22 maart 1965

Bringing It All Back Home is een muzikaal thuis waar de tijd geen vat op heeft

Op 22 maart 1965 verschijnt Bringing It All Back Home. Dat is vandaag 55 jaar geleden. Dit vijfde album wordt in drie dagen opgenomen in een studio in New York en verandert Bob Dylan van een Amerikaanse folk-held in een hippe halfgod, een orakel met wereldfaam & een rockende beatdichter. Arthur Rimbaud heeft met Bringing It All Back Home zijn rebellerende zoon gekregen & zijn naam is Bob Dylan. 
In onderstaande stuk een aantal gedachten en observaties van een liefhebber van het album.


Het feit zoals het er nu staat, in die eerste zin is niet compleet. Het moet zijn: Op 22 maart 1965 verschijnt Bringing It All Back Home in Amerika. In maart '65 is het album in geen Nederlandse winkel te krijgen. Het album is via (dure) import wel in 1965 in Nederland te krijgen, maar niet gelijk. Dat duurt even. Nog later in 1965 brengt ook CBS Nederland Bringing It All Back Home uit. Voor deze uitgave krijgt de plaat een nieuwe titel: Subterranean Homesick Blues. Het is een keuze die ik 55 jaar na dato nog steeds niet kan begrijpen. De titel Bringing It All Back Home dekt uitstekend de lading, waarom dit overboord gezet? Natuurlijk, die nieuwe titel zorgt voor de connectie met de gelijknamige single. Het verkoopt platen, maar is een titel niet een onlosmakelijk onderdeel van het totale kunstwerk dat een album kan zijn (en Bringing It All Back Home is?) Ik denk het wel, zeker als het gaat om deze plaat. Het is het eerste Dylan-album waarvan de titel niet Dylans naam of een verwijzing naar een song op het album bevat. De titel Bringing It All Back Home is belangrijk.
Natuurlijk draait het om de muziek, maar dat neemt niet weg dat Bringing It All Back Home een totaal kunstwerk is. De muziek moet beluisterd worden met de hoes op schoot. Terwijl de naald door de groef ploegt en "Maggie's Farm" uit de boxen knalt, is het goed staren naar de door Daniel Kramer gemaakte foto op de voorzijde van de hoes. Die foto laat zich het best omschrijven als een visueel orkest. Het uit vele elementen opgebouwde geheel is een feest voor het oog. Bob Dylan en Sally Grossman, de kat, de platen, tijdschriften, boeken, alle elementen hebben een dusdanige plek gekregen dat ze bijdragen aan het in een wazige ring gevangen totaalbeeld. Al die losse elementen, de platen, boeken, tijdschriften, vertellen ook een eigen verhaal. De platen van Eric Von Schmidt, Robert Johnson en Dylans eigen Another Side Of Bob Dylan lijken verwijzingen naar een verleden, terwijl Gnaoua - het roze boekje op de schoorsteen mantel - en de elpee van Lord Buckley eerder verwijzingen naar de toekomst lijken te zijn.
Wie de hoes omdraait ziet zes foto's en een door Bob Dylan geschreven tekst. Voor zijn twee voorgaande albums schreef hij ook teksten, respectievelijk 11 Outlined Epitaphs en Some Other Kinds Of Songs..., maar dit zijn meerdere, korte teksten. Bringing It All Back Home is het eerste Dylan-album dat één lange tekst krijgt van de hand van de meester zelf. Het is een tekst waaruit het aangenaam one-liners halen is, zoals "i accept chaos. i am not sure whether it accepts me." of "a poem is a naked person... some people say that i am a poet". Het loont de moeite om deze hoestekst te lezen, niet één keer, maar regelmatig. Misschien wel iedere keer wanneer je de plaat uit de kast haalt om 'm te draaien. Misschien moet het zelfs wel, de tekst is immers een onderdeel van het totaal kunstwerk Bringing It Back Home.
De hoes, de foto op de voorzijde, de titel, de foto's op de achterzijde en de hoestekst vertellen veel over de muziek die op Bringing It All Back Home te horen is.
Wie Bringing It All Back Home op de draaitafel legt, krijgt als eerste "Subterranean Homesick Blues" voorgeschoteld. Het is een aan Chuck Berry schatplichtige song vol ratelde regels die er om schreeuwen om te pas en re onpas geciteerd te worden, zoals: "You don't need a weather man to know which way the wind blows" en "Don't follow leaders, watch the parkin' meters". Deze regels hebben in de afgelopen 55 jaar een dusdanige iconische status gekregen, dat vaak vergeten wordt hoeveel meer schoonheid de songtekst van "Subterranean Homesick Blues" bevat, zoals het vangen van een compleet leven in slechts 42 woorden:

Oh, get born, keep warm
Short pants, romance
Learn to dance, get dressed, get blessed
Try to be a success
Please her, please him, buy gifts
Don't steal, don't lift
Twenty years of schoolin'
And they put you on the day shift

Na dit openingssalvo gaat het tempo iets omlaag voor "She Belongs To Me", een liefdevolle song voor een sterke vrouw waarin Dylan coupletten zingt - zo als gebruikelijk in de blues - met een zich herhalende regel gevolgd door één nieuwe regel:

She's got everything she needs, she's an artist, she don't look back
She's got everything she needs, she's an artist, she don't look back
She can take the dark out of the nighttime and paint the daytime black

Toch is "She Belongs To Me" in de verste verte geen blues. Wat Dylan heeft gedaan is een element uit de blues halen en dit gebruiken voor zijn eigen muziek.
Schitterende song. Er zijn (boze) tongen die beweren dat deze song, vanwege de " Egyptian ring" in het voorlaatste couplet, over Joan Baez gaat en hoewel Joan Baez te zien is op een van de foto's op de achterzijde van de hoes, geloof ik niet dat Baez de inspiratie vormde voor "She Belongs To Me". Baez behoort tot de wereld waarvan Bob Dylan met Bringing It All Back Home (enigszins) afstand nam.
Zoals track 3 - "Maggie's Farm" - de muzikale spiegel is van track 1 - "Subterranean Homesick Blues", zo is track 4 - "Love Minus Zero / No Limit" de spiegel van "She Belongs To Me", van track 2. Nog meer dan in "She Belongs To Me" laat Bob Dylan in "Love Minus Zero / No Limit" horen dat hij een dichter is:

In the dime stores and bus stations
People talk of situations
Read books, repeat quotations
Draw conclusions on the wall
Some speak of the future
My love she speaks softly
She knows there's no success like failure
And that failure's no success at all

De twee volgende songs, "Outlaw Blues" en "On The Road Again" zijn de twee songs op Bringing It All Back Home die regelmatig over het hoofd worden gezien. Het zijn geen niemendalletjes, maar in vergelijking met het muzikale en tekstuele geweld dat op de rest van het album voorbij komt, is het niet vreemd dat ze soms vergeten worden. Dat is jammer, wie niet oppast mist bijvoorbeeld de schitterende one-liner "Don't ask me nothin' about nothin' I just might tell you the truth" in "Outlaw Blues" of de humor in "On The Road Again". Luister alleen al eens naar dat eerste couplet:

Well, I woke up in the morning
There's frogs inside my socks
Your mama, she's a-hidin'
Inside the icebox
Your daddy walks in wearin'
A Napoleon Bonaparte mask
Then you ask why I don't live here
Honey, do you have to ask?

Maar wat "Outlaw Blues" en "On The Road Again" vooral ook duidelijk maken, is waar die albumtitel Bringing It All Back Home op slaat. Deze songs zijn gedrenkt in de Amerikaanse muziek: blues, rhythm & blues, rock 'n roll. De Amerikaanse cultuur: Sony Boy Williams' "Nine Below Zero", Robert Ford, Jesse James, Santa Claus, outlaws en de beatdichters, om er een paar te noemen.
Niet alleen zijn de songs op Bringing It All Back Home gedrenkt in de Amerikaanse cultuur, ook schopt Dylan in deze songs tegen diezelfde Amerikaanse cultuur. Wat bijvoorbeeld te denken van die laatste regels van "Outlaw Blues":

She's a brown-skin woman,
But I love her just the same

Hoe werd hier anno 1965 tegenaan gekeken? Amerika was toen nog een land waarin de ongelijkheid tussen blank en zwart sterk aanwezig was.
Het is belangrijk om bij het draaien van Bringing It All Back Home ook naar "Outlaw Blues" en "On The Road Again" te luisteren.
Hoe Amerikaans Bringing It All Back Home is bewijst de laatste song van kant 1 van dit album: "Bob Dylan's 115th Dream" is de geestige alternatieve geschiedenis van de ontdekking van Amerika, niet door Columbus, maar daar captain Arab, een verbastering van Captain Ahab, de man die op de witte wavis jaagde in het boek Moby Dick van Herman Melville:

I think I'll call it america. I said as we hit land.
I took a deep breath. I fell down, I could not stand.
Captain arab he starting writing out some deeds
He said let's build us a fort and start buying the place with beads.
Just then a cop come down the street crazy as a loon
They throws us all in jail for carryin' harpoons.

