Het is gek, maar op de vraag of Bob Dylan een protestzanger is, ben ik geneigd om met "nee" te antwoorden terwijl als mij gevraagd zou worden protestzangers te noemen, ik waarschijnlijk Bob Dylan als een van de eerste zal noemen.
Als het om Bob Dylan-de-protestzanger gaat, gaat het over (een deel van) de songs op The Freewheelin' Bob Dylan en The Times They Are A-Changin', aangevuld met de single "George Jackson" en het nummer "Hurricane" van het album Desire. Dit is slechts een klein deel van Dylans oeuvre. Door Dylan een protestzanger te noemen doe je een groot deel van zijn oeuvre te kort.
Nu ik er over nadenk, is het maar de vraag of de songs uit Dylans oeuvre die vaak als protestsong geoormerkt worden ook daadwerkelijk protestsongs zijn. In een song als "Blowin' In The Wind" zegt Dylan niet wat goed is en wat fout. Hij protesteert in die song nergens tegen. Wat hij doet is de luisteraar aan het denken zetten om zelf een keuze te maken over wat goed is (en wat niet) door het stellen van een reeks vragen.
De tekst van "A Hard Rain's A-Gonna Fall" bevat een reeks beelden waardoor de luisteraar aan het denken gezet wordt. Geen oordeel, geen protest.
"With God On Our Side" vertelt hoe opvoeding bepalend is voor de politieke voorkeuren van een mens. Wat de song doet is de luisteraar aanzetten tot het kritisch bekijken van zijn aannames.
Met bovenstaande wil ik niet zeggen dat Dylan geen protestsongs heeft geschreven.
"The Lonesome Death Of Hattie Carroll" is een protestsong. Dylan protesteert tegen het Amerikaanse rechtssysteem door de gerechtelijke dwaling van één rechtszaak er uit te lichten.
"The Times They Are A-Changin'" is een protestsong.
"George Jackson" is een protestsong, net als "Hurricane".
En er zijn er meer. Maar veel zijn het er niet.
Het boek Songs Of Peace, Freedom, & Protest verscheen voor het eerst in 1970. "George Jackson" en "Hurricane" zijn van latere datum en kunnen dus onmogelijk in dit boek te vinden zijn.
Welke protestsongs van Bob Dylan heeft Tom Glazer dan in dit boek opgenomen?
Het boek bevat bladmuziek en tekst van zo'n 170 songs van zo'n 90 verschillende songschrijvers. Met zes songs is Woody Guthrie (terecht) de best vertegenwoordigde songschrijver in Songs Of Peace, Freedom, & Protest. Met vijf songs doet ook Pete Seeger het goed. De meeste in Songs Of Peace, Freedom, & Protest opgenomen songschrijvers zijn vertegenwoordigd met één song, voor een enkeling is slechts ruimte voor twee of meer songs in Songs Of Peace, Freedom, & Protest.
Van Bob Dylan staan twee songs in dit boek: "He Was A Friend Of Mine" en "Talkin' New York".
"Talkin' New York" staat op Dylans debuutalbum Bob Dylan, "He Was A Friend Of Mine" was op het moment dat Songs Of Peace, Freedom, & Protest verscheen nog niet door Bob Dylan op plaat uitgebracht.
De keuze van Tom Glazer voor deze twee songs intrigeert. Waarom deze twee? Geen idee. Wat ik wel weet is dat ik zelf nooit op deze twee songs uitgekomen zou zijn als ik twee protestsongs van Bob Dylan zou moeten kiezen. Daardoor intrigeert de keuze van Glazer mij alleen maar meer.
Zou Glazer geworsteld hebben met zijn keuze van Dylan-songs voor dit boek? Daar lijkt het wel op wanneer je zijn korte inleiding bij "He Was A Friend Of Mine" in Songs Of Peace, Freedom, & Protest leest:
One of Bob Dylan's early songs, while he was still very much under the influence of Woody Guthrie and folksongs in general. Although not directly concerned with peace, freedom, or protest, it is an interesting expression, through a strong feeling for a "buddy" in particular, of brotherhood in general.
Niet direct een song over vrede, vrijheid of protest, aldus Glazer, maar toch opgenomen in Songs Of Peace, Freedom, & Protest.
Ik cirkel terug naar het begin: is Bob Dylan een protestzanger? En als je protestzangers moet noemen, zou je dan Bob Dylan noemen?
Eerste vraag: nee.
Tweede vraag: ja.
Er is niks veranderd & toch is niks hetzelfde gebleven.
In plaats van antwoorden vind ik alleen maar meer twijfels. Het is goed om te twijfelen.
~ * ~ * ~ * ~
Boekwinkel in Nijmegen, een warme dag in augustus, kort voor sluitingstijd. Achterin de winkel liggen enkele tientallen dichtbundels op een tafeltje in vier wankele stapels. Omdat het bijna sluitingstijd is heb ik haast, omdat ik haast heb stoot ik twee van de vier stapels om. De bundels vallen op de grond.
Binnen twee tellen staat een medewerker van de winkel naast me, hij vraagt of het goed gaat (als je er over nadenkt een wat vreemde vraag, maar dit terzijde). Ik verontschuldig me voor het op de grond gooien van de boeken terwijl ik in rap tempo de bundels opraap en nieuwe stapels maak.
Sommige boeken staan opengeslagen, als een tentje op de grond. Andere boeken liggen met de achterkant naar boven op de grond. Vanaf een van de achterkanten van een bundel staren twee zwart-wit foto's mij aan. Op de bovenste, een wat wazige foto, staat een jongeman. Hij staart in de camera, hij draagt een stropdas. Achter de jongen hangt een bord met het woord "apotheek".
Op de onderste foto staat dezelfde jongeman. Zijn haar is wat langer en hij heeft inmiddels een snor en sik. Naast hem staat een jongedame, ze draagt een zwarte hoed. Zowel de jongedame als de jongeman dragen een corsage. Een trouwerij?
Tussen de twee foto's staat één regel tekst:
'If dogs run free, why not we' Bob Dylan
Bij het omdraaien van het boek zie ik dat het gaat om een bundel van Arie Gelderblom, Gekkenwerk, zo heet de bundel.
Ik ben niet opgegroeid met poëzie. Mijn vader las, maar geen poëzie, mijn moeder las niet. Toen ik een jaar of 18 was nam een vriend mij voor het eerst mee naar een antiquariaat. In dat antiquariaat bladerde ik door vele boeken, waaronder enkele dichtbundels. Ik las in verschillende dichtbundels een stukje en raakte geïntrigeerd. Ik kocht één bundeltje, gewoon om eens te proberen. Dat was een bundel van Arie Gelderblom. Die bundel heb ik al weer jaren geleden weggedaan, inmiddels was ik uitgekeken op het boek, ik had inmiddels honderden, duizenden gedichten gelezen die meer intrigeerden dan de gedichten in die bundel van Gelderblom.
Na die eerste bundel heb ik nooit meer een bundel van Arie Gelderblom gekocht of gelezen.
Door het Dylan-citaat op de achterzijde van Gekkenwerk kocht ik voor de tweede keer in mijn leven een dichtbundel van Arie Gelderblom.
In de bundel zelf komt Bob Dylan niet voor, maar dat maakt Gekkenwerk niet minder boeiend. Goede bundel.
Als ik door de naderende sluitingstijd van de winkel niet gehaast was geweest, door mijn drang om in vijf minuten toch alle dichtbundels op dat tafeltje achter in de winkel te bekijken, de boeken niet door mijn knullige gedrag op de grond had gegooid, had ik nooit gezien dat achterop Gekkenwerk een citaat van Bob Dylan staat. Had ik dat citaat niet gezien, had ik Gekkenwerk niet gekocht en was ik dus verstoken geweest van een uitstekende dichtbundel.
Haastige spoed zelden goed? Onzin. Haast moet gestimuleerd worden, het leidt tot mooie ontdekkingen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten