Aantekening #5376: Brandeis

In 2009 vond Jeff Gold in de archieven van Ralph J. Gleason een tape met concertopnamen van Bob Dylan. De zeven nummers op deze tape werden opgenomen tijdens een concert op 10 mei 1963 en in oktober 2010 uitgegeven onder de titel Bob Dylan in Concert: Brandeis University 1963, kortweg ook wel Brandeis genoemd. Brandeis was aanvankelijk niet te koop. De cd in een cardboard sleeve werd weggegeven bij de aanschaf van The Bootleg Series vol. 9 - The Witmark Demos of The Original Mono Recordings.
In april 2011 werd Brandeis nogmaals uitgegeven als een gewone cd, te koop in iedere platenzaak, dit keer in een jewel case en voorzien van nieuwe liner notes die geschreven werden door Michael Gray. Diezelfde maand werd Brandeis door Columbia / Legacy in Amerika  en door Music On Vinyl in Europa op elpee uitgebracht.
Ik ben zelf nogal gecharmeerd van de Music On Vinyl-uitgave van Brandeis. In de eerste plaats omdat de geluidskwaliteit van deze uitgave prima is en in de tweede plaats omdat deze elpee de twee delen van Dylans optreden keurig over de twee kanten van elpee verdeelt.
Brandeis is een album om makkelijk te vergeten. Ten onrechte. Dit mini-album bevat twee schitterende opnamen waarvan één behoort tot de beste concertopnamen die we van een jonge Bob Dylan hebben.
Ik schreef net dat Brandeis zeven nummers bevat. Dat is niet helemaal waar. Zesenhalf is beter. Het eerste nummer, "Honey, Just Allow Me One More Chance" is slechts deels op dit album te horen, helaas.
De opnamen op Brandeis zijn gemaakt op 10 mei 1963, Bob Dylan was toen nog net 21 jaar jong. The Freewheelin' Bob Dylan was toen al wel opgenomen, maar nog niet verschenen. Wie was toen bekend met de muzikant Bob Dylan? Michael Gray constateert in zijn liner notes dan ook: "This is the last live performance we have of Bob Dylan before he becomes a star."
Brandeis bevat aardige versies van "Talkin' John Birch Paranoid Blues" - twee dagen later zou Bob Dylan de studio's van The Ed Sullivan Show uit stormen omdat hij dit nummer niet mocht spelen - en "Bob Dylan's Dream". "Talkin' World War III Blues" klinkt op dit album nog wat stram en "Talkin' Bear Mountain Picnic Massacre Blues" is zeker aardig. Een van de mooie momenten op dit album is het moment waarop Bob Dylan hoorbaar zijn gitaar uit zijn handen laat vallen en toch onverstoorbaar door zingt tijdens "Bear Mountain".
De twee opnamen die Brandeis tot een must have maken zijn de tweede laatste nummers van Dylans eerste set: "Ballad Of Hollis Brown" en vooral "Masters Of War".
"Ballad Of Hollis Brown" wordt gedragen door een repeterend gitaarpatroon, een techniek die Dylan in "It's Alright, Ma (I'm Only Bleeding)" enkele jaren later zou perfectioneren. Door dat repeterende patroon kan de luisteraar zich makkelijk geheel focussen op de tekst, op het schitterende, trieste verhaal dat "Ballad Of Hollis Brown" vertelt.
"Hollis Brown" wordt gevolgd door misschien wel de beste concertopname uit de vroege jaren zestig van Bob Dylan die we hebben: "Masters Of War".
"Masters Of War" is een heftig nummer, een nummer met een 'zware' inhoud, of boodschap zo je wilt. De grootste valkuil bij het brengen van een nummer als "Master Of War" is het brengen met een stem vol verontwaardiging. Zingen met het opgeheven vingertje. Het er te dik bovenop leggen, zoals Barry McGuire deed in "Eve Of Destruction".
Als Bob Dylan iets niet doet in deze opname van "Masters Of War", is het er te dik bovenop leggen. Hij begint het nummer opmerkelijk langzaam en ingetogen. Veel langzamer dan op The Freewheelin' Bob Dylan. Door die langzame start wordt de luisteraar het verhaal ingezogen. En ja, gedurende de opname lijkt het tempo iets omhoog te gaan, is er meer en meer verontwaardiging in Dylans stem te horen. Maar nooit te veel. Dylan blijft steeds net aan de goede kant van de scheidslijn tussen oprecht en overdreven. Als luisteraar voel ik gedurende het nummer de woede tegen de "Masters Of War" meer en meer in mij opborrelen tot ik tegen het eind - zonder het zelf eerst door te hebben - mompel "die godverdommense klootzakken!" om vervolgens te schrikken van wat ik net heb gezegd.
Heb ik me zo laten meeslepen?
Ja, dat heb ik. Het is de verdienste van de jonge Bob Dylan. Van de componist van "Masters Of War", maar vooral van de jonge zanger die mij ruim eenenvijftig jaar later nog weet te raken met zijn ingetogen verontwaardiging.
Er zijn momenten waarop het goed is om het uit te schreeuwen. Maar er zijn zeker ook momenten waarop het goed is om de verontwaardiging ingetogen, met waardigheid te brengen. Dat laatste biedt de opname van "Masters Of War" op Bob Dylan In Concert: Brandeis University 1963. Alleen daarom al is het zonde om dit album zo makkelijk te vergeten.

1 opmerking:

Herman zei

Ik ben het helemaal met je eens. Het is een prachtig album. Het is bijzonder die nu zo bekende nummers te horen zoals het publiek ze toen hoorde - gezongen door een nog niet beroemde Dylan.
Herman