunkel dat mijn vader zo ontroerde. Wat bleef waren de klassieke stukken – nooit zelf aangeschaft maar een dankbaar kado bij.

In het vorig Dylan stuk vertel ik mijn bevreemding over de dure geluidsinstallatie met grote boxen rond de leren bankstellen en dat je in het kantoor van mijn vader kon luisteren maar dat wij daar alleen gebruik van maakten als mijn ouders in de kerk zaten.
Ik schrijf hoe Blonde on Blonde daar binnenkomt, meegenomen in de waszak van mijn oudste broer, de student. Dylan was nog de verwaaide krullenbol met lange vieze nagels – hij zou iets aan zijn verschijning moeten doen *.


* Graig McGregor: Bob Dylan, A retrospective


***

Was er Dylan?
Net zoals de religie een normale zaak was voor mij toen, was Dylan vanzelfsprekend. Mijn witte Dual-pickup stond links onder het raam – ik kreeg een rotan stoel waarin mijn billen gevormd werden en ik schreef met mijn schrift op de knieën.
Er kwam een tijd dat de stoel vervangen werd door een houten rechte, die achter mijn buro stond en waarmee ik kon wippen en met een armgebaar de pick-up kon bedienen zonder op te hoeven staan. Ik deed mijn huiswerk.

De muziek van hun kinderen was voor mijn ouders geen aanleiding tot ruzie. Ik kan me niet herinneren dat er ooit onderaan de trap geroepen werd dat het geluid zachter moest. Ik moest hoogstens halverwege een nummer de boel uitzetten omdat mijn hulp beneden gewenst werd. Ook waren er vaste tijden voor de maaltijd en kon ik niet nog even uitstellen.
Er werd nooit gepreekt dat de muziek zondig was maar het was overduidelijk dat zij uit een andere tijd stamde en er sprake moest zijn van een ‘generatiekonflikt’. Waarschijnlijk hadden mijn ouders het altijd te druk met hun eigen konflikt en waren zij zich onbewust van het feit dat er redenen genoeg waren te vluchten in onze eigen tijd en wereld. Ze hadden zich zorgen moeten maken, ze deden het niet.


***

De religie die ik altijd gezien heb in Dylan’s teksten, is tegelijkertijd de ontroering. Ik bedoel dat ik altijd graag de diepere betekenis zag – ongeacht deze veroorzaakt werd door drugs, drank of een andere ‘state of mind’.
Misschien zag ik hem altijd al als een gelovige of misschien ook bestond er geen ongeloof voor mij.

Dat er geen vragen in mijn waarneming zaten, niet in dat begin, kwam omdat ik me die niet kon veroorloven. Ik was veel te druk bezig mijn eigen wereld te beveiligen – ik moest een afreis voorbereiden, een vluchtpoging doen slagen. Bij vragen zou ik antwoorden moeten vinden en ik wist niet waar.

Gekke schilder Wim had later zijn Grote Stuurman en combineerde deze met Bob. Martin Bril was niet in de Heer maar in Dylan.
Ik had alleen mezelf.


***

“Het voorrecht van de schrijver of iets dergelijks: vanaf een muur kijk ik toe, ik beschouw, ik ben daar veilig, niet elders”, schrijf ik in het Dylan stuk van vorig jaar.

Geloven doet men uit angst. De gewoonte doorbreken, het kader loslaten, een patroon vormen: allemaal angst.
De vrijheid zonder is te groot. Of?

Toen ik trouwde in de Grote Kerk te A., toen de Grote Kerk te A. nog meer was dan het multifunctionele clubgebouw van nu, conformeerde ik me aan mijn opvoeding en mijn ouders. Ik ging akkoord vanwege hormonale schommelingen (ik was vijf maanden zwanger). Ik stemde in omdat er een droom geweest was van een klein meisje in een bruidsjurk en bloemen voor haar buik. Haar vader gaf haar weg en haar moeder huilde. Er was geen sprake van dat die droom genoeg had aan een kil gemeentehuis waar een ambtenaar een poging zou doen met een grapje wakker te blijven.

Een kerkelijke inzegening zou betekenen dat ik van mijn dwaalwegen verlost was: ik was thuisgekomen en het leek voorgoed. Al het andere was tijdelijk. Mijn onveiligheid zou verdwijnen. Mijn heimwee ingeboet.
Die betekenis gaf ik ook aan het kind dat ik droeg, de man die ik huwde, de liefde die ik koesterde. Een vreselijk domme fout waarop niet gewezen kon worden, een vergrijp waarvoor mijn ouders mij niet konden behoeden.

De nog jonge dominee uit het dorp spreidde zijn armen, vogels leken zich te verschuilen in de uitlopende zwarte waaiers en kwamen allemaal tegelijkertijd tot leven. Hij zegende ons. Ik vertrouwde hem vooral omdat hij verteld had dat hij een jeugdvriend was geweest van de fotograaf Anton Corbijn. Bij het voorgesprek van de huwelijksceremonie had hij verteld hoe levens zo anders konden verlopen terwijl ze toch dezelfde start hadden gehad, hoe de – bekrompen genoemde – dorpswereld waaruit hij kwam, toch talenten had gekend. Het was geruststellend en bijzonder – mijn ouders die zich overgaven aan iemand die hun zoon had kunnen zijn en dan die zoon die zich wijdde aan mijn ouders.
Van zijn jeugdvriend kwam het gesprek op muziek. Ik herinner me dat Zappa genoemd is. Dylan niet.

Ik onderschatte de zuigende kracht van mijn familie, het gezinsleven. Ik leefde lang in een nieuw gesponnen cocon dat dezelfde samenstelling had als die van thuis.
Ik nam mijn kinderen en echtgenoot (de atheïst die Zappa draaide) mee naar de kerk. Ik doopte mijn kinderen, ik las voor uit de bijbel. Ik kocht ze een kinderbijbel. Ik zong de psalmen die me vredig maakten, ik legde het verschil uit tussen de verschillende vormen van religie.


***

Zoals Tom al duidt in zijn stukje over Dylan en religie, is je eigen geloofsbeleving datgene waardoor je vertraagd je afschrijft. Af- en uitschrijft.

Ik deed dat letterlijk toen de derde bemiddelingspoging die de plaatselijke dominee tussen mij en mijn echtgenoot deed, mislukte. Ik stond op, vloekte en liet de heren achter.
De vragen die ik eerder al kreeg, waren geen interesse of bezorgdheid over mijn welzijn. Het was de zorgelijke opmerking of ik nog wel geloofde? Ik moest niet verharden, ik moest niet mijn ervaring aanwenden tot cynisme, ik moest dat kind blijven dat zich geen vragen stelde.
Ik sliep met het gezangenboek onder mijn kussen. Ik ging zelfs sommige zondagen twee keer ter kerke.

Er was geen schuldige dan ik.


***

Lang correspondeerde ik met de neef van mijn vader. Een sombere grote man die zich aan dorp en familie aanpaste met rare grapjes. Een cynisme dat anderen bang maakte maar mij niet.

Nadat ik bekend maakte dat ik ging scheiden, als eerste van mijn familie, waarschuwde hij voor het verliezen van mijn geloof. Hij, zo schreef hij, had altijd de kracht van de ‘vader die hem zou thuishalen eens’.

Bij het zoeken naar die wonderbaarlijke zoon, was ik mijn vader kwijtgeraakt. Ik had dat al geschreven in een jaar dat ik nog thuiswoonde. Ik wist inmiddels dat ik me schuldig voelde: schuldig voor die vader die, niet gelukkig, een ander zocht. Een vader die niet meer genoeg had aan de dochter dus de dochter voldeed niet meer. Ik nam die schuld graag op me.
Terwijl hij op de voorste rij in de kerk zijn ambt droeg, kleurden mijn wangen rood bij het ‘eert uw vader en moeder’, ‘gij zult niet een ander begeren dan’.
Het was een staat van zijn – een lethargie die jaren duurde. Er was geen vraag, geen antwoord, het was simpelweg gewoon zo.

Ik kreeg ruzie met die aardige neef. Ik liet iets doorschemeren van die ontrouwe vader. Hij vertelde iets over mijn moeder. Ik zei dat ik – ook al had ik de kerk laten vallen – heus nog wel geloofde. Ik zei dat trouw op andere manieren bestond. Hij zei dat er maar een mogelijkheid was om opgenomen te worden in Zijn genade.

Nog ontlopen we elkaar.

Ondertussen verwijt mijn moeder mij afvalligheid. Mijn vader ligt onder een steen waarop ‘in liefde’ wij gedenken. Er werd geen bijbeltekst gevonden blijkbaar die geschikt genoeg was.


***

Ik was geen lid meer van de kerk dus. Ik verbrak de belofte die ik voor het oog van de gemeente had gedaan. Ik ontnam mijn kinderen de ‘eeuwige zaligheid’.
Het was geen felicitatie waard.
Bovendien, ik zong nog. Ik gleed met mijn handen langs de wand na elke regenbui en bevoelde haar – God strafte onmiddellijk voor elke nalatigheid en de goot was niet leeggehaald, de verbouwing nog niet klaar, het huis de verkeerde ligging, haar bewoner alleen en dwars.
Ik sloeg een kruisje bij een overledene en eerlijk gezegd, gebruikte ik het Onze Vader als litanie bij angst en onheil. Gebruik.

Eigenlijk, zei iemand mij eens, ben je wel gelovig.
De coach, een lief, had het heel wel mogelijk gevonden dat ik theologie ging studeren. Hij had zelden iemand meegemaakt die met een zo sterk waarden-en normenbesef leefde als ik. Ik moest mij meteen berouwvol tonen voor zijn gehuwde staat.

Een studie theologie, zei mijn dochter later, wil toch niet zeggen dat je gelovig bent? Ze noemt graag nog wat studies die ik alsnog zou kunnen gaan doen. Ik ben slim, zegt ze.

Ik ben de vragen gaan stellen.


***

Ik denk dat ik het graag had gewild. Ik had graag die droom gewild. Die geruststelling. Ik had graag die iemand ontmoet die ‘the need in me’ had gezien zoals Dylan dat zingt in When He Returns (Slow Train Coming).
Ik, die geen enkele inmenging duld, geen bemoeienis, geen medelijden, geen ondersteuning, zelfs soms geen liefde, geen meegevoel, geen denken-aan, ik had die droom gewild.
Ik had dat kleine meisje willen blijven met jurken wit inplaatsvan het zwart dat ik altijd en sindsdien gedragen heb.


6. Dylan, 24 mei 2010, 14.26 uur


Dat ik het geloof verloor, was natuurlijk niet te wijten aan een ontrouwe echtgenoot of ontrouwe vader. Ik stelde eindelijk de vragen en ik durfde te twijfelen aan de antwoorden.

Toen mijn dochter vier was, las ze opeens de rug van een boek dat op tafel lag, ‘omzwervingen’ (Chaim Potok). Het was daarna dat ook de opmerkingen kwamen over dinosaurussen die er al eerder waren en of de doden ons konden zien? Zij stelde zichzelf altijd vragen en ze rustte niet voordat ze een antwoord had. Kreeg, was een ander verhaal.
Ik denk dat ik de enige was die haar als een volwassene beschouwde – al deed mijn vader een aardige poging door met haar de langste woorden te vormen en rondrijdend, te stoppen op die plaatsen die zij aangaf (verkeersborden, etalages, woorden van krijt op de stoep).
Ze heeft nooit gedroomd van een meisje – ze zorgde ervoor beiden te zijn.

Er was en is een hardnekkigheid in haar die ik langzaam overneem en herken.
Goed, dat verhaal van die dino’s strookte dus niet met het scheppingsverhaal maar ‘waarheid’ was net als ‘trouw’ een subjektief begrip.

Als zij dankten voor hun dag (drie kinderen in drie bedjes en ik op de grond daarnaast), was het mijn dankbaarheid. Het was mijn moeder die ik hoorde zeggen ‘goed te maken voor te gaan slapen’. Het was de therapie die voorstelde een papiertje naast het bed te leggen met daarop de goede punten van die dag.

‘Waar’, zo vroeg mijn dochter daarna, ‘zal ik nu over gaan denken?’


***

Als mijn beppe overlijdt, innig versmald en met het gouden ijzer nog om, leunt ze tegen mij aan ‘voor troost’. Ze probeer het ‘er ruischt langs de wolken’ mee te zingen maar kent het niet.

Als mijn vader overlijdt, vertelt de dominee de gemeente hoe mijn vader met zijn kleindochter had afgesproken dat zij alvast maar op reis moest gaan (China), hij kwam wel later.

‘Hoe was dat in de oorlog?’ vraagt ze mijn mamma maar mijn mamma eet tegenwoordig soms zonder gebedje en wel twee gebakjes achter elkaar.

Als kinderen aan een tafel doen wij nog wel de handen samen maar de ogen blijven open. Mijn vader zegt mij dat ik niet alles letterlijk moet nemen, mijn echtgenoot zal later hetzelfde zeggen.

Ik ga hechten aan mijn rituelen. Ik dank voor de dag die geweest is en ik som in mijn hoofd het lijstje goede punten op. Als ik bid, zorg ik er behoedzaam voor dat iedereen eerst genoemd wordt en ik pas als laatste.
Ik ga elke kerk binnen die ik tegenkom en ik dwaal langs haar graven maar het graf van mijn vader bezoek ik niet noch het graf van zijn vaderen.

Ik vloek al zeg ik mijn kinderen dat dat niet mag. Ik verdraai het tot ‘potverdriedubbeltjes’, een Donald Duck-term als ik het wel heb.

Ik zing pake’s lievelingsversje *, ‘houd Heer uw kruis hoog voor mijn oog’ (ik vind zelfs een gezongen versie op YouTube terwijl ik dit schrijf, Psalm – al vertel ik dit nooit aan mijn moeder omdat ik vrees dat zij een ander lied voor hem kiest.



* Psalm

Blijf mij nabij wanneer het duister daalt.
De nacht valt in waarin geen licht meer straalt.
Andere helpers, Heer ontvallen mij.
Der hulpelozen hulp wees mij nabij.

Wees bij mij nu de dag ten einde spoedt.
Alles vervaagt wat glans bezat en gloed.
Alles vervalt in 't wisselend getij.
Maar Gij die eeuwig zijt blijf mij nabij.

U heb ik nodig uw genade is.
Mijn enig licht in nacht en duisternis.
Wie anders zal mijn Leidsman zijn dan Gij?
In nacht en ontij Heer, blijf mij nabij.

Houd, Heer, uw kruis hoog voor mijn brekend oog.
Licht in het duister wijs de weg omhoog.
Uw dag breekt aan de schaduw gaat voorbij.
In dood en leven Heer, wees Gij nabij

Het is net als het Forever Young dat Tom aanhaalt – net als elk lied van Dylan dat door zijn tekst allereerst, de muziek tweedens, mij troost.

Troost? Is dat de essentie, denk ik, terwijl ik het zo typ? Troost voor het volk dat weggeleid wordt? Het schaap naar de slachtbank? De dwaaltocht door de woestijn?
De moeder aan de voeten van haar bloedend kind? De hoer die zijn voeten wast? Het licht ontstoken?


***

Niets, laat ik Dylan zeggen in een van de citaten in het begin van dit stuk, was een ballade, totdat….

Pressing on kwam? zijn vrouw een van die christelijke zwarte sterke vrouwen uit het achtergrond koor werd? Tot hij misschien zijn kinderen dreigde te verliezen in een echtscheidingsprocedure? Tot hij omschreven werd als ‘die profeet die maar blijft lopen’ (Ahasverus, de wandelende jood) en die ander de zoektocht benoemt?

Het gaat mij niets aan.
Bij ballade denk ik simpelweg aan gospel bij gospel aan een swingende zwarte mevrouw bij die mevrouw aan kinderen en bij die kinderen aan verlies en bij….

Associatief, sneerde iemand eens, je bent alleen maar associatief.


***

Ik heb altijd de angstaanjagende overgave bewonderd: aan een persoon, aan een geloof, aan een doel. Ik heb dat enthousiasme gewild: die swingende massa die met handen geheven haar liefde belijdt. Ik heb het altijd doodeng gevonden. Ik kan nog steeds niet mij wijden aan 1 ding. Ik heb geen moeite met kiezen, wel met de beperking.

Ik heb in de kerk van mijn jeugd dat levend geloof gemist – op een enkele schrille trompet na en een samengesteld mager koortje met dwarsfluit en ‘godbetere’ hun versie van Blowing in the Wind, was er die stille lijdzame beleving.


***

Ontroering kwam pas bij het gezamenlijk zingen van het slotlied of in moderne tijden, het Amen na dominee’s zegen. Kippenvel pas bij het met Kerst zingen van het bekendste kerstlied zoals bij het volkslied op een te winderig oranje veld: de beloning van de verplichte dorpsspelletjes.

Ontroering kwam pas als mijn vader het kerkorgel aanstuurde tot een stukje Bach als vrije impressie van een gezang. Zijn voeten altijd hopeloos te groot en zijn blik naar boven. De kerk zoveel groter als zij leeg was en mijn vader de sleutel in zijn broekzat had.

Ontroering kwam pas bij de eerste koffie maar was voor die tijd al doorgeslikt. Ontroering was hard wegrennen en als eerste bij het tuinhek aankomen.

Ontroering waren de drie rondes om de kerk als er een dode begraven werd. Maar dat was in mijn moeders land, niet het onze. Ontroering was dus een teveel aan gevoel waar in mijn land geen plaats voor was.

Ontroering was schuilen tussen de bessenstruiken in de tuin en zorgen dat je geen vlekje op je zondagse jurk kreeg. Het diepe rode liet zich slecht uitwassen.


***

Het Blowing in the Wind waartoe dat ene magere kerkkoor zich zette, was van een gruwel die maar weinig te maken had met de schrille vertolking. Het was het gezamenlijk delen van mijn dichter, het betrapt worden op mijn emotie, het mogelijk begrijpen wat ik doorstond. Alsof iemand kon weten wat ik voelde en tegelijkertijd, zo verlangen naar dat begrip.

Geen concert meer voor mij, geen Nederlandse vertaling van Dylans songteksten, geen uitvoering door een ander. Geen uitzinnige fan dan Tom die – op afstand – mij deelgenoot maakt en ik die u – op afstand – laat weten.


***

Het meest ‘religieuze’ lied dan toch wel het I Shall Be Released of het Ring Them Bells.
De meest ‘religieuze’ stem dan toch niet in Pressing On maar in Seven Curses (the bootlegversie).
De meest ‘religieuze’ blik dan toch wel die getormenteerde met de ogen naar de straat gerichte, uit het fotoboek bij deze bootleg (1991). (In het boek een briefje van mijn echtgenoot met verklaring voor het kado, ‘mag een man na vijftien jaar liefde’ – het doet me snel rekenen en merken dat hij zich vergist heeft)

Wat een waardeloze opsomming.


***

Maybe it’s the weather of something like that * - de Pinksterdagen worden volop gevierd. Ik heb me teruggetrokken in mijn hol en ik schrijf oa. dit.

Ik weet inmiddels zeker dat er niets is na dit – dat dit het enige leven is dat wij kennen en dat we verantwoordelijkheid moeten voelen ten opzichte van dat enige leven.
Ik leef met de waarden van toen, niet met haar normen. Ik heb mijn eigen invulling aan de verhalen uit mijn jeugd en ik weet zeker dat ik gelijk had toen met zowel mijn droom als mijn nachtmerrie: hoe alles waarin ik geloofde, niet waar zou blijken te zijn.

Dat is tevens de reden waarom ik me nooit overgeef. Ik geniet hier mijn stilte en het kabbelend water voor de deur waar bootjes, kinderen en blote voeten voorbij komen. Het zijn de mannen die de boten sturen, het zijn de vrouwen die hun kinderen behoeden voor de bruggen die gaan komen. Ik heb me nooit thuis gevoeld in welke rolverdeling dan ook.

Niet die van idool en fan. Niet die van luisteraar en maker. Niet die van ouder en kind. Niet die van liefje, niet die van vrouw van. Misschien alleen in die van schrijver maar dat is nooit een rol geweest, dat is – zoals bij Dylan, vermoed ik – de loop van de rivier.

Ik ben doorwaadbaar – geen steen gelegd. Tegelijkertijd grilliger dan ooit, wilder van stroom, overstromend dan weer rustig en smal maar nooit voorspelbaar.

Geen witte figuren aan de overkant die over willen steken.


* Mamma, you been on my mind

24 mei

Er is een schitterende foto, gemaakt door Barry Feinstein, waarop Dylan de kaarsen op een enorme verjaardagstaart uitblaast. De foto is gemaakt op 24 mei 1966 in Parijs, Dylan werd die dag 25 jaar oud. Op 24 mei 1966 speelde Dylan in L'Olympia, Parijs een door Europe 1 radio georganiseerd concert. Het concert werd (deels) door Europe 1 radio opgenomen, fragmenten van deze opnames zouden op 29 mei 1966 uitgezonden worden. Het kwam er niet van. Tot op de dag van vandaag zijn er nog geen opnames van dit concert opgedoken.
In 1971 verscheen een cartoon van Schultz waarin de volgende conversatie:

Bob Dylan will be thirty years old this month...
That's the most depressing thing I've ever heard


Zo iets moet je natuurlijk zien.
In 2000 speelde Dylan, net als in 1966, een concert. Dit keer in Dresden. Voor de encores zong het publiek Happy birthday. Ik denk niet dat er in Parijs in 1966 is gezongen.
In 1981 werd Dylan veertig, op de scheurkalender van Van Kooten en De Bie verscheen een aardige variant op de cartoon van Schulz, geen tekening, alleen tekst:

Vandaag wordt Bob Dylan 40

Wij wachten met onze Bekering tot er duidelijk minder platen van ons worden verkocht.

Twintig jaar later, op 24 mei 2001 leek de wereld op z'n kop te staan. Dylan werd 60 en het leek wel of die dag de radio alleen Dylan kon uitspugen. Op de buis was het niet veel anders, het journaal had een item over Dylan, net als enkele actualiteitenprogramma's. Op Arte werd een avondvullend programma uitgezonden met daarin o.a. Simon Vinkenoog die in zijn beste Duits / Frans / Koeterwaals probeert uit te leggen waarom Dylan in zijn ogen een groot dichter is. De videoband ligt nog ergens op zolder.
Vorig jaar deed ik niet veel anders dan vandaag. En het jaar daarvoor was ik al niet veel anders dan degene die ik vandaag ben.
Enfin, vanaf vandaag zal de regelmatig terugkerende conversatie als volgt verlopen:

Waar luister je naar?
Bob Dylan.
Is die niet al een tijdje dood?
Nee hoor, hij leeft nog steeds, maakt nog steeds platen en geeft nog steeds concerten.
Hoe oud is hij inmiddels wel niet?
Negenenzestig.
Tssss...


