Bob Dylan, H.H. ter Balkt en dat ene concert uit 2002

I

Iedere keer als ik bij een antiquariaat of op een boekenmarkt een dichtbundel van H.H. ter Balkt zie denk ik aan die paar zinnen uit het door Piet Gerbrandy geschreven stuk over de verzamelde gedichten van Ter Balkt in NRC Handelsblad van 25 april 2014:

Deze dichter heeft de complete literaire traditie in zich opgezogen, van de bijbelse profeten tot Majakovski, van Oud-Engelse raadsels tot de elegieën van Rilke, van de Occitaanse troubadours tot de blues van Bob Dylan.

Nooit las ik een gedicht van H.H. ter Balkt voor ik deze regels van Gerbrandy in de krant tegenkwam. En ook na het lezen van deze regels duurde het lang voor ik ook maar iets van Ter Balkt las.
En toch bleven die regels van Gerbrandy over de poëzie van Ter Balkt in mijn achterhoofd knagen.

II

Het was afgelopen mei vijftien jaar geleden dat ik mijn hand op de zwangere buik van 'mevrouw Tom' legde en voor het eerst onze zoon voelde schoppen. Ik stond niet ver van het mengpanel, halverwege Ahoy. Op het podium speelde Bob Dylan "Solid Rock" en mijn zoon schopte. Daar moest ik vanmiddag aan denken.
Vijftien jaar zijn inmiddels verstreken. Er is veel uit mijn geheugen weg gegleden. Om het geheugen opnieuw te vullen met herinneringen aan dat concert van 2 mei 2002 las ik wat ik eerder over dat concert schreef op deze blog. 
In 2008 schreef ik hier onder andere: "Een goed concert waar ik, zes jaar later, nog steeds beelden van op mijn netvlies heb staan." 
En in 2010 schreef ik: "De NET is vooral herinnering, herinnering aan de concerten waarbij ik aanwezig ben geweest. Zoals het concert op 2 mei 2002, vandaag op de dag af acht jaar geleden. Er is geen concert waar ik betere herinneringen aan heb. Het begon al met een magistrale 'Wait For The Light To Shine' om een beetje in de sfeer te komen en nog voordat ik daarvan was bekomen, volgde het live-debuut van een akoestisch gespeelde 'I Threw It All Away', na de eerste tonen leek de Ahoy' uit haar voegen te barsten. Langzaam drong het tot steeds meer toeschouwers door waar ze getuigen van waren en het leek wel of een ieder bij wie de realisatie was doorgekomen, dat bezegelde met een oerkreet."
In 2008 en in 2010, zes en acht jaar na het concert, wist ik me nog veel te herinneren. Nu is dat anders. Met het lezen van de stukken die ik eerder schreef komen er beelden en geluiden terug, al blijft het bij flarden.


III

Begin 2017, ik koop mijn eerste dichtbundel van H.H. ter Balkt. Het is een goede bundel, al is de poëzie van Ter Balkt niet altijd makkelijk te volgen. Bob Dylan is in geen velden of wegen te bekennen.

IV

Aanvankelijk denk ik oude herinneringen uit de vergetelheid te moeten opvissen. Het beluisteren van een opname van het concert van 2 mei 2002 moet de truc doen. 
Uiteindelijk besluit ik nieuwe herinneringen aan te maken. Dat doe ik door het beluisteren van een opname van een concert waar ik niet bij was. Dat komt mede door wat ik in 2010 schreef. Ik schreef: "Een concert is niet meer dan een moment waarop het aanwezige publiek voor de duur van het concert uit de dagelijkse realiteit wordt getild."
Als ik nu naar 2 mei 2002 ga luisteren zoek ik herinneringen. Dat heeft niks te maken met het uit de dagelijkse realiteit getild willen worden.
Goed, niet de opname van 2 mei 2002 dus, maar een ander concert. 
Keuze genoeg.
Het wordt het concert van 21 mei 2000, Horsens Ny Teater, Horsens, Denemarken.

V

Augustus 2017. Uit het stapeltje van de vier aangeboden dichtbundels van H.H. ter Balkt kies ik er willekeurig een. Aardes deuren heet die bundel. Het wordt de tweede bundel van de dichter die ik ga lezen. 

VI

Bij het horen van de eerste paar nummers van het concert in Horsens Ny Teater verlang ik terug naar de concerten van 2000. De refreinen van opener "Hallelujah, I'm Ready To Go" worden door Bob Dylan, Larry Campbell en Charlie Sexton bijna a capella gezongen.
"My Back Pages" heeft een viool (of iets wat er op lijkt) en Dylans frasering in "The Lonesome Death Of Hattie Carroll" is scherp als een scheermes.
Terwijl ik dit schrijf beginnen Dylan en band net aan de elektrische set met "Gotta Serve Somebody". Ik weet nu al dat ik voorlopig nog niet klaar ben met Horsens Ny Teater, mei 2000. Dit ga ik in de komende tijd vaker beluisteren, veel vaker.

VII

In een door en door koud vliegtuig 3

Wij vliegen onder het gat in de ozonlaag boven Wenen.
Op de paleizen druppelen graffiti. Mummies zitten aan
een lange tafel en eten goud- en zilverstof. Hun
amuletten leggen zijn af; hun windselen wikkelen zij lang-
zaam los en winden die om een roerloze gestalte die zij
hazeoren hebben opgezet. Je kunt alles heel goed zien
door de glazen vloer en door een gat in het dak. De
mummies drinken egyptische wijn. Zijn zijn herstellende;
ze kleumen; ze hebben drie rijen tanden. Boven het
vliegveld, grauw als een dorpsstationnetje, vliegen
heksen. Snauwende werksters keren de stoelen in de
wachtruimte om en om en stoffen de pandabeer af van
het Wereldnatuurfonds. Achter het loket dommelt een 
asfaltman. Uit de asfaltzwarte taxi stijgt de tombstone 
blues van bob dylan op. Koude ether stroomt uit het gat
in de ozonlaag. Het verkeer bevriest. De stad versteent.

H.H. ter Balkt

VIII

Voorlopig wordt het niet meer stil in mijn oren. Kippenvel tijdens "Tryin' To Get To Heaven". Horsens Ny Teater, 2000 is het beste concert dat ik deze dag voor beluistering had kunnen kiezen.


Mijn stuk uit 2010 over het concert van 2 mei 2002 staat hier.
Mijn stuk uit 2008 over het concert van 2 mei 2002 staat hier.

Geen opmerkingen: