De kluizenaar

Het is een rustige ochtend. De gordijnen zitten dicht, de wereld is buitengesloten. Als een gelukkige kluizenaar scharrel ik door het huis. Alles is hunky dory.
Het gaat fout met het opstarten van de computer. Binnen minuten na het opstarten kom ik een stuk op internet tegen met de titel 'Bob Dylan "muzikaal niet zo begaafd"'. Het is een stuk van Herbert Blankensteijn, het staat op de website van NRC. In het stuk staat dat Joni Mitchell tijdens een interview ontkent dat ze ooit over Dylan heeft gezegd dat hij niet authentiek is. Wel zegt ze tijdens dit interview, zo lees ik in de tekst van Blankensteijn, dat Dylan muzikaal niet zo begaafd is.
Wie nu denkt dat ik na aanleiding van dit stuk op de website van NRC hier een oproep zal plaatsen om de platen van Joni Mitchell stuk te slaan tegen de muren van het rechtvaardigheidsgevoel, moet ik teleurstellen.
Onder de woorden van Blankensteijn staan een aantal filmpjes van het bewuste interview met Joni Mitchell. In het tweede filmpje praat Mitchell over Bob Dylan. Ze is zeer duidelijk over hoe in een artikel woorden in haar mond zijn gelegd - de bewering dat Bob Dylan niet authentiek is - door de journalist. Vervolgens zegt ze inderdaad dat Bob Dylan muzikaal niet zo begaafd is, maar het is maar een bijzinnetje, ze zegt veel meer over Dylan. Het is natuurlijk absurd dat uitgerekend deze uitspraak boven het bericht op de website van NRC staat. Een losse opmerking wordt hierdoor veel belangrijker gemaakt dan Mitchells bedoeling geweest zal zijn.
Ik heb geen moeite met wat Joni Mitchell zegt, ik heb moeite met de manier waarop NRC dit 'nieuws' de wereld in stuurt.

Nu Mitchells uitspraak zo 'groots' de wereld in geslingerd is, bekruipt mij het gevoel dat ik er niet meer omheen kan, dat ik er iets van moet vinden.
Laat ik proberen mijn punt te maken met twee voorbeelden, uit het verleden, Mitchell- en Dylan-loos.

Als puber had ik ooit de illusie grandioos gitaar te kunnen leren spelen door op slaapkamers en in garages met vrienden bij elkaar te kruipen en te spelen, te spelen en nog meer te spelen zonder ooit één les te nemen. Tijdens een van dit gitaar-bijeenkomsten liet een vriend het album Friday night in San Francisco van Al DiMeola, John McLaughlin en Paco DeLucia horen. Drie briljante gitaristen, muzikaal hoogbegaafd. Met open mond heb ik zitten luisteren.
Dat album heb ik vervolgens gekocht, gedraaid en drie weken geen gitaar gespeeld. Voor iedereen die het wilde horen, draaide ik stukken van Friday night in San Francisco en mompelde 'dit is knap'. Ik kon met open mond luisteren naar die plaat uit bewondering voor de technische vaardigheden van deze drie gitaristen, maar de muziek op Friday night in San Francisco heeft me nooit geraakt.
Ergens begin jaren negentig stuitte ik op het album West of Rome van Vic Chesnutt. Chesnutt raakte bij een auto-ongeluk zwaar gewond waardoor hij gedeeltelijk verlamd raakte. Hij speelde gitaar en piano met niet meer dan enkele nog functionerende vingers. Technisch gezien doet zijn spel misschien nog het meest denken aan dat van een kind dat twee weken eerder een speelgoedgitaartje heeft gekregen. Elementair, hooguit.
En toch. De muziek van Vic Chesnutt op West of Rome is van een verbazingwekkende schoonheid die de luisteraar, die mij, niet een beetje, maar vol raakt.

Ik luister niet naar de muziek van Bob Dylan omdat hij muzikaal begaafd is. Ik luister naar Dylans muziek omdat die me raakt (en niet zo'n beetje ook). Het maakt me niet uit of Bob Dylan al dan niet muzikaal begaafd is, daar gaat het niet om. Er zijn genoeg muzikanten die technisch beter spelen dan Dylan, net zo goed als er genoeg muzikanten zijn die technisch slechter spelen dan Dylan. Nou en?
Als ik naar muziek luister, wil ik meegezogen worden in het verhaal dat de muziek mij vertelt en niet beargumenteren waarom dat ene gitaarloopje zo knap is.
 
Ik kruip weer terug in mijn ochtend. De gordijnen blijven gesloten, de computer gaat weer uit. Ik heb genoeg van de buitenwereld gezien voor vandaag.

3 opmerkingen:

hans altena zei

techniek zegt inderdaad niets, Hendrix de beste gitarist? en dat soort onzin? hij deed er dingen mee waardoor de hij via de gitaar iets overbracht, dat nog niet eerder zo gehoord was via dat instrument en wat uniek van hem was en daarin nieuw voor de wereld, al had het ook zijn roots in van alles en nog wat... bovendien, hij raakte harten... vaak zeiden na zijn dood geborneerde mensen dat een ander veel sneller kon spelen dan hem, of met minder fouten... daarvoor trok ik dan ook de gordijnen dicht en gaf me over aan de visioenen opwekkende klanken van voodoo child (dat voor mij overigens toen zowel over Dylan als hem ging, en op een gekke avond bij het spelen van dat nummer zag ik zelf iets op me af komen waarover ik me nu nog afvraag wat het is... en ik weet dat ik niet gek ben, al leek het daar toen even op, sindsdien sloop er iets in mijn teksten en zang waar ik nog steeds mee worstel). ik wil maar zeggen, sommige muziek roept iets op dat buitenwerelds lijkt, of juist diep van binnen opwelt, andere muziek zoekt de perfectie van een kille technologische wereld... and I ain't got no home in this world anymore

Cas zei

't Gekke is, dat Dylan het wel kan, dat technisch perfect gitaarspelen. Heb dat zelf gezien, met eigen ogen, in Parijs, 1990, op 2 meter afstand (maar dat is een ander verhaal). Tijdens een solo stopte G.E. Smith abrupt met spelen, en Dylan nam de solo naadloos en vooral feilloos over, zonder een noot te missen. Stomverbaasd keek ik mijn buurman aan (Peter, als je dit leest, kun je het beamen), want we konden onze ogen (en oren) niet geloven.

hans altena zei

Dat Dylan een heel goede gitarist is heeft hij meermalen bewezen, zijn intuïtie is feilloos en hij heeft een heel speciale techniek ontwikkeld, die kan varieren tot heel basic, naar vooral in het begin fabuleus fingerpicking en tot grillige solo's waarin dingen worden weggelaten, maar de lijn achteraf duidelijk te traceren is. Daarbij streeft hij niet naar foutloos James Joyce zei dat genialiteit ontstaat in antwoord op fouten die een doorbraak vormen uit het vaste stramien), eerder zoekt hij steeds naar uitwegen, om voorspelbaarheid te voorkomen. World Gone Wrong is voor iedereen die gitaar speelt een bewijs van zijn kunnen. Wat betreft piano spelen, Dr John heeft daar ooit waarderend naar verwezen, je pikt hem er zo uit. En dan komen we bij zijn stem, probeer als zanger maar eens de ademhalingstechniek die hij heeft toe te passen, dan laat je het wel om nog eens te zeggen dat hij niet kan zingen. Maar, ondanks zijn technische kunnen, het is de compleet eigen wijze waarop hij dit toepast, waarmee hij zich onderscheidt. De concerten met de Band in 66 bieden meerdere voorbeelden van situaties zoals Cas die zo mooi beschrijft overigens, en Robertson is niet een beetje beïnvloedt in zijn gitaarspel door Dylan, ook hij werd steeds grilliger.