Gefeliciteerd Meneer D.

Links:

Lucky John.
ShowbizNewz.
Verjaardagsregister.
Dagblad van het Noorden.
Omroep Max.

Er volgen ongetwijfeld meer berichten op het net vandaag.

Eerste aanvulling:
Twitter, hier en hier.

Tweede aanvulling:
Twitter, hier.
Uit de archieven: De Vrij Nederland van 23 maart 1991 met Dylan op de koffer en de kop: Bob Dylan wordt alweer 50. Dat is dus al weer 19 jaar geleden. Het artikel van Wim Meuleman heb ik verslonden. Het was de eerste keer dat ik las over Derek Barker, John Hume, Larry Eden en John Bauldie. Over The Telegraph, het illegaal opnemen van concerten, over Weberman en de vrouw die zich Sara Dylan noemt.
John Bauldie: Natuurlijk denk ik elke dag aan Dylan. Ik schrijf over hem, verzamel, beantwoord brieven en ga maar door. Maar ik houd mezelf steeds voor: dit is maar een deel van mijn leven. De rest is heel normaal.

Derde aanvulling:
Via de e-mail ontvangen:

Misschien dat je het taartplaatje al hebt (gevonden), maar zo niet: hier
Maak er een mooie bob-dag van, als eigenlijk elke dag,

M.


Met dank aan M. voor het sturen van de link! Helaas is deze foto, waar je ook kijkt op het net, wat aan de donkere kant. De foto staat wat scherper / mooier in Real moments afgedrukt.

Dylan kort #440 - aanvullingen


Het deelnemersformulier voor Never ending pool kan weer ingevuld, de tournee door Europa start op 29 mei.
Dylan op Showbiznewz.

De plannen van Yvon (zie ook Dylan kort #440)


Hallo Tom,

Helaas voor mij geen feest plannen morgen, ik mag om 4 uur in de ochtend mijn bed uit om te gaan werken ( helaas geen 2de pinksterdag voor mij ) om dan 's avonds rond een uur of 8 uitgeput weer thuis te komen en dan staat mijn hoofd niet meer naar wilde verjaardagsfeestjes , maar als ik eenmaal zit zal ik een lekker koud biertje drinken op onze Bob. Natuurlijk gaat er wel een cd in de stereo, welke dat wordt weet ik nog niet, dat zie ik morgen wel. Helemaal zonder Dylan ben ik niet want eenmaal op de fiets op weg naar mijn werk knalt zijn stem uit de mp3 speler waar ik alle live concerten die ik in huis heb op heb gezet zo krijgt "met Dylan op de fiets" voor mij toch nog een leuke betekenis.

Groetjes Yvon


Dylan kort #440

De Drawn Blank Series 2010 is sinds gisteren op het internet te bekijken, zie hier.
Een algemeen verhaaltje over de Drawn Blank Series staat hier.
Dylan tribute op 27 mei in Belfeld.

Het is ochtend, nog net, op deze eerste Pinksterdag. De zon schijnt, morgen wordt Dylan 69 jaar. Ik heb geen taart gekocht en ik zal ook geen slingers ophangen. Ik 'vier' het meer door Dylan's muziek te draaien, eigenlijk niet echt anders dan op andere dagen, ietsje meer muziek misschien, maar meer ook niet.
Heb je zelf wel wilde (feest-)plannen voor morgen? Laat het me weten: tom_dylan@hotmail.com

Dylan kort #439 - aanvullingen

Je mist meer dan je meemaakt

- Martin Bril

Gisteravond was er een speciale uitzending van De Wereld Draait Door die ik moeten missen. Yap yap wees me via de e-mail erop [dank voor de tip!] dat tijdens deze uitzending kort aandacht werd geschonken aan het overlijden van Martin Bril. Aansluitend speelde Tom Barman een stuk van It's alright, ma (I'm only bleeding). Ik zit met kippenvel, met tranen in mijn ogen te kijken.
Uitzending gemist [bewuste fragment na ongeveer 46 minuten].

Dylan en religie

Een paar dagen geleden plaatste ik hier Wilde gedachten #7 waar een reactie van Frits op kwam met daarin o.a. de zinsnede Helaas zeg je niets over de spirituele en religieuze ("Goddelijke", zo je wilt) inspiratie-bonnen. (Zie ook hieronder). In een reactie hierop schreef ik o.a. dat ik op een later tijdstip nog wel eens op Dylan & religie in zal gaan, maar ik moet zeggen dat ik worstel met het onderwerp. Het kost me moeite om er iets zinnigs over te zeggen. Wie verder leest, zal mogelijk begrijpen waarom.

Zevenentwintig september 1997, Dylan speelt voor een ogenschijnlijk in slaap sukkelende Paus drie nummers: Knockin' on heaven's door, A hard rain's a-gonna fall en Forever young. Bijna dertien jaar later herinner ik me vooral hoe het Nederlandse korps der journalisten viel over het feit dat Dylan voor de Paus optrad. Hoe scherp deze herinnering is, weet ik niet meer.
Kan een oude rock 'n roller optreden voor Gods vertegenwoordiger op aarde zonder kleerscheuren op te lopen? Het antwoord is afhankelijk van hoe bekrompen de geest van de luisteraar is.
Op het geboortekaartje van mijn zoon stonden de eerste paar regel van Forever young, dat begint met May God bless and keep you always. Het is inmiddels ruim zeven jaar geleden dat dit kaartje werd gedrukt. Een week of wat geleden zei mijn zoon, zoekend naar bevestiging: Wij geloven toch niet in God? De bevestiging heeft hij gekregen, wij geloven niet in God zo hebben wij besloten.
En ergens heb ik spijt van mijn antwoord, hoe kan ik voor hem beslissen of hij wel of niet gelooft in God?
Een paar jaar geleden ben ik begonnen met het lezen van de bijbel, gewoon bij bladzijde één van het oude testament en al schiet het lezen niet op - ik heb hooguit een derde gelezen - van begin tot eind, regelmatig lees ik ook andere stukken, ergens middenin, of uit Openbaring. De oude bijbel staat inmiddels vol met aantekeningen, onderstrepingen, vraagtekens en verwijzingen.
De bijbel is dusdanig verweven met de dagelijkse gang, dat het loont het boek te lezen. Vervang 'dagelijkse gang' voor 'Dylans werk' en ik heb nog een goede reden om door te lezen.
Dylan & religie, er is al zoveel over geschreven en bijna altijd verloopt dat schrijven langs drie 'fasen':

