Million Dollar Bash

In 2007 verscheen het boek Million Dollar Bash, geschreven door Sid Griffin. Million Dollar Bash handelt over The Basement Tapes - net als Invisible Republic van Greil Marcus (later opnieuw uitgegeven onder de titel The Old, Weird America). Voor beide boeken is iets te zeggen, maar mijn persoonlijke voorkeur gaat uit naar Million Dollar Bash, vooral omdat dit boek een stuk toegankelijker is dan Invisible Republic.
Met de aanstaande release van het elfde deel van The Bootleg Series, geheel rond The Basement Tapes, en Lost On River - een cd vol door andere artiesten afgemaakte Basement-songs - kon het bijna niet uitblijven: half november verschijnt er een herschreven en aangevulde versie van Griffins Million Dollar Bash. Zie hier.
De liner notes bij het elfde deel van The Basement Tapes zijn ook geschreven door Sid Griffin.
Een en een is twee, zal ik maar zeggen.
De lijst met aanstaande releases wordt langer en langer:

Bob Dylan - The Lyrics since 1962: 28 oktober
The Bootleg Series vol. 11: 31 oktober
Lost On The River: 7 november
Te Art of McCartney: 17 november
Sid Griffin - Million Dollar Bash (update): 20 november

Ik ben vast nog het een en ander vergeten te vermelden.

"Hallo? Spreek ik met mijn bank?"
"Ja, zegt u het maar."
"Ik zou graag een lening willen afsluiten."
"Waarvoor, als ik vragen mag. Een huis? Een auto? Misschien een boot?"
"Nee, voor mijn Dylan-liefde."
"Pardon?"
"Mijn Dylan-liefde."
"Maar meneer..."
"Voordat u 'nee' zegt, het is echt noodzaak, hoor."
"Maar..."
"Echt, ik kan niet zonder."
"Meneer, luister u nou eens, wij kunnen niet..."
"Echt! Het moet!!!"
tuut, tuut, tuut
"Hallo?.... Bent u daar nog?"

Dylan kort #1040

Wetenschappers citeren Dylan: Ton stuurde mij enkele dagen geleden een link naar een Engelstalig bericht, zie hier. Inmiddels staat een er ook een stuk over hetzelfde onderwerp op nu.nl.[met dank aan Ton en Frans]
The 30th Anniversary Concert Celebration, Music On Vinyl-persing, een recensie op hifi.nl. [met dank aan Dirk]
Film: In de film The Holiday komt Dylans boek Chronicles voorbij. [met dank aan Alja]
"Mr. Jones": Omdat een collega vanmiddag de radio aan had staan hoorde ik "Mr. Jones" van The Counting Crows voorbij komen. Ik zei tegen mijn collega: "Mr. Jones is een vrouw," maar dat kwartje viel niet direct en dus legde ik maar uit dat de Mr. Jones in het gelijknamige nummer van The Counting Crows een verwijzing is naar Dylans "Ballad Of A Thin Man" en dat Dylan ooit op de vraag wie Mr. Jones is antwoordde: "Mr. Jones is een vrouw".
Niet dat het door mijn uitleg duidelijker werd voor mijn collega, althans niet wie Mr. Jones is, wat wel duidelijk werd is dat ik in mijn eigen wereld leef en soms tegen de grenzen van die wereld mijn neus stoot.
Afbeelding: De afbeelding rechts is een deel van een advertentie van CBS gepubliceerd in Vinyl nr. 7 / 8 (juli / augustus 1987)
Wanneer heb jij voor het laatst de Dylan-nummers op de soundtrack van Hearts Of Fire gedraaid? Bij mij is het in ieder geval te lang geleden dat ik deze nummers hoorde.
Vanavond misschien?


John Bauldie - Simple Twist Of Fate

Het weekend is er om even achterover te kunnen leunen. De meeste weekenden lukt dat wel, maar dit weekend niet. De kinderen waren hoognodig aan nieuwe kleren toe en dus zijn we naar E. gereden om daar de kledingwinkels af te struinen - geen hobby van mij - om na thuiskomst andere noodzakelijkheden op te pakken.
Gelukkig vond ik tussen al die panden afgeladen met de laatste mode nog één winkel waar boeken werden verkocht. (De laatste boekwinkel in E. Alle platenwinkels zijn al verdwenen.)
In de kast vol tweedehands boeken kwam ik het door John Aizlewood samengestelde boek Love Is The Drug tegen. Het boek bevat 17 essays van fans over hun helden. Voor €7,50 is het van mij. Dat valt mee voor een boek van 300 bladzijden. Echter, ik ben slechts geïnteresseerd in 15 van de 300 bladzijden. Het zijn 15 bladzijden waar ik graag €7,50 voor neertel.
Die vijftien bladzijden bevatten het essay "Simple Twist Of Fate" van John Bauldie (1949 - 1996). Bauldie was de man achter Dylan-fanzine The Telegraph en fantastisch schrijver.
Ik heb nooit een abonnement op The Telegraph gehad simpelweg omdat ik het fenomeen fanzine pas ontdekte nadat John Bauldie was overleden en The Telegraph niet meer bestond. Dat gemis heb ik in later ruimschoots ingehaald door niet alleen de twee bloemlezingen - All Across The Telegraph en Wanted Man -  vol stukken uit The Telegraph te lezen, maar ook oude afleveringen van The Telegraph te kopen en te lezen.
In het in Love Is The Drug opgenomen essay vertelt John Bauldie over zijn ontdekking van de muziek van Bob Dylan, het beginnen van The Telegraph en zijn ontmoeting met Bob Dylan in de zomer van 1986. "Simple Twist Of Fate" bevat geen nieuwe informatie over of inzichten in de muziek van Bob Dylan, maar daar gaat het ook niet om. "Simple Twist Of Fate" bevat in 15 bladzijden het persoonlijke Dylan-verhaal van John Bauldie zoals alleen hij dat kan vertellen. Vaak geestig, herkenbaar en bovenal zonder clichés of juist de clichés omver werpend met Bauldie-humor: "Lots of people would blather later that Dylan had a funny voice and couldn't sing properly, but I'd been listening for months with enormous delight to Howlin' Wolf. Compared to him, Dylan had a voice like Mario Lanza."
Ongeveer de helft van "Simple Twist Of Fate" gaat over die dag in 1986 waarop Bauldie, door toeval, al lopend op straat in gesprek raakte met Bob Dylan. Met een onderkoeld enthousiasme beschrijft Bauldie niet alleen de daadwerkelijke gebeurtenissen, maar ook de reeks gedachten die achtereenvolgens door zijn hoofd flitsen. Een schitterend stuk, een stuk dat iedere Dylan-liefhebber - naar mijn smaak - moet lezen.
Het is goed mogelijk dat ik "Simple Twist Of Fate" eerder heb gelezen, bijvoorbeeld in een aflevering van The Telegraph, al kan ik me dat niet herinneren. Het is heel goed mogelijk dat ik vandaag of morgen alsnog ontdek waar ik het eerder heb gelezen (als dat al het geval is), maar dan nog heb ik geen spijt van de €7,50 die ik vandaag heb neergeteld voor dit boek.
Het lezen van "Simple Twist Of Fate" was mijn rustmoment dit weekend.
De Dylan-wereld heeft veel om John Bauldie dankbaar voor te zijn, het essay "Simple Twist Of Fate" hoort daar zeker bij.

Lost On The River

Over ruim een maand verschijnt Lost On The River, een cd waarop een keur aan artiesten songteksten van Bob Dylan - 'overblijfselen' van The Basement Tapes - van nieuwe muziek hebben voorzien.
Ruim een maand geleden plaatste ik hier een bericht over "Nothing To It", het eerste nummer van Lost On The River dat voor de release van dit album opdook. "Nothing To It" klinkt aardig, maar ook niet meer dan dat.
Na het voor het eerst horen van "Nothing To It" werd het elfde deel van The Bootleg Series aangekondigd en verloor ik Lost On The River enigszins uit het oog.
Vandaag kwam ik op Facebook een bericht tegen over "When I Get My Hands On You", wederom een nummer van Lost On The River. Dat nummer kan hier beluisterd worden. Hoe graag ik dit ook mooi wil vinden, het lukt me niet echt. Dit tweede nummer doet mij meer en meer vrezen dat Lost On The River niet mijn ding zal zijn.
Het is wel aardig wat ik hoor, maar het is het net niet. Ik mis het meest essentiële, ik mis de Dylan-touch. Het is moeilijk uit te leggen wat ik dan precies mis, wat die Dylan-touch nou precies is. Maar missen doe ik het.
En toch weet ik nu al dat ik Lost On The River zal kopen, al zullen mijn verwachten minder hoog gespannen zijn dan een tijdje geleden. Ik ga dit album kopen vanwege de teksten.
In het bericht over "When I Get My Hands On You" lees ik dat er nog een derde nummer is vrijgegeven, ergens tussen het opduiken van "Nothing To It" en "When I Get My Hands On You". Dat nummer heet "Married To My Hack" en wordt gezongen door Elvis Costello. Het kost me weinig moeite om ook dit nummer op het internet te vinden. Het staat hier.
Het zal aan mij liggen, maar "Married To My Hack" klinkt als een botsing tussen twee werelden in plaats van een samensmelting. Het kost me moeite om dit van begin tot eind te beluisteren. Geef me dan maar "When I Get My Hands On You" of "Nothing To It".
Wie denkt dat ik hier achter mijn computer zit te genieten van mijn kleine klaagzang, moet ik teleurstellen. Ik heb enorm de pest in. Ik heb uitgekeken naar Lost On The River, maar het lijkt er steeds meer op dat ik mijn hoge verwachtingen naar beneden moet bijstellen.

2015 MusiCares Person of the Year

Bob Dylan wordt geëerd met de 2015 MusiCares Person of the Year op vrijdag 6 februari. Eem groot aantal artiesten zullen bij deze gelegenheid nummers van Bob Dylan ten gehore brengen. Wat ik heb begrepen is de MusiCares Person of the Year een evenement waarbij geld ingezameld wordt voor musici in geldnood.
Op 6 februari zullen onder andere Beck, The Black Keys, Crosby, Stills & Nash, Neil Young, Norah Jones, Tom Jones, Los Lobos, John Mellencamp, Jack White, Willie Nelson, Eddie Vedder, Bonnie Raitt en John Doe optreden. De musical director van de avond is Don Was.
In de Volkskrant van vandaag een kort bericht: "Er komt een nieuwe grote muzikale ode aan Bob Dylan. Het concert vindt plaats op 6 februari, twee dagen voor de Grammy Awards. Dylan wordt geëerd door Niel Young, Willie Nelson, Eddie Vedder, Norah Jones en Jack White en anderen. De 73-jarige Dylan wordt uitgeroepen tot MusiCares Person of the Year." [met dank aan Herman]

