Hoe ben ik hier verzeild geraakt. Zo rond 1967 heb ik de elpee ‘The Times …’ gekocht. Ronduit schitterend, verpletterende teksten. Verder ken ik Dylan eigenlijk nauwelijks. Tot ik in 1969 het boek van uitgeverij Thomas Rap koop. Nog zie ik me zitten in de seinpost van Den Helder, waar ik als dienstplichtig militair het vaderland verdedig tegen zijn vileine vijanden. Als seiner-telexist dien ik via radio, vlaggen en seinlampen te communiceren met onze marineschepen. Voornamelijk zit ik me te vervelen. Tijdens één van de zinloze nachtelijke wachturen boven in de seinpost lees ik Dylans teksten. Ik ben verkocht, volledig verkocht. In de muziek ben ik altijd een tekstman geweest. De melodie en de muziek zijn voor mij een begeleiding bij en ondersteuning van de tekst. En tekst, die moet je kunnen verstaan -of lezen, natuurlijk.
Niet lang daarna heb ik alle uitgekomen elpees in mijn bezit. En ik ga verder: Woody Guthrie? Ik koop alles van en over hem. Dylan onder de indruk van Jack Kerouacs ‘On The Road’? Dan moet ik diens boeken hebben. En zo gaat het door. De tijd van de bootlegs breekt ongeveer gelijktijdig aan en ik ken al gauw de adresjes waar dozen onder de toonbank staan.
Bij mijn drie reizen naar de VS en vooral tijdens de eerste in 1973 –twee maanden met de rugzak rondgezworven- veel officiële elpees (Broadside, Woody Guthrie Memorial en Newport bijvoorbeeld) en bootlegs gekocht, onder meer in een kelderwinkeltje dat ik vond tijdens een soort pelgrimage in West Fourth Street in New York.
Regelmatig festival- en concertganger, toch komen er kriebels in de buik. Want het wordt juni 1978. Dylan komt eindelijk naar Nederland! In de volle Kuip eerst het voorprogramma; daarover komt er in 2013 geen enkele herinnering naar boven. Niets meer in het brein over Clapton en Champion Jack Dupree. Toch mensen die zich wel degelijk mogen verheugen in mijn belangstelling voor hun artiestendom.
Maar ook bij het nu zien van Dylans setlist zijn er hooguit een paar nummers die ik me scherp kan herinneren. Maar wat me nog heel goed voor de geest staat, is de schok wanneer Dylan het podium op komt. Hij is opgemaakt en draagt een soort glitterpak. Wat is dit? Las Vegas entertainment? Weliswaar entertainment van Dylan, maar toch: entertainment. Achtergrondzangeressen net als op ‘Street-legal’. Het valt me allemaal wat rauw op het dak. Had ik liever een soort 1966-concert gehad? Zeker weten. Had ik gehoopt op een soort Rolling Thunder Revue? Zeker weten. Dacht ik aan een 1974-concert? Zeker weten. Had ik op dit entertainment gehoopt? Nee.
Toch denk ik met een goed gevoel terug aan die 23e juni 1978. Dylan was in vorm en zong met kracht en overtuiging, vaak met gesloten ogen. Diverse nummers, waaronder natuurlijk ‘Like a Rolling Stone’, heb ik luid meegezongen. In een koor van zo’n 50.000 zangers en zangeressen valt één stem gelukkig niet op. ‘Senor (Tales of Yankee Power)’ fabuleus, ‘Forever Young’, om emotioneel van te worden. Voor de terugreis per trein verdient de NS alsnog een lintje. Met extra treinen in de nacht kon ik in de vroege ochtenduren thuiskomen, ondanks lieden die niet van de noodrem konden afblijven. Ach, met alleen Dylan-aanhangers is elke treinreis een goeie treinreis.
Enige tijd later ruilde ik met Sjoerd de Vos (?) uit Enschede (?) een bootleg-elpee van Charlotte ’74 voor een 18 cm reel met de Kuip-opname. Via internet later nog een andere opname gedownload. En gelukkig heb ik ook de eigen foto’s nog.
Hierna nog diverse Dylan-concerten bijgewoond. Gedurende de jaren kwam ik met meer gemengde gevoelens bij zo’n concert vandaan. Ja, het was Dylan waar ik geweest was. Nee, een goed concert kon ik het vaak niet vinden. Soms was het een Dylan met een attitude. Een hier-sta-ik,-ik-kan-niet-anders,-maar-ik-heb-er-geen-zin-in-concert. En bij de laatst bezochte concerten had ik achteraf een weemoedig gevoel. Wil ik dit nog wel? Is het niet te betreuren, als je er pas bij een refrein achterkomt welk nummer gespeeld en gezongen(?) wordt.
Daarom deze slotalinea. Straks op 30 oktober zal ik er niet bij zijn. Tom heeft in z’n blog van 15 juni een link opgenomen naar een tekst van Berry Brinkhorst: ‘Aftakeling’. Ik had die tekst zelf kunnen schrijven, al zou ik er absoluut een andere titel aan hebben gegeven. (En ik zou wel de datum van Dylans concert goed hebben opgeschreven. ’t Is 30 oktober, Berry, niet de tiende.) Dylan was op 23 juni 1978 net 37 geworden; ik was 30. Nu, 35 jaar later: Dylan is 72 en ik geniet van een goed pensioen. Mijn (betaalde) arbeidzame leven zit erop. Waarom doet Dylan niet hetzelfde. Met zijn pensioen zit het wel goed, met al die nog uit te brengen opnames van de laatste vijftig jaar en alle royalties van zijn nummers. Natuurlijk wens ik iedereen veel plezier in de HMH op 30 oktober. Als het concert ooit op internet te downloaden zal zijn, zal ik dat zeker doen. Op 30 oktober zelf klinkt bij mij thuis een elpee, een cd of een gedownload concert; er liggen er meer dan voldoende gebrand in de kast en er staan er nog ettelijke op de computer.
Maak platen, Bob, laat de concerten maar achterwege. Je hebt nog een contract voor een aantal boeken en je hebt kleinkinderen. Ook ‘opa zijn’ is een prima tijdsbesteding.
Simon Blokker
De foto's bij dit artikel zijn op 23 juni 1978 gemaakt door Simon Blokker.
2 opmerkingen:
in muziek, literatuur of kunst ga je niet met pensioen... loop je hoogstens tegen een writers block of iet dergelijks aan, een wegvallen van inspiratie, en dat lang niet altijd op oudere leeftijd... eerder zo rond je 25e, na de eerste Rimbaud achtige uitspattingen, of op je veertigste, wanneer je aan je zelf en de toekomst twijfelt of nog later, wanneer het leven even teveel wordt... maar bij Dylan sinds de laatste 15 jaar is er de rijpheid van een ouwe blues speler die niet van ophouden weet en genoeg te vertellen heeft, met een doorleefde stem nog steeds... al is er soms de nostalgie naar de jonge loepzuivere klanken, hij blijft mij in ieder geval raken... luister ik naar Tempest en opnames van zijn laatste concerten in Amerika hoor ik een subtiliteit en trefzekerheid, die helaas in de vreselijke Heinken hal wel niet te horen zal zijn en toich is daar de hoop...
precies!
Een reactie posten