1. De invloed van de bijbel op Dylans werk voor Dylans bekering;
2. Dylans bekering / de zogenaamde religieuze periode (1979 - 1981);
3. Dylan & religie na 1981 met als steeds terugkerende vragen: Gelooft Dylan nog in God? En zo ja, in welke God? Is hij nog steeds Christen? Is hij weer teruggekeerd tot zijn Joodse roots? Enz.

Met name deze derde fase vind ik - en dan doel ik vooral op de terugkerende vragen - alles behalve interessant. Sterker nog, ik vind dat ik daar met mijn vingers af moet blijven, dat is iets tussen Dylan en zijn God, daar heb ik niks mee te maken.
Net zoals het tussen mij en mijn God is dat ik een altijd twijfelende niet-gelover ben.
Het is niet de eerste keer dat ik worstel, een aantal maanden geleden heb ik gewerkt aan een stuk over Slow train coming en Saved. Ik heb het stuk nooit afgemaakt, omdat ik zelf worstel. Het ligt al maanden op de plank en het moet nu dan maar de wereld in geslingerd worden. Het is wat het is. Je kunt het onderaan dit stuk vinden.
De meest makkelijke weg om over Dylan & religie te schrijven, zou zijn één van de boeken over dit onderwerp uit de kast pakken en dan hier herhalen wat daar staat. Die weg is me te gemakkelijk.
Dylan's gebruik van de bijbel in zijn songteksten verschilt niet wezenlijk van zijn gebruik van citaten / titels / bekende namen uit / van de literatuur, muziek, enz. waarbij hij vooral gebruik maakt van het collectieve geheugen - zoals ik betoogde in Wilde gedachten #7. De citaten uit en verwijzingen naar de bijbel in Dylan's werk wanneer ze een belletje doen rinkelen bij de luisteraar. De oren leggen de connectie.
En dus sla ik mijn oude bijbel - Leidsche vertaling, uitgegeven in 1925 - vol aantekeningen, onderstrepingen, verwijzingen, enz. maar op. En om bij het eerder aangehaalde Forever young te beginnen:

Jahwe zegene u en behoede u. Jahwe doe zijn lichtend aangezicht over u schijnen en ontferme zich over u! Jahwe verheffe zijn aangezicht over u en schenke u vrede!
(Numeri 6:24-26)

Ook dit had op het geboortekaartje van mijn zoon kunnen staan, naast de eerste paar regels van Forever young.
Luisterend naar Jokerman voel ik regelmatig de behoefte om de boeken Leviticus en Deuteronomium te herlezen, maar ook Prediker 11:1: Zend uw brood uit op zee; want in den loop des tijds vindt gij het terug. En zit in Sweetheart like you, van hetzelfde album als Jokerman, niet een citaat uit Johannes? Lees maar: In het huis mijns Vaders zijn vele woningen. (Johannes 14:2)
Vaak is het ook maar de vraag of een regel uit een Dylantekst daadwerkelijk verwijst naar een regel uit de bijbel, of dat het puur toeval is. Zo las ik ergens, blijkt uit een aantekening in mijn bijbel, dat de regels

His clothes are dirty but his hands are clean
And you’re the best thing that he’s ever seen

uit Lay lady lay zouden verwijzen naar Psalmen 24:4:

Die zuiver van handen en rein van hart is,
die zich niet tot leugen laat vervoeren,
noch valsche eeden doet.

Het zou kunnen, al heb ik mijn twijfels.
En wat te denken van Ik zag toe, totdat tronen geplaatst werden en een Hoogbedaagde zich neerzette; zijn gewaad was wit als sneeuw, zijn hoofdhaar glanzend als wol, zijn troon vuurvlammen, het raderwerk er van een brandend vuur (Daniël 7:9) , al luisterend naar This wheel's on fire.
Er zijn nog tientallen, zo niet honderden voorbeelden te noemen. Maar dan, een mens moet ergens stoppen. Tot slot nog Mattheüs 24, een essentieel hoofdstuk in de bijbel, als je het mij vraagt, voor de Dylanliefhebber. Dit hoofdstuk is terug te vinden in Let me die in my footsteps, I shall be released, When the ship comes in, Ring them bells en de titel Before the flood. Lees maar:

Gij zult hooren van oorlogen en oorlogsgeruchten.

Want zooals de bliksem uitschiet van het Oosten en licht tot het Westen, zoo zal de komst van den Menschenzoon zijn.

Aanstonds na den nood dier dagen zal de zon verduisterd worden en de maan ophouden te schijnen, zullen de sterren van den hemel vallen en de hemelmachten wankelen

Hij zal zijn engelen met luid bazuingeschal uitzenden, en zij zullen al zijn uitverkorenen van de vier hemelstreken, van het eene eind der hemelen tot het andere, verzamelen.