Willekeurig gekozen: Baltimore, Maryland 08/11/1999

Ik ben nog nooit in Baltimore, Maryland geweest. Ik verwacht ook niet in dit leven nog toe te komen aan een bezoek aan deze stad aan de oostkust van de Verenigde Staten. Dat geeft niet, ik ben er niet minder gelukkig om.
Op 8 november 1999 gaf Bob Dylan een concert in Baltimore. Ik luister nu naar een opname van dit concert. Ik probeer te luisteren als was ik aanwezig bij dat concert, dus zonder enige kennis van de setlist. Dat houd ik niet lang vol, al tijdens het derde nummer wint de nieuwsgierigheid het van de behoefte aan onwetendheid en surf ik naar Olof's Files. Dat derde nummer is "Visions Of Johanna" en Dylan zingt het met zorg, met ingehouden emotie. Het kabbelt zonder te vervelen. En net wanneer de sleet er in lijkt te komen, begint hij de woorden te strekken. Precies goed.
Pas echt goed wordt het bij het vierde nummer, "Ring Them Bells". Dit is zingen zoals alleen Dylan dat kan. Rekken, strekken, kruipen in de woorden.
Na "Ring Them Bells" - is dat het beste dat deze opname te bieden heeft? - volgt "Tangled Up In Blue". Daar ben ik nu. En nee, het is geen uitschieter. Eerder een automatische piloot. Dat geeft mij de tijd om te melden dat de eerste twee nummers, "I Am The Man, Thomas" en "Mr. Tambourine Man" zeker goed, maar niet groots waren.
Het geeft me tijd om in de informatie op Olof's Files te duiken.
Het is een korte setlist, vijftien nummers waarvan de laatste vier encores. Tijdens de laatste twee encores speelt Phil Lesh basgitaar. Was Lesh niet het lid van The Grateful Dead dat zijn veto uitsprak toen Dylan lid wilde worden van The Grateful Dead?
Inmiddels loopt "Tangled Up In Blue" tegen het eind en blaast Dylan een aardig stukje harmonica waarmee hij het nummer nog enigszins weet te redden.
Als het goed is stappen de bandleden en Dylan nu over van akoestisch naar elektrisch om te beginnen met "Big River".
"Big River" swingt en schudt. Het is niet de enige cover tijdens dit concert. Dat begon al met "I Am The Man, Thomas" en tijdens de encores, zo lees ik op Olof's Files, krijg ik nog "Friend Of The Devil" en "Not Fade Away" voorgeschoteld.
Nu ik al zoveel songtitels genoemd heb, kan ik net zo goed de hele setlist geven:
01. I Am The Man, Thomas
02. Mr. Tambourine Man
03. Visions Of Johanna
04. Ring Them Bells
05. Tangled Up In Blue
06. Big River
07. Joey
08. Down Along The Cove
09. Man In The Long Black Coat
10. Tombstone Blues
11. Like A Rolling Stone
12. Love Sick
13. Rainy Day Women # 12 & 35
14. Friend Of The Devil
15. Not Fade Away
Bij het staren naar zo'n setlist probeer ik me altijd voor te stellen hoe het zal klinken, wat de positieve uitschieters zijn. Bij het staren naar deze setlist zou ik er gelijk "Mr. Tambourine Man", "Visions Of Johanna", "Ring Them Bells", "Man In The Long Black Coat" en "Friend Of The Devil" uitpikken als songs waar ik veel van verwacht. "Ring Them Bells" heeft die verwachting zeker al waargemaakt.
Starend naar de overige songtitels verwacht ik van "Tombstone Blues" en "Like A Rolling Stone" dat het 'stampers' zijn die in die concerthal in Baltimore op die novemberdag in 1999 prima werkten, maar op de in de huiskamer afgespeelde opname minder sterk zullen overkomen.
Met "Rainy Day Women #12 & 35" heb ik nooit zo heel veel gehad. Niet als studio-opname helemaal aan het begin van Blonde On Blonde en nog minder als crowd pleaser tijdens concerten. Maar wie weet, misschien weet Dylan mij te verrassen. Zo ver ben ik nog niet.
Het is "Joey" waar ik nu naar luister. Zeker aardig, Dylan probeert alles uit de kast te halen, dat lukt goed tijdens de coupletten. De refreinen zijn wat minder sterk. Het steeds herhalen van "Joey" werkt niet. Het lijkt wel alsof het te weinig lettergrepen voor Dylan zijn om daadwerkelijk er mee te spelen zoals hij met de woorden van de coupletten speelt.
De eerste twee regels van "Down Along The Cove" beloven veel goeds. Een tweede hoogtepunt tijdens dit concert. Blijft Dylan het volhouden? Kan hij deze ik-rek-de-woorden-tot-ze-bijna-knappen zingtechniek volhouden tot het eind van het nummer? En als hij dat kan, werkt het dan ook? Geef me even tijd om te luisteren.
Het werkt.
Na "Down Along The Cove" gaat het tempo een flinke stap terug en komt het geluid van het mysterie de concertzaal binnen drijven: "Man In The Long Black Coat". Op Oh Mercy drijft het schitterende "Man In The Long Black Coat" op sfeer, een sfeer die in een concertzaal niet te reproduceren is (en ik denk ook niet dat Dylan ooit de intentie heeft om te reproduceren wat eerder is vastgelegd) en toch, op dit podium, op deze avond, weet Dylan elk mysterie dat "Man In The Long Black Coat" tot zo'n schitterend nummer maakt te bewaren. Ik zit hier thuis te schelden, op het publiek dat doodleuk door deze werkelijk schitterende versie van dit nummer zit te praten.
Deze "Man In The Long Black Coat" is absoluut het beste dat dit concert tot nog toe te bieden heeft.
Twee hoogtepunten zijn nummers van Oh Mercy: "Ring Them Bells" en "Man In The Long Black Coat". Ik moet er niks achter zoeken, ik moet alleen constateren.
"Tombstone Blues" is, zoals verwacht, een stamper. Een plezier om in een concertzaal over je heen te laten walsen, maar luisterend naar de opname in de huiskamer werkt het minder goed. "Like A Rolling Stone" is in een wat lager tempo dan ik verwachtte gespeeld en door dat wat lagere tempo veel minder het feestnummer voor de encores dan ik dacht.
De encores beginnen met "Love Sick". Een uitvoering zoals er zovele zijn. Geen verrassingen, gewoon goed.
Party animal "Rainy Day Women #12 & 35" laat ik voorbij trekken. Een uitstekend moment om even koffie te zetten. Het is niet slecht, het is gewoon niet mijn ding.
Ondertussen kan ik ook nog wel wat feitjes opzoeken. Zo lees ik op Olof's Files dat dit pas de tweede keer is dat Dylan "Big River" en "Down Along The Cove" live speelt. "Big River" speelt hij voor het eerst live op 7 augustus 1988, "Down Along The Cove" op 10 juli 1999.
Na "Rainy Day Women #12 & 35" volgt het voorstellen van de band. De koffie is nog niet helemaal klaar, helaas. Luisteren naar "Friend Of The Devil" met een kop koffie binnen handbereik klinkt wel aanlokkelijk.
Nou maar hopen dat "Friend Of The Devil" vanavond goed is.
Sssst, het begint.
Is dat de mandoline van Larry Campbell die ik daar hoor? Dat moet wel. Heerlijk dit. "Friend Of The Devil" is eigenlijk altijd wel goed, maar zeker niet altijd geweldig. Vanavond is het goed en dat is goed genoeg voor nu.
Nog één nummer te gaan: "Not Fade Away", dat heerlijke nummer van Buddy Holly. Ik heb Dylan het al wel vaker horen spelen, maar de opnamen die ik gehoord heb vielen me altijd wat tegen. Dat doet dit nummer vanavond niet. Strak, zoals het hoort, met scherpe samenzang. Ronduit heerlijk.
Dit publiek, hoorbaar enthousiast op de opname, is na "Not Fade Away", na een nieuw hoogtepunt tijdens dit concert naar huis gestuurd.
En zoals altijd na het beluisteren van een concertopname, stel ik me voor hoe het publiek druk kwebbelend, vol enthousiasme over het net ervaren concert, de zaal uitstroomt, de nacht in gaat. De kou die tegen de bezwete wangen slaat. Hoe de mensen lopen richting auto of trein en niet in staat zijn veel meer uit te brengen dan "Oh man, fantastisch!"

De opname van het concert van 8 november 1999 is goed, maar zeker niet geweldig van geluid. Met name in het tweede deel van het concert is er wat te veel bas. Dit concert heeft, in mijn oren, zeker een aantal hoogtepunten. Ik denk daarbij aan "Ring Them Bells", "Man In The Long Black Coat", "Down Along The Cove" en "Not Fade Away", maar dit maakt dit concert nog niet tot een must hear. Het is een van de vele concerten waarvan het goed is om er een keer voor te gaan zitten, alsof je in de concertzaal zit, om de muziek aan je voorbij te laten trekken en bij het verlaten van de zaal te denken "dat was 't dan, op naar de volgende".

Winston Watson's dvd

In 2009 verscheen de dvd Bob Dylan's Never Ending Tour Diaries; drummer Winston Watson's incredible journey. Ik kwam er maar niet aan toe om die dvd te bekijken, tot vanochtend.
Bob Dylan's Never Ending Tour Diaries vertelt het verhaal van drummer Winston Watson die van september 1992 tot met augustus 1996 in Dylans band speelde. In deze film vertelt Watson over zijn ervaringen, de tournees, de andere bandleden en natuurlijk over Bob Dylan. In deze film komt Watson over als een aardige vent, dit in tegenstelling tot de altijd irritante interviewer Joel Gilbert.
Gilbert is de frontman van de Dylan-coverband Highway 61 Revisited. Deze coverband verzorgt de muziek op deze dvd. Dat niet Dylans eigen muziek te horen is, heeft natuurlijk met rechten te maken.
De muziek - of liever muzak - die Highway 61 Revisited laat horen klinkt alsof Dylans back catalogue met een strijkbout is gladgestreken. Voor de muziek hoef je deze dvd niet te zien.
Wel voor de verhalen van Winston Watson en helemaal voor de vele beelden van optredens - zowel uit de periode dat Watson deel van Dylans band uitmaakte als oudere beelden - en de stukken film die Watson zelf heeft opgenomen van het reizen in een tourbus, de hotelkamers, etc.
Al met al is Bob Dylan's Never Ending Tour Diaries de moeite waard om een keer te bekijken.

advertentie (2011)


Zaterdag

Slippin’ and slidin’ like a weasel on the run
I’m lookin’ good to see you, yeah, and we can have some fun
One more weekend, one more weekend with you
One more weekend, one more weekend’ll do

Bob Dylan - "One More Weekend"

Weekend, heerlijk weekend. Ergens in de middag de platenzaak ingedoken zonder dat ik nou echt veel gevonden heb. Twee cd'tjes rijker, beide uit de bakken vol tweedehands exemplaren: het debuutalbum van Jakob Dylans band The Wallflowers en Moment Of Forever van Willie Nelson. Op Moment Of Forever staat "The Bob Song", een nummer waarvan ik aanvankelijk dacht, bij het zien van de titel, dat dit nog wel eens over Dylan zou kunnen gaan. Niet dus. (Of toch?)
Moment Of Forever eindigt met Willie Nelsons versie van Dylans "Gotta Serve Somebody". Nou hoor ik liever het origineel, maar Willie Nelson heeft het zeker niet slecht gedaan.
Moment Of Forever is best een aardig album, maar zeker niet zo goed als Nelsons Spirit (1996). Dat is en blijft een van mijn favoriete non-Dylan albums.
Van Willie Nelson moet iedere Dylan-liefhebber natuurlijk het album Across The Borderline - vanwege het Nelson / Dylan duet "Heartland" - en de dvd Outlaws And Angels - wederom vanwege een duet met Dylan - hebben.

Gisteravond heb ik Dylan; The Biography van Dennis McDougal uitgelezen. Eerder schreef ik al niet zo gecharmeerd te zijn van dit boek. Met het uitlezen is er niks aan mijn oordeel veranderd. McDougal richt zich in zijn biografie weinig op de muziek en veel, heel veel op het drugsgebruik, de drankzucht, het liefdesleven en dergelijke van Bob Dylan en de mensen rond hem. Een boek over Bob Dylan waarin de drug cocaïne vaker voorbij komt dan de songtitel "Like A Rolling Stone", kan ik maar moeilijk serieus nemen. Daarnaast bevat het boek een aantal stomme fouten. Zo zou "Mixed Up Confusion" voor het eerst in 1985 uitgebracht zijn, kwam Saved in 1981 uit, is Eat The Document een zwart / wit film, beslaat "Brownsville Girl" een hele elpeekant van Knocked out Loaded en haalt McDougal "Sign Of The Times" van Prince en Dylans "Sign On The Window" door elkaar.
Kortom: geen aanrader dit boek. Ik ben blij dat ik 't uit heb. Nu kan ik beginnen in Another Side Of Bob Dylan; A Personal History on the Road and off the Tracks van Victor en Jacob Maymudes.

Na het plaatsen van dit bericht en het afsluiten van de computer, ga ik echter niet gelijk lezen in het Maymudes-boek. Mijn oren schreeuwen om gevoed te worden. Ze verlangen naar New Morning. Niet pas net, maar eigenlijk de hele dag al. Ik ben opgestaan met "One More Weekend" in mijn hoofd zonder dat ik de bijbehorende droom nog kan terughalen.
Ik druk zo de computer uit, leg New Morning op de draaitafel en wacht tot "One More Weekend" voorbij komt. Misschien dat ik me dan kan herinneren.
En als de herinnering niet terug komt, is dat ook prima. Dan heb ik in ieder geval een aangenaam stuk muziek gehoord.

