31 augustus 1969 Isle of Wight
Maar het viel tegen. Dylan begon te laat, het concert was (te) kort, Dylan was niet zichzelf (lees: anders dan in 1966).
Van dit concert vonden vier songs een officiële release op Self portrait (1970).
tracklist:
01. She belongs to me
02. I threw it all away
03. Maggie's farm
04. Wild mountain thyme
05