Gelijk men in de dagen vóor den Zondvloed at en dronk, huwde en ten huwelijk gaf, tot op den dag waarop Noach in de ark ging

De bijbel is een dik boek waar Dylan regelmatig inspiratie voor zijn eigen teksten in vond. Maar, let wel, inspiratie vinden in is niet hetzelfde als geloven in.
Aan alles kan getwijfeld worden, zo zong Dylan in Things have changed:

If the Bible is right, the world will explode


De regel begint met If en daar draait het om.

Slow train coming en Saved voor nieuwe oren

I

A: Naar wat voor muziek luister je?
B: Bob Dylan, voornamelijk.
A: Die is wel goed, behalve dan zijn religieuze albums.
B: Heb je die albums gehoord dan?
A: … Nee, dat niet, maar…

Bovenstaande conversatie, hoe absurd dit ook klinkt, heeft daadwerkelijk plaatsgevonden, in augustus 1991. Dylan's zogenaamde 'religieuze albums', Slow train coming (1979) en Saved (1980) , hebben, in ieder geval in Nederland, een slechte reputatie.
Hoe komt het dat "A" in bovenstaande conversatie, en velen met haar, Dylan's 'religieuze albums' op voorhand afwijzen?
Het antwoord op deze vraag is niet moeilijk, het is mij ook overkomen. Voor ik überhaupt Slow train coming of Saved had gehoord, had ik al zo vaak gelezen dat beide albums het best als de pest gemeden konden worden, dat, toen ik eenmaal daadwerkelijk de albums draaide de muziek niet meer hoorde, alleen de reputatie van beide albums.
Na aanschaf van Slow train coming en Saved hebben beide albums na één keer draaien stof staan te vergaren in mijn kast, tot "A" … Nee dat niet, maar… antwoordde op mijn vraag Heb je die albums gehoord dan?
Als een donderslag bij heldere hemel realiseerde ik me dat ik geen haar beter dan "A" was, dat ik Slow train coming en Saved weliswaar gedraaid, maar nooit gehoord had. Met dank aan alles wat ik had gelezen, te stom om met eigen oren te luisteren.
Die dag in augustus besloot ik meer te lezen en minder klakkeloos aan te nemen. Een besluit waar ik tot op de dag van vandaag profijt van heb.

II

Toen in augustus 1979 Slow train coming uitkwam, buitelden de journalisten bijna over elkaar om hun ongenoegen kenbaar te maken. Jeugdheld Dylan bleek christen geworden, een Jezusfreak zoals Bert Jansen schreef, en dat was onacceptabel. Hun held was er niet om God te volgen, maar om zelf richting te geven.
En tien maanden later, na de release van Saved in juni 1980, wil Willem-Jan Martin Dylan zelfs redden van God, van het christendom, zonder dat hij zich afvraagt of Dylan wel gered wil worden. Willem-Jan Martin zal voor Dylan wel even bepalen wat goed voor hem is, alsof de jeugdheld is afgegleden tot een handelingsonbekwaam individu dat gered moet worden van de verschrikkingen van de kerk.
Veel van wat er in de media over Slow train coming en Saved verscheen, lusten de honden geen brood van. Een kleine selectie:

Tien jaar, zelfs minder, geleden zou het een vette grap zijn geweest als je in gezelschap had verkondigd dat Bob Dylan een Jezus-freak was geworden, Nu, in 1979, is het zo ver. De meester heeft zijn Meester gevonden. Dylan gelooft in God en getuigt er van. (…) It may be the Devil, or it may be the Lord, but you gonna have to serve somebody. Zingt Dylan. In zijn opvatting zal ik dan wel met het eerste bezig zijn wanneer ik veronderstel dat de geruchten waar zijn die aangeven dat de Mormonen [sic] hem erg veel geld hebben geboden wanneer hij in hun raamwerk iets zou kunnen doen aan het werven van nieuwe zieltjes. (…) Muzikaal is het [Slow train coming] een meesterwerk. Dylan zingt met een emotie die in deze jaren ongekend is. Als je niet naar de teksten zou luisteren, dan zou er sprake zijn van een comeback die door velen lang verwacht werd Het wordt tijd dat ik uitleg waarom ik de laatste tijd in een rothumeur ben. Dan weten jullie ten minste dat je daar rekening mee moet houden. Het begon toen mijn dochter thuiskwam met het krantebericht dat Bob Dylan, vaders held, opeens christen was geworden. Hij had ook een heel christelijke plaat gemaakt, lazen we en zij grinnikte. (…) En eerlijk is eerlijk, de muziek op Slow Train Coming is prachtig, ook doordat die jongens van Dire Straits meedoen. Maar als je hoort wat hij eigenlijk zingt word je toch echt niet goed. Die teksten gaan over het engste soort christendom dat je je kunt voorstellen. En hij meent het nog ook. (…) Nog een geluk dat er geen tekstblad bij de plaat zit en dat je Engels nog niet zo goed is, want ik geneer me dood.
Het is inderdaad opvallend dat bij de Nederlandse persing van Slow train coming geen tekstvel zat. Bij voorgangers Desire (1976), Hard rain (1976), Street legal (1978) en At Budokan (1979) zat wel een tekstvel.
De Nederlandse persingen van Saved (1980) en Shot of love (1981) bevatten ook geen tekstvel, terwijl Dylan's eerste album ná de zogenaamde 'religieuze periode', Infidels (1983) weer wel een tekstvel bevatte.
Sinds kort is Bob Dylan opnieuw op pad voor de Heer en vertelt hij op zijn pas verschenen elpee Saved hoe die Heer hem heeft gered (saved betékent gered) en dat Hij ook jou kan redden. Als je maar naar Hem luistert. Dan regelt Hij dat wel even voor je. En nog veel meer van dat soort onzin. Alsof mensen niet met elkáár hun eigen leven maken (of verpesten), maar een Heer dat voor ze organiseert. Ik ben er niet eens meer kwaad om geworden. Wel verdrietig. En ook heb ik me afgevraagd hoe wij Bob Dylan écht kunnen redden. Maar ik wist geen oplossing.