Aantekening #5376: Brandeis

In 2009 vond Jeff Gold in de archieven van Ralph J. Gleason een tape met concertopnamen van Bob Dylan. De zeven nummers op deze tape werden opgenomen tijdens een concert op 10 mei 1963 en in oktober 2010 uitgegeven onder de titel Bob Dylan in Concert: Brandeis University 1963, kortweg ook wel Brandeis genoemd. Brandeis was aanvankelijk niet te koop. De cd in een cardboard sleeve werd weggegeven bij de aanschaf van The Bootleg Series vol. 9 - The Witmark Demos of The Original Mono Recordings.
In april 2011 werd Brandeis nogmaals uitgegeven als een gewone cd, te koop in iedere platenzaak, dit keer in een jewel case en voorzien van nieuwe liner notes die geschreven werden door Michael Gray. Diezelfde maand werd Brandeis door Columbia / Legacy in Amerika  en door Music On Vinyl in Europa op elpee uitgebracht.
Ik ben zelf nogal gecharmeerd van de Music On Vinyl-uitgave van Brandeis. In de eerste plaats omdat de geluidskwaliteit van deze uitgave prima is en in de tweede plaats omdat deze elpee de twee delen van Dylans optreden keurig over de twee kanten van elpee verdeelt.
Brandeis is een album om makkelijk te vergeten. Ten onrechte. Dit mini-album bevat twee schitterende opnamen waarvan één behoort tot de beste concertopnamen die we van een jonge Bob Dylan hebben.
Ik schreef net dat Brandeis zeven nummers bevat. Dat is niet helemaal waar. Zesenhalf is beter. Het eerste nummer, "Honey, Just Allow Me One More Chance" is slechts deels op dit album te horen, helaas.
De opnamen op Brandeis zijn gemaakt op 10 mei 1963, Bob Dylan was toen nog net 21 jaar jong. The Freewheelin' Bob Dylan was toen al wel opgenomen, maar nog niet verschenen. Wie was toen bekend met de muzikant Bob Dylan? Michael Gray constateert in zijn liner notes dan ook: "This is the last live performance we have of Bob Dylan before he becomes a star."
Brandeis bevat aardige versies van "Talkin' John Birch Paranoid Blues" - twee dagen later zou Bob Dylan de studio's van The Ed Sullivan Show uit stormen omdat hij dit nummer niet mocht spelen - en "Bob Dylan's Dream". "Talkin' World War III Blues" klinkt op dit album nog wat stram en "Talkin' Bear Mountain Picnic Massacre Blues" is zeker aardig. Een van de mooie momenten op dit album is het moment waarop Bob Dylan hoorbaar zijn gitaar uit zijn handen laat vallen en toch onverstoorbaar door zingt tijdens "Bear Mountain".
De twee opnamen die Brandeis tot een must have maken zijn de tweede laatste nummers van Dylans eerste set: "Ballad Of Hollis Brown" en vooral "Masters Of War".
"Ballad Of Hollis Brown" wordt gedragen door een repeterend gitaarpatroon, een techniek die Dylan in "It's Alright, Ma (I'm Only Bleeding)" enkele jaren later zou perfectioneren. Door dat repeterende patroon kan de luisteraar zich makkelijk geheel focussen op de tekst, op het schitterende, trieste verhaal dat "Ballad Of Hollis Brown" vertelt.
"Hollis Brown" wordt gevolgd door misschien wel de beste concertopname uit de vroege jaren zestig van Bob Dylan die we hebben: "Masters Of War".
"Masters Of War" is een heftig nummer, een nummer met een 'zware' inhoud, of boodschap zo je wilt. De grootste valkuil bij het brengen van een nummer als "Master Of War" is het brengen met een stem vol verontwaardiging. Zingen met het opgeheven vingertje. Het er te dik bovenop leggen, zoals Barry McGuire deed in "Eve Of Destruction".
Als Bob Dylan iets niet doet in deze opname van "Masters Of War", is het er te dik bovenop leggen. Hij begint het nummer opmerkelijk langzaam en ingetogen. Veel langzamer dan op The Freewheelin' Bob Dylan. Door die langzame start wordt de luisteraar het verhaal ingezogen. En ja, gedurende de opname lijkt het tempo iets omhoog te gaan, is er meer en meer verontwaardiging in Dylans stem te horen. Maar nooit te veel. Dylan blijft steeds net aan de goede kant van de scheidslijn tussen oprecht en overdreven. Als luisteraar voel ik gedurende het nummer de woede tegen de "Masters Of War" meer en meer in mij opborrelen tot ik tegen het eind - zonder het zelf eerst door te hebben - mompel "die godverdommense klootzakken!" om vervolgens te schrikken van wat ik net heb gezegd.
Heb ik me zo laten meeslepen?
Ja, dat heb ik. Het is de verdienste van de jonge Bob Dylan. Van de componist van "Masters Of War", maar vooral van de jonge zanger die mij ruim eenenvijftig jaar later nog weet te raken met zijn ingetogen verontwaardiging.
Er zijn momenten waarop het goed is om het uit te schreeuwen. Maar er zijn zeker ook momenten waarop het goed is om de verontwaardiging ingetogen, met waardigheid te brengen. Dat laatste biedt de opname van "Masters Of War" op Bob Dylan In Concert: Brandeis University 1963. Alleen daarom al is het zonde om dit album zo makkelijk te vergeten.

Dylan kort #1039

Jeff Tweedy: In de nieuwe Uncut (oktober) staat een artikel over Jeff Tweedy, de frontman van Wilco. In dit stuk praat Tweedy onder andere over zijn ontmoeting met Bob Dylan tijdens de Americanarama-tour van vorig jaar. [met dank aan Theo]
Newport 1965: Schrijver Elijah Wald werkt momenteel aan een boek over Bob Dylans optreden tijdens het Newport Folk Festival van 1965. Darkness At The Break Of Noon: Bob Dylan At Newport zal (waarschijnlijk) volgend jaar verschijnen bij uitgever Dey Street / HarperCollins.
An Americana Christmas: Voor de verzamelaars die alles willen hebben: op 14 oktober brengt New West Records de verzamelaar An Americana Christmas uit. Op dit album is Dylans versie van "Must Be Santa" te vinden.
The Bridge: Aflevering 49 van fanzine The Bridge heb ik al een tijdje in huis, maar aan lezen kwam ik niet tot nauwelijks toe. Gisteravond lukte het me eindelijk om wat artikelen te lezen, waaronder een lezenswaardig artikel van Vince Farinaccio over het opnemen van de film Hard Rain. Meer informatie over The Bridge kun je hier vinden.

Music on cd: Roger McGuinn

In 1973 verscheen het solo-album Roger McGuinn van The Byrds-frontman Roger McGuinn. Ik ben nooit een liefhebber geweest van de stem van McGuinn en The Byrds moet ik al helemaal niks van hebben. In mijn oren is valt de muziek van The Byrds in de categorie jingle-jangle-geneuzel.
Ondanks mijn afkeer van de muziek van The Byrds en de stem van Roger McGuinn is het album Roger McGuinn voor mij (en voor iedere Dylan-liefhebber) een 'must have', al is het alleen vanwege het eerste nummer op dit album. "I'm So Restless" heet dat nummer. Niet alleen worden in "I'm So Restless" de heren Dylan, Lennon en Jagger (als Mr. D., Mr. L. en Mr. J.) aangesproken door Roger McGuinn, ook speelt Bob Dylan een aardig stukje mondharmonica op dit nummer.
Vandaar dat ik Roger McGuinn op vinyl in de kast heb staan. Eens in de zoveel tijd pak ik 'm uit de kast, draai ik het eerste nummer om het album vervolgens weer op te bergen.
Nou heb ik de rare gewoonte om albums zowel op elpee als op cd te willen bezitten en tot vandaag bezat ik Roger McGuinn alleen op elpee.

Vanochtend ben ik naar Hengelo gereden. In Metropool was namelijk een platenbeurs. Een tegenvaller, het aanbod vinyl was niet om over naar huis te schrijven. Na een uurtje tussen het vinyl zoeken zonder iets te vinden heb ik maar bij de cd's gekeken en daar - je raadt het al - vond ik Roger McGuinn.
Leuk natuurlijk, maar geen groots nieuws, ware het niet dat er iets aan de hand is met deze cd.

Op het cd-doosje zit een zilverkleurige sticker met de tekst "Music On CD" en daaronder in kleinere letters "classic albums available once again on cd". Kijk eens even goed naar het lettertype waarin "Music On CD" is geschreven. Dat is precies hetzelfde lettertype als gebruikt is voor het logo van Music On Vinyl.
Het in Haarlem gevestigde bedrijf Music On Vinyl bracht in 2013 Roger McGuinn opnieuw op vinyl uit. De vandaag gekochte cd kwam uit in... 2013! Toeval? Het lijkt me sterk.
Is Music On CD een onderdeel van Music On Vinyl? Of is het misschien een ander bedrijf dat een graantje van het succes van Music On Vinyl wil meepikken?
Betekent dit dat Music On CD alle door Music On Vinyl heruitgegeven albums nogmaals op cd gaat uitbrengen? Bevatten deze Music On CD dan dezelfde mix als de Music On Vinyl uitgaven?
Betekent dit dat we binnenkort Music On CD-uitgaven van Dylans Hard Rain, Good As I Been To You, New Morning en al die andere eerder door Music On Vinyl uitgebrachte Dylan-albums mogen verwachten?
Een zoektocht op het internet naar Music On CD levert veel op, maar geen antwoorden op de hierboven gestelde vragen.
De ogen ophouden dus, de komende tijd.

The Comic book and me #9

Well, the comic book and me, just us, we caught the bus
The poor little chauffeur, though, she was back in bed
On the very next day, with a nose full of pus
Yea! Heavy and a bottle of bread
Bob Dylan - "Yea! Heavy And A Bottle Of Bread"

In de winkel waar ik mijn comics meestal koop, kreeg ik een paar weken geleden Uncanny X-Men #496, gewoon om eens te proberen. Die comic bleef liggen, tot eergisteren. Toen heb ik 'm eindelijk gelezen. In deze comic kwam ik een man tegen - hij vertoont enige gelijkenis met Jezus, althans het beeld van Jezus dat ik vaak voorgeschoteld krijg - die zegt: "That's... the best news I've ever heard."
Ik heb niet de illusie dat dit de bedoeling was van de makers van deze comic, maar ik moest gelijk denken aan "Isis" van Bob Dylan waarin bijna dezelfde zin voorkomt.


Voor ik Uncanny X-Men #496 las, kwam ik nog twee maal Dylan in een comic tegen, waarschijnlijk zonder dat het de bedoeling was van de schrijver van bewuste comic om naar Dylan te verwijzen. Zowel in een aflevering van Wolverine als van Fantastic Four kwam ik de woorden "You ain't goin' nowhere" tegen. Het probleem is dat ik niet meer weet om welke afleveringen het van Wolverine of Fantastic Four gaat. Geen scans dus van deze comics, alleen de herinnering dat ik het heb gelezen.

Oh my goodness (aantekening #5370)

Ik merk dat ik de laatste tijd weer vaker grijp naar Another Self Portrait. Dat overkomt me wel vaker, grofweg een jaar na release een album herontdekken na een periode van stilte. Ik zit momenteel dus in zo'n periode. De favorieten van de weken vlak na release zijn nog steeds favoriet. Het aardige is dat er steeds meer schoonheid opvalt. Tijdens "These Hands", om er eens eentje te noemen, heb ik het liefst dat niemand praat. Dat moet even binnenkomen en hard ook. En hoe mooi dit nummer vandaag ook weer klonk, het was vandaag "Days of '49" dat me echt bij de strot greep. Waarom? Dat is altijd moeilijk in woorden te vangen. Die stem is er in ieder geval schuldig aan. Wat een stem! Het is een stem die mij het verhaal, de muziek in trekt. Meeneemt naar de dagen van toen. En dan dat moment, wat is het, een seconde? Twee misschien? Het moment waarop Dylan zegt "Oh my goodness," alsof hij zelf niet kan geloven welke schoonheid hij aan de tape toevertrouwt.

Na "Days of '49" ben ik wel even aan een adempauze toe en dus zet ik de muziek even uit. Maar al staat de muziek uit, het laat me niet los en dus duik ik in het archief wat oude recensies van Another Self Portrait op. De eerste die ik onder ogen krijg stond in Heaven #6 (november / december 2013) en is geschreven door August Hans den Boef. Die lees ik. Daarna heb ik er ook al weer genoeg van. Den Boef schrijft over Self Portrait, veel over Dylan - het album uit 1973 - en over Dylan-de-schilder, maar eigenlijk niet tot nauwelijks over de muziek op Another Self Portrait. Deze recensie kan geschreven zijn zonder ook maar een minuut naar Another Self Portrait te hebben geluisterd.
Zie daar, ik mopper weer. Ik wil helemaal niet mopperen en dus sluit ik het archief weer af. Ik heb genoeg gelezen voor vandaag. Ik moet luisteren. Vooral luisteren.