Die alternatieve geschiedenis van de ontdekking van Amerika is doorspekt met scenes, absurditeiten, gebeurtenissen uit het Amerika van 1965, zoals de bekeuring voor het dragen van een harpoen in de hierboven geciteerde regels, of de hint naar travestie in de regel: "The waitress he was handsome".
Hoe Amerikaans dit nummer ook is, Dylan vindt ruimte om er een kleine verwijzing naar The Fab Four, The Beatles in te stoppen:

I went out the other door this english man said fab

Zoals Columbus vanuit Europa op pad ging om Amerika (onbedoeld) te ontdekken, zo gingen The Beatles vanuit Engeland op pad om Amerika te veroveren tijdens de zogenaamde British Invasion, zo lijkt Dylan haast te willen zeggen. Met Bringing It All Back Home brengt Dylan het Amerikaanse terug naar Amerika.
Wie de plaat omdraait en de naald weer in de groef laat zakken komt in een nieuwe wereld terecht. Weg is de band die Dylan op de nummers van kant 1 begeleidde. Bringing It All Back Home is schizofreen: de eerste kant bevat rhythm and blues, rock 'n roll. Het is een plaatkant waar de energie vanaf spat. Kant 2 bevat minstens net zoveel, maar een andere energie. Geen band. Dylan met een akoestische gitaar. Hier en daar wordt hij ondersteund door een tweede muzikant, maar dat neemt niet weg dat qua instrumentatie kant 2 sterk doet denken aan de folkmuziek waarmee Dylan zijn carrière begon. Het is verleidelijk om te zeggen dat Dylan op de vier songs op deze tweede kant teruggrijpt op de akoestische, op de folk leunende muziek van zijn eerste vier elpees. Het is belangrijk om niet in die val te trappen. De songs op kant 2 van Bringing It All Back Home staan net zover van de songs op Dylans eerste vier albums als de aarde van de zon staat.
Kant 2 opent met "Mr. Tambourine Man", een van de sterkste songs uit Dylans oeuvre. De song die oproept om uit de tijd, uit het moment gehaald te worden:

Then take me disappearin' through the smoke rings of my mind
Down the foggy ruins of time, far past the frozen leaves
The haunted, frightened trees, out to the windy beach
Far from the twisted reach of crazy sorrow

"Gates Of Eden" is een droomsong in een (bijna) deinend ritme, gevolgd door veruit de beste song die Bob Dylan ooit schreef: "It's Alright, Ma (I'm Only Bleeding)". "It's Alright, Ma" is een perfecte samensmelting van tekst en muziek. Het is een song om met open mond naar te luisteren en achteraf "what the fuck" vertwijfeld over te fluisteren. Het is de song die op mijn begrafenis gedraaid moet worden, snoeihard. Een laatste middelvinger richting de verlaten wereld. Het is de song waarvoor Bob Dylan de Nobelprijs voor de Literatuur verdient. Eind 2016, op de dag dat Bob Dylan die Nobelprijs kreeg, schreef ik op de website van de Volkskrant over "It's Alright, Ma (I'm Only Bleeding)":

Er zijn mensen die vinden dat Bob Dylan de Nobelprijs voor de literatuur helemaal niet verdient. Dat moeten mensen zijn die nog nooit dat ene couplet uit "It's Alright, Ma (I'm Only Bleeding)" gehoord hebben:

Disillusioned words like bullets bark
As human gods aim for their mark
Make everything from toy guns that spark
To flesh-colored Christs that glow in the dark
It's easy to see without looking too far
That not much is really sacred

Bovenstaande regels zijn poëzie. Naast het eindrijm is er de alliteratie (bullets bark; gods guns glow colored Christs; easy see), beide rijmvormen komen uiteraard extra goed tot hun recht wanneer de tekst niet gelezen, maar gehoord wordt, bij voorkeur wanneer deze door Bob Dylan zelf gezongen wordt.

Wat alliteratie doet binnen deze tekst is verbanden door middel van klank leggen. Het knappe van de schrijver Bob Dylan is dat hij binnen een tekst zoals bovenstaand vers uit "It's Alright, Ma (I'm Only Bleeding)" over de regels heen niet alleen verbanden legt door middel van klank, maar ook betekenis. Zo associeert de luisteraar "bullets" (regel 1), "aim for their mark" (regel 2) en "toy guns" (regel 3) met wapens en zullen "human gods" (regel 2), "flesh-colored Christs" (regel 4) en "sacred" (regel 6) geassocieerd worden met religie. Bob Dylans teksten zitten vol met dit soort poëtische vondsten.

"It's Alright, Ma  (I'm Only Bleeding)" is een godensong. Beter dan dit wordt het niet.
Bringing It All Back Home sluit af met "It's All Over Now, Baby Blue". Het is een song van afscheid, van het afsluiten van wat geweest is. Maar ook een nieuw begin, een mogelijkheid om verder te gaan, om aan iets nieuws te beginnen:

Strike another match, go start anew
And it's all over now, baby blue

Het zijn de laatste woorden van Bringing It All Back Home. Een album afsluiten met een oproep om aan iets nieuws te  beginnen, dat is een magistrale, Dylaneske zet.

Bringing It All Back Home is een album om in te wonen, om minstens eens per week op de draaitafel te leggen. Om te beluisteren met de hoes op schoot. In bovenstaande stip ik slechts een klein deel van de schoonheid die het album te bieden heeft aan.
Ik ben te jong om het verschijnen van Bringing It All Back Home te kunnen herinneren. Ik ben van 1973. Bringing It All Back Home kwam ergens in de jaren negentig van de twintigste eeuw in mijn leven. Ik leef inmiddels zo'n kwart eeuw met het album en nog steeds klinkt het album fris, alsof het gisteren is opgenomen.
Ik baal dat ik de eerste dertig Bringing It All Back Home-jaren heb moeten missen, simpelweg omdat ik te laat geboren ben. Ik had graag vanaf 1965 naar misschien wel het beste album ooit gemaakt geluisterd.
Ik ben een broekie, ik heb er slechts een kwart eeuw luisteren opzitten. Maar het luisteren stopt niet, ik blijf mijn oren spitsen zodra Bringing It All Back Home op de draaitafel gaat. Ik kan alleen maar met open mond luisteren, de hoes op schoot. Starend naar de foto's, de hoestekst en iedere keer weer opschrikken als een van die tientallen belachelijk sterke tekstregels die op dit album te vinden zijn voorbij komt. Bringing It All Back Home is een totaal kunstwerk, een muzikaal thuis waar de tijd geen vat op heeft.
Vandaag is het tijd om Bringing It All Back Home te draaien.
Net als morgen. En overmorgen.

~ * ~ * ~ * ~

Over de invloed van de schrijvers van de Beat Generation op Bob Dylans Bringing It All Back Home schreef ik in mijn boek Dylan & de Beats (2018). Hieronder een fragment uit dat boek.

De Beats & Bringing It All Back Home

In maart 1965 verscheen Bringing It All Back Home, Bob Dylans vijfde album. Bringing It All Back Home is in de ruim vijftig jaar sinds verschijning uitgegroeid tot een klassieker, niet alleen in Dylans oeuvre, maar ook in de populaire muziek in het algemeen. Dit album bevat tijdloze songs als “Subterranean Homesick Blues”, “Maggie’s Farm”, “Mr. Tambourine Man” en “It’s All Over Now, Baby Blue”.
Daarnaast is Bringing It All Back Home het eerst album waarop Bob Dylan zich op het overgrote deel van de songs liet begeleiden door een band. Echter, het gaat me hier in eerste instantie niet zozeer om de muziek op Bringing It All Back Home, maar om de hoes van dit album. Voor de goede verstaander zijn er veel verwijzingen naar de Beats op deze hoes te vinden.
De voorzijde van de hoes bevat een schitterende door Daniel Kramer gemaakte foto waarop Bob Dylan en Sally Grossman te zien zijn.[1] Ze zitten in een kamer met op de achtergrond een open haard. Rond Bob Dylan en Sally Grossman zijn tijdschriften, boeken, platen en andere zaken uitgestald. Op de schoorsteenmantel, links naast de elpee van Lord Buckley, staat een klein, overwegend roze boekje. Dit boekje is het in 1964 door Ira Cohen in Tanger, Marokko uitgegeven literaire tijdschrift Gnaoua. Dit tijdschrift bevat onder andere vier werken van William Burroughs  (“Pry Yourself Loose And Listen”, “Notes On Page One”, “Ancient Face Gone Out” en “Just So Long And Long Enough”), een dagboeknotitie (“A Dream”)[2] en een gedicht (“A Writing (May 1963)”) van Allen Ginsberg, en negen gedichten van Michael McClure (“The Beast Sound: Nine Poems”).

Op de achterzijde van de hoes van Bringing It All Back Home zijn nog meer verwijzingen naar Beats te vinden. Zo bevat de achterzijde van de hoes een foto van Allen Ginsberg met op zijn hoofd een hoge hoed. Het is de enige foto op de hoes van Bringing It All Back Home waarop Bob Dylan zelf niet te zien is. Op een andere foto op de achterzijde van de hoes draagt Bob Dylan een soortgelijke, misschien zelfs dezelfde hoge hoed.
Het oogt haast alsof de ontwerper van de hoes een (visuele) connectie heeft willen leggen tussen Bob Dylan en Allen Ginsberg door ze beiden af te beelden met eenzelfde hoed.

Ook in de door Bob Dylan geschreven liner notes op de achterzijde van de hoes komen we Allen Ginsberg weer tegen: “why allen ginsberg was not chosen t read poetry at the inauguration boggles my mind”.
Twee keer eerder schreef Bob Dylan liner notes voor zijn eigen album en in beide eerdere liner notes vinden we Allen Ginsberg.
In “11 Outlined Epitaphs” op de hoes van The Times They Are A-Changin’ (1964) staat:

the dead poems of Eddie Freeman
love songs of Allen Ginsberg
an jail songs of Ray Bremser

Een opmerkelijk rijtje van drie dichters. Toen Bob Dylan dit schreef was van twee van deze drie dichters nog geen dichtbundel gepubliceerd. Allen Ginsberg is de uitzondering in dit rijtje dichters.
Eddie Freeman is waarschijnlijk Edward B. Freeman, Jr. (1939 – 1962). Volgens een op het internet gevonden in memoriam was Freeman een dichter die regelmatig in Greenwich Village te vinden was en bevriend raakte met Bob Dylan.[3] Of deze Eddie Freeman tot de Beats gerekend kan worden maakt het in memoriam niet duidelijk. Freeman was 23 jaar toen hij in november 1962 omkwam bij een vliegtuigongeluk (“dead poems”, schrijft Dylan).
Ray Bremser (1934 – 1998) behoorde zeker wel tot de Beats. Zijn debuut, Poems Of Madness, verscheen in 1965 terwijl Bremser in de gevangenis zat voor het bezit van marihuana (Bob Dylan heeft het over “jail songs”). De inleiding bij deze bundel werd geschreven door Allen Ginsberg. Voor het verschijnen van Poems Of Madness werden twee gedichten van Bremser opgenomen in The New American Poetry (Grove Press, 1960). Volgens Michael Gray in The Bob Dylan Encyclopedia hoorde Bob Dylan in 1961 in New York Ray Bremser voorlezen.
Allen Ginsberg in het gedicht  “Television Was a Baby Crawling Toward That Deathchamber” (februari 1961): “I receive a happy letter from Ray Bremser exiled from home in New Jersey jail”.[4]
Tijdens een interview met Elazar Larry Freifeld in 1988 zei Allen Ginsberg: “Bobby Dylan also likes him [Ray Bremser]. He [Dylan] says he [Bremser] has the best ear of all the poets.”[5]

Zoals boven aangegeven is Allen Ginsberg niet alleen te vinden in de liner notes van The Times They Are A-Changin’ en Bringing It All Back Home, maar ook op de hoes van een derde elpee, in de door Bob Dylan geschreven “Some Other Kinds Of Songs…” op de hoes van Another Side Of Bob Dylan (1964):

i take allen ginsberg t meet fantastic
great beautiful artist an no trespassin

Het is niet alleen het noemen van Allen Ginsberg in de liner notes van drie opeenvolgende albums, het is ook de toon van deze liner notes op de hoezen van The Times They Are A-Changin’, Another Side Of Bob Dylan en Bringing It All Back Home die de invloed van de Beats op het schrijven van Bob Dylan laat zien.

Terug naar Bringing It All Back Home. Naast het plaatsen van het tijdschrift Gnaoua op de voorzijde van de hoes en de foto van Allen Ginsberg en het noemen van zijn naam in de tekst op de achterzijde van de hoes, lijkt ook Jack Kerouac te vinden te zijn op Bringing It All Back Home.
Wie Bringing It All Back Home opzet, hoort als eerste het nummer “Subterranean Homesick Blues”. De titel van dit nummer is mogelijk een echo van een van Jack Kerouacs boektitels: The Subterraneans (1958). Dat lijkt ver gezocht, ware het niet dat een groot aantal (boek-) titels van Jack Kerouac (en andere Beats) een echo lijken te hebben gevonden in een songtitel van Bob Dylan, vooral in de jaren 1965 en 1966.
Op Bringing It All Back Home is zeker nog één echo te vinden: Bob Dylans “On The Road Again” is – mede dankzij het woord “Again” in de titel – een duidelijke verwijzing naar Jack Kerouacs bekendste boek: On The Road (1957).[6]
Later in dit boek zal ik verder ingaan op de echo’s van titels van Beats in de songtitels van Bob Dylan. Dan zal blijken dat Bob Dylan niet alleen naar titels van Jack Kerouac verwijst, maar ook naar werken van Gregory Corso en Allen Ginsberg.

Ook de songteksten op Bringing It All Back Home bevatten enkele Beat-connecties. Zo schrijft Erika Roša over de openingssong van dit album: “‘[Subterranean] Homesick Blues’ explores Beat’s main themes.”[7] En schrijvers als Sean Wilentz en David Yaffe leggen connecties tussen Bob Dylans “It’s Alright, Ma (I’m Only Bleeding)” van Bringing It All Back Home en de gedichten “Howl” en “America” van Allen Ginsberg. Verderop in dit boek kom ik hier nog op terug.
Tot slot hoort Erika Roša nog een overeenkomst tussen de “breath-based lines” van Allen Ginsberg en Bob Dylans manier van zingen in “It’s Alright, Ma (I’m Only Bleeding)”. Dit behoeft mogelijk enige uitleg. Een “breath unit” heeft de lengte van één keer al pratend uitademen. Allen Ginsberg gaf zijn dichtregels de lengte van één “breath unit”. Hij kon dus precies één dichtregel voorlezen op één ademhaling, een “breath-based line”.
Roša: “In ‘It’s Alright, Ma’ Dylan sings each stanza made up of short verses in one breath. While in Ginsberg’s poetry the unit determines the length of the verse, in Dylan’s song it organizes the length of the stanza.”[8]








[1] Sally Grossman is de vrouw van Albert Grossman, Bob Dylans manager.
[2] Deze dagboeknotitie werd later in iets gewijzigde vorm opgenomen in Allen Ginsbergs Journals; Early Fifties Early Sixties. “Ancient Face Gone Out” van William Burroughs is ook opgenomen in het boek The Burroughs File.
[3] http://alumninet.yale.edu/classes/yc1962/obituaries/freeman.html
[4] Allen Ginsberg, – Collected Poems 1947 – 1980; Harper & Row, Publishers, New York, 1984; First Perennial Library Edition, 1988; blz. 282
[5] Gezien online, 9 maart 2018: http://allenginsberg.org/2018/03/sat-m-3/
[6] De songtitel “Maggie’s Farm” op Bringing It All Back Home zou nog gezien kunnen worden als een verwijzing naar Kerouacs Maggie Cassidy (1959).
[7] Erika Roša – Bob Dylan’s 1960s Albums and the Beat Generation
[8] Erika Roša – Bob Dylan’s 1960s Albums and the Beat Generation


2 opmerkingen:

Anoniem zei

Vanwege de waanzin van de voortdurende examendrift in het onderwijs, ondanks een desperate tijd die desperate maatregelen vergt, reageer ik wat laat, maar het gaf me even een zeldzaam moment van vrede, dit stuk van jou te lezen. Uitgekomen op mijn 7e verjaardag al hoorde ik deze plaat pas ergens eind 65, toen mijn oudere broer hem had gekocht. Al is Highway 61 het perfecte album, en heeft Blonde on Blonde iets van een fenomenale zonsondergang, blijft voor mij Bringing It All Back Home de onbeklimbare kunstzinnige piek uit zijn oeuvre, die plaat die me het meest raakt en inspireert, een totaal kunstwerk inderdaad, ik nam de plaat als puber soms mee naar school, het was mijn embleem, en dan keek ik er naar in de schoolbank, en werd de klas uitgestuurd. De magie van deze elpee is wat de Nobelprijs tot een terechte maakt, geen roman ken ik die deze rijkdom bezit, terwijl ik toch een paar boeken heel hoog heb...
groet hans altena

tom w zei

Hans,
Twee dagen te laat, maar alsnog: gefeliciteerd met je verjaardag.
Tom