Als je dit leest is het niet vreemd dat "A" zei Dylan's muziek wel goed te vinden, behalve de religieuze albums, zonder ooit Slow train coming of Saved gehoord te hebben.

III
Slow Train was a big album, yeah. I don't know what was in the press here about it, but Slow Train did all right. I think Saved was a little light, you know. Some are big, some aren't, you know.
Saved is verdomme een fantastische plaat en Slow train coming is nog beter.
Volgens Clinton Heylin in zijn boek Behind the shades - take two was Dylan niet tevreden over Saved en vroeg hij platenmaatschappij CBS om de nummers opnieuw, live, op te nemen. Een concert in Toronto in april 1980 werd inderdaad opgenomen, maar platenmaatschappij CBS weigerde het live-album Solid rock uit te brengen.
Deze concertopnames circuleren onder verzamelaars en werden zelfs in mei 2001 uitgezonden op de Nederlandse radio, maar tot op de huidige dag zijn ze helaas nog niet officieel uitgebracht.

IV

Het kan ook anders: What unites the three Christian albums (Slow Train Coming, Saved and Shot of Love) with the 'protest' albums (The Free-wheelin' Bob Dylan [sic] and The Times They Are A-Changin') is that in both Dylan is singing songs of redemption, proclaiming that America could be saved if it realised its errors and repented.
Zowel Gotta serve somebody als With God on our side houdt Amerika een spiegel voor, als Amerika maar de eigen fouten wil inzien en boete wil doen voor de gemaakte fouten, is Amerika nog te redden.
Vervang desgewenst 'Amerika' voor 'ik'.
Geen gekke gedachte.
Maar waarom viel With God on our side wel, en Gotta serve somebody niet in goede aarde? Het antwoord moet niet zozeer bij Dylan, als wel bij zijn fans gezocht worden. Waar With God on our side naadloos aansloot (en aansluit) op de gedachtewereld, de politieke voorkeur van een groot deel van Dylan's fans, staat Gotta serve somebody haaks op deze zelfde gedachtewereld.

V

Slow train coming en Saved zijn gospelalbums met maar één boodschap, de Christelijke boodschap. Deze boodschap is niet mijn boodschap, maar dat is nog geen reden om deze albums als 'slecht' af te schrijven. Of, zoals Leonard Cohen zei: People came to me when he [Dylan] put out his Christian record and said, This guy's finished - he can't speak to us any more. I thought those were some of the most beautiful gospel songs that have ever entered the whole landscape of gospel music.
Slow train coming en Saved bevatten de mooiste gospelmuziek ooit gemaakt. Wanneer ik Dylan I believe in you, When He returns, Saved of In the garden hoor zingen, geloof ik hem, laat ik me meevoeren. Mijn atheïstische verstand zegt nee, maar mijn oren schreeuwen JA!

VI

Ik heb me vaak afgevraagd waarom Slow train coming zo rauw op het dak van veel 'oude fans' viel. En eigenlijk ligt het antwoord voor de hand. Veel 'oude fans' vonden in Dylan, ergens halverwege de jaren zestig, een man die verwoordde wat ze voelden, wat ze meemaakten in hun 'strijd' om zich los te worstelen van hun ouders, zoals alle pubers doen. Denk maar aan die regels uit The Times they are a-changin':

Come mothers and fathers throughout the land And don't criticize what you can't understand Your sons and your daughters are beyond your command Your old road is rapidly agin'

Een belangrijk element van die 'strijd' was halverwege de jaren zestig de ontkerkelijking. Pubers zetten zich niet alleen af tegen hun ouders, maar ook tegen de kerk van hun ouders waar ze jaar in, jaar uit iedere zondag gedwongen hadden gezeten.
Dylan hielp veel van deze 'oude fans' om zich in hun pubertijd, ergens halverwege de jaren zestig, te ontworstelen aan de ouderlijke en de kerkelijke macht.
En toen begon Dylan in 1979 zelf te preken. Alsof hij naar 'het andere kamp' was overgelopen. De 'oude fans' voelden zich verraden, voor het eerst bezong Dylan niet hun leven.

VII

Ik ben van een andere, een latere generatie en ja, ook ik heb mij als puber tegen mijn ouders afgezet. En ook in mijn geval bevatte de soundtrack van mijn pubertijd voornamelijk Dylan.
Maar in de tijd dat ik aan het puberen was, lagen Slow train coming en Saved al een paar jaar in de winkels en dus kwam de inhoud van deze albums niet meer als een verrassing toen ik ze eenmaal hoorde. Sterker nog, ik had al veel gelezen over beide albums voor ik ze überhaupt hoorde.
Daarnaast heb ik mij in mijn pubertijd wel moeten ontworstelen aan het ouderlijk, maar niet aan het kerkelijk gezag. In mijn jeugd heeft de kerk geen rol gespeeld.
Daarin ben ik geen uitzondering.

VIII

De crux is dat voor latere generaties Dylan-fans ten eerste de worsteling van de ontkerkelijking en ten tweede het schokelement van de release van Slow train coming geen rol spelen bij de beoordeling van Dylan's religieuze albums, maar dat deze twee zaken nog wel steeds worden gebruikt in de beoordeling van Slow train coming en Saved.
Sla maar een recent geschreven boek over Dylan open, zoek het deel over Slow train coming en Saved op, je zult er ongetwijfeld bovenstaande twee zaken tegenkomen.
Is er dan geen ontsnappen aan? Zeker wel, namelijk eigenwijs zijn. Luister gewoon naar Slow train coming en Saved en beoordeel zelf of je het goede gospelplaten vindt.