"Je draait Bob Dylan zo vaak dat ik de refreinen van sommige liedjes al mee kan zingen," zei zoonlief net tegen mij. Ik weet niet of dat een goede zaak is. Misschien overvoer ik hem wel.

Na de korte adempauze zap ik een beetje door de nummers op Another Self Portrait. Een van de nummers die ik in ieder geval wil horen is "Minstrel Boy". Niet alleen is dit een van de vele hoogtepunten op Another Self Portrait, het is ook een prima voorbereiding op het volgende deel van The Bootleg Series dat over grofweg anderhalve maand uitkomt.
En natuurlijk "Thirsty Boots". Die ruimte scheurende mondharmonica. Soms op het randje van het valse maar daarom nou juist zo mooi. Perfectie gaat snel vervelen, schoonheid nooit.
O, en "Annie's Going To Sing Her Song" en natuurlijk - houd me vast - "Tattle O'Day". En, en... Ik kan wel met titels blijven strooien.

"When I Paint My Masterpiece"
          "If Not For You"
                    "Wallflower"
                             "Only A Hobo"
                                        "Spanish Is The Loving Tongue"
                                                  "Went To See The Gypsy"

Later. De zon zakt uit het zicht. De stereo-installatie zwijgt. Zoon- en dochterlief kijken een film. Ze willen dat ik ook kijk, maar het lukt me niet. De beelden komen niet binnen. In mijn hoofd draait de muziek verder.
Mogen sta ik om 6 uur op. Daar zet ik de wekker voor. Ik sta om 6 uur op en dan sluip ik naar beneden. Dan zet ik koffie en draai ik nogmaals Another Self Portrait. Tegen de tijd dat die plaat is afgelopen, komen 'mevrouw Tom' en de kinderen zo ongeveer naar beneden.
"Wat was jij er vroeg uit," zal 'mevrouw Tom' dan zeggen.
"Ja," zeg ik dan, "het moest even."

The Comic book and me #8 (Sgt. Pepper)

In 1967 brachten The Beatles het album Sgt. Pepper's Lonely Hearts Club Band op de markt. Zoals waarschijnlijk iedereen wel weet staat de hoes van dit album helemaal vol bekende (en minder bekende) gezichten. Een van die gezichten is Bob Dylan. Hij staat helemaal rechts bovenaan op de hoes. De foto van Dylan op de hoes van Sgt. Pepper is dezelfde foto als op de hoes van Dylans Highway 61 Revisited.

Er zijn in de loop der jaren heel wat parodieën en / of kopieën uit eerbetoon van deze hoes gemaakt en gepubliceerd. Een van de meest bekende parodieën is de hoes van We're Only In It For The Money van The Mothers Of Invention. Op de hoes van We're Only In It For The Money is overigens Dylan niet te vinden.

In een van de vele tijdschriften die ik deze dagen doorworstel kwam ik een andere, aardige variant op de hoes van Sgt. Pepper's Lonely Hearts Club Band tegen. Het gaat om Record Collector en wel aflevering 400. In deze Record Collector staat onderstaande cartoon, gemaakt door Jon & Simon Horner. Op de Sgt. Pepper-parodie van Jon & Simon Horner is Bob Dylan weer te vinden, maar dit keer is niet de foto van Highway 61 Revisited te bron voor zijn portret, maar The Freewheelin' Bob Dylan. Bob Dylan staat, samen met Suze Rotolo, helemaal links op de tekening van Jon & Simon Horner.



Dylan kort #1038

The Art of McCartney is een tribute-album waarop een keur aan artiesten nummers van Paul McCartney. The Art of McCartney verschijnt op 18 november. Dylans bijdrage op deze uitgave is het nummer "Things We Said Today". Dit nummer verscheen oorspronkelijk op het Beatles album A Hard Day's Night. The Art of McCartney verschijnt in maar liefst twee verschillende cd-versies, twee verschillende vinyl-versies, twee verschillende digitale versies en een zeer uitgebreide en gelimiteerde luxe editie. Dat zijn zeven (!) versies. Voor meer informatie, zie hier. Informatie over Bob Dylan op de website van The Art of McCartney staat hier. [met dank aan Patrick]
Randy Newman: Op de website van Cultura kan een concert van Randy Newman uit 1979 bekeken en beluisterd worden. Na 11 minuten zingt hij "He Gives Us All His Love" dat hij inleidt met: 'You know Dylan has a religious album coming out. He’s changed completely. But I haven’t changed. I don’t believe a word of this song. “He gives us all his love”. Just did it for the money.' [met dank aan Herman]

De afbeelding bij dit bericht is een deel van een CBS advertentie die in januari 1986 in Vinyl werd gepubliceerd.

Aantekening #5366

Dinsdagavond, bladerend door een oud muziektijdschrift valt mijn oog op een afbeelding van het album Gospel Morning (1997) van The Chamber Strings. Ik heb nog nooit van The Chamber Strings of het album Gospel Morning gehoord. Ook de in het artikel gegeven songtitels zeggen mij niks. Het is de foto op de hoes van Gospel Morning wat mijn aandacht trekt.
Kijk naar de jas en vooral die sjaal. De bakstenen muur achter de man op de foto. Ik denk gelijk aan Blonde on Blonde.
Een eerbetoon? Parodie? Kopie? Ik weet het niet. Misschien is de overeenkomst er alleen in mijn kop en had deze afbeelding een plekje moeten krijgen in de rubriek "Bob Dylan vinden waar hij niet of nauwelijks is". Misschien is het puur toeval en heeft de fotograaf nog nooit van Bob Dylan of Blonde on Blonde gehoord.
Het is dinsdagavond. 'Mevrouw Tom' oefent op de eerste verdieping haar fluitpartijen voor een aanstaand concert. Zoonlief zit op zijn kamer huiswerk te maken en dochterlief kijkt televisie. Het koffiezetapparaat pruttelt. Vanmiddag had ik mij voorgenomen om vanavond weer eens een stuk te lezen in Dylan; The Biography van Dennis McDougal. Ik ben al weken geleden begonnen met het lezen van Dylan; The Biography. Ik doe nooit zo lang over het lezen van een boek. Het ding van McDougal staat mij tegen. Het is niet eens zozeer slecht geschreven. Het is veel meer de inhoud dan de stijl die mij tegenstaat. Het boek staat vol met roddel en achterklap, daarom heb ik er al tijden niet meer in gelezen.
En toch moet ik het van mezelf tot de laatste bladzijde lezen. Ik heb er ooit geld voor neergelegd en dus moet ik wel. Een boek lees je niet half, dat is zonde.
Ben ik een zuinige Hollander geworden? Ik hoop het niet.
Het zal wel iets met opvoeding te maken hebben.
Ik moet 't lezen, helemaal. Maar vanavond hoef ik niet. Vanavond heb ik een excuus. Na het zien van de hoes van Gospel Morning van The Chamber Strings voel ik een onweerstaanbare behoefte om Blonde on Blonde te horen.
Ik weiger om te lezen terwijl ik naar Blonde on Blonde luister. Dat doe ik niet. Lezen tijdens het luisteren werkt niet voor mij. Ik wil mijn concentratie volledig kunnen richten op de muziek en niet hoeven te verdelen tussen boek en plaat.
Ik hoef vanavond niet te lezen.
Ik mag luisteren.
En dus wordt het toch nog een mooie avond.

The comic book and me #7 (Shindig uitstapje)

Net als de vorige aflevering dit keer geen afbeelding uit een comic, maar uit een muziektijdschrift. Onderstaande strip kwam ik tegen in Shindig no. 25.


Dylan vinden waar hij niet of nauwelijks is #19

Hallo Tom & lezers,
Dit blijft een leuke rubriek!
Zoals gezegd was ik in Londen voor Kate Bush (prachtige show!) maar ik heb ook Dylan weer gezien waar hij niet of nauwelijks is.
De ene foto is van een tafeltje met thrillers in de Waterstone boekhandel, de andere bij de Romeinse afdeling in het London Museum.
Groeten, Frans





Twee advertenties

Waar haal ik de tijd vandaan? Dat is de vraag die ik mezelf in de afgelopen week veelvuldig heb voorgelegd. Een antwoord op die vraag heb ik niet. In de afgelopen week heb ik welgeteld één moment gevonden om muziek te luisteren. Dat moment was niet eens lang genoeg om het bewuste album van begin tot eind te draaien. Another Self Portrait, dat is het album war ik voor koos. Een goede keuze. Allereerst is het gewoon een uitstekend album. Daarnaast is het een prima album om mezelf even uit het rennen van alledag te tillen. De songs op Another Self Portrait zetten de tijd voor even stil, ze zuigen de luisteraar het moment in.
Nu is het weekend. Gisteravond, bij het begin van het weekend, bleek dat vooral een belofte aan mogelijkheden. Een zee van tijd, zeker in vergelijking met afgelopen week. Die tijd is er ook wel, maar echt prettig besteden lukt niet. Een beginnend griepje vecht met mijn lijf. Een kop vol watten is nou niet bepaald ideaal om eens lekker naar muziek te luisteren, toch?
Dit dreigt een zeurstuk te worden. Ik heb helemaal geen zin om dat te schrijven. Veel liever heb ik het over een advertentie die in het najaar van 2001 in het tijdschrift Mojo Collections werd gepubliceerd. Het is geen Dylan-advertentie en dus keek ik er aanvankelijk overheen. Niet een keer, maar twee keer bladerde ik het tijdschrift door zonder dat het Dylan-citaat mij opviel. Pas bij de derde keer bladeren zag ik het. De advertentie is voor een boxset vol muziek van Charley Patton, inderdaad de Charley Patton van "High Water (For Charley Patton)". Op de onderste helft van die advertentie staat een Dylan-citaat: "If I made records for my own pleasure, I'd only record Charley Patton songs." Dat citaat is niet wereldschokkend of nieuw. Wat wel aardig is, is de bron voor dat citaat zoals het gegeven wordt in die advertentie: "Bob Dylan, as told to Vara TV Magazine, Holland".
Hoe is dat gegaan? Op 23 juli 2001 gaf Bob Dylan een persconferentie in Rome. Daar waren journalisten uit Oostenrijk, Engeland, Denemarken, Finland, Duitsland, Italië, Noorwegen, Zweden, Zwitserland en Nederland. Deze persconferentie staat bekend als "The Rome Interview".
Er verschenen in vele tijdschriften in verschillende landen artikelen over de toen aanstaande release van "Love And Theft" met als bron deze persconferentie in Rome. Een van die artikelen verscheen in Vara TV Magazine. Dat artikel in Vara TV Magazine was, als ik me goed herinner, helemaal in het Nederlands.
Bob Dylan zei dus tijdens "The Rome Interview" iets aardigs over de muziek van Charley Patton. De journalist van Vara TV Magazine vertaalde dit naar het Nederlands. Vervolgens werd dit citaat voor de advertentie van een boxset vol muziek van Charley Patton weer naar het Engels vertaald.
Is het zo gegaan? Eigenlijk moet ik mijn exemplaar van Vara TV Magazine er even bij pakken, maar daar heb ik nu de puf niet voor. Later. Ik schrijf het op het lijstje 'te doen'.
Bob Dylan en advertenties. Ik heb een zwak voor advertenties.Zo kwam ik in Uncut #100 van september 2005 een schitterende advertentie tegen van een of ander filmfestival in Londen. Dat festival was van 1 tot en met 25 september 2005. De advertentie lijkt te draaien om de film No Direction Home, gezien de foto, Dylans en naam en het noemen van Martin Scorsese. Het vreemde is dat nergens in die advertentie de titel No Direction Home wordt genoemd. Waarom niet? En was die film wel te zien tijdens dit festival of gaat het in deze advertentie ergens anders om?
Wanneer werd No Direction Home voor het eerst op de buis uitgezonden? Mijn herinnering zegt dat deze film in première ging op de buis. Eerst in Engeland en Amerika. Nederland volgde een week later.
Klopt deze herinnering wel?
Wel weet ik dat ik op de bank hing, kijkend naar die eerste uitzending van No Direction Home. Als ik me goed herinner liep de videorecorder mee. Niet lang na uitzending werd de film op dvd uitgebracht waarna No Direction Home nogmaals werd bekeken.
No Direction Home, is dat nou een goede film om vanavond nogmaals te bekijken, ondanks de kop vol watten? Ik weet het niet. Het is een film waar ik met een scherpe geest naar wil kijken. Niet als de gesteldheid dicteert dat het beter is om gewoon wat beelden voor de ogen te laten kabbelen.
Dat No Direction Home weer eens bekeken moet worden, staat voor mij wel vast.
Alleen vanavond niet.