Ik ben ergens halverwege die cd. Wat is "To Ramona" toch mooi op deze cd, om over "I Dreamed I Saw St. Augustine" maar te zwijgen.
Naast de computer waar ik achter zit ligt een klein stapeltje bestaande uit twee tijdschriften en een boek die naar zolder moeten. De twee tijdschriften - Mojo van februari 1998 en Revolver van oktober 1997 - kocht ik onlangs bij een kringloopwinkel, maar blijk ik beide al te bezitten. Die gaan in de verhuisdoos vol dubbele Dylanknipsels. Ik ben ooit begonnen met het vullen van die doos met het idee om te ruilen met andere Dylanverzamelaars. Het is er nog nooit van gekomen. Ooit komt er een dag dat ik iemand blij maak met de honderden knipsels in die doos.
Het boek dat naar zolder gaat is A Fool Such As I; De Lotgevallen van Simon Posthuma. Ik wilde dat boek lezen, vooral om een goed beeld te krijgen van Nederland in de jaren zestig. Ik ben niet veel verder gekomen dan bladzijde 173. Het is een bladzijde uit het hoofdstuk over Posthuma's verblijf in Athene van 19 november 1965 tot en met 2 maart 1966. Op die bladzijde lees ik:
"'Wat mis je het meest in Athene?' vroeg ik Marijke op een avond. We hadden en brief aan Simon Vinkenoog opgesteld die ze uittikte op onze draagbare typemachine die we van uit Amsterdam hadden meegebracht. Uit de transistorradio klonk een melige, fanfareachtige Bob Dylansong. 'They'll stone you when you're riding in your car...'
Marijke stopte even met typen en dacht na.
'Everybody must get stoned!' concludeerde Bob en een dweilorkest blies er vrolijk op los.
'Pot,'zei Marijke, 'we hebben al anderhalve maand niets anders dan sigaretten gerookt.'"
De in dit fragment geciteerde Dylansong is natuurlijk "Rainy Day Women #12 & 35". Dit nummer is de openingstrack van het album Blonde On Blonde dat op z'n vroegst in de zomer van 1966 in Europa te verkrijgen is. "Rainy Day Women #12 & 35" wordt vanaf april 1966 op single uitgebracht. Eerst in Amerika en Canada, daarna Europa en de rest van de wereld.
Hoe is het mogelijk dat Simon Posthumus tussen 19 november 1965 en 2 maart 1966 "Rainy Day Women #12 & 35" op de radio in Athene hoort terwijl zowel het album als de single waarop dat nummer te vinden is op dat moment nog niet is uitgebracht?
Posthuma zuigt maar wat uit zijn dikke duim, waarschijnlijk omdat dat Dylan-citaat zo mooi past bij de drang naar pot. Ik kan daar slecht tegen. Ik ben een zeikerd wat dat betreft. Bij mij is na deze constatering de behoefte om A Fool Such As I te lezen in een klap verdwenen.
Jammer.
Nu de cd met Wight is afgelopen denk ik dat ik een kleine stap terug in de tijd zet. Ik denk aan John Wesley Harding, de originele Amerikaanse mono-persing van dit album, simpelweg omdat 'ie geweldig klinkt.
Met John Wesley Harding zal deze rustdag niet eindigen. Er zal nog wel meer Dylan op mijn pad komen voor de dag ten einde is, simpelweg omdat ik er voor kies om Dylan op mijn pad te zetten.
De Marijke in het citaat uit het boek van Simon Posthuma is Marijke Koger. Deze Marijke Koger maakte in 1966 een schitterende Dylan-poster, bekend onder de naam Love Dylan. De tekening van Dylan die Koger maakte is niet sprekend Dylan, maar gek genoeg is er maar één blik nodig om te zien dat het om Dylan gaat op deze poster. Er werden aanvankelijk maar een paar honderd exemplaren van deze poster gedrukt, later volgden enkele herdrukken. Ook werd de poster eind 1966 (in andere kleuren) in Hitweek afgedrukt.
Wat is een rustdag anders dan een mogelijkheid om te doen wat goed voelt? Met zoveel Dylan is vandaag een top rustdag.
2 opmerkingen:
Is het niet een idee om alles wat je dubbel hebt op Marktplaats te kwakken? Zo verdien je de kosten weer terug en heeft een andere Dylan-fan (ik bijvoorbeeld) er ook nog wat aan. 😉
Ik zal het overwegen Frans
Een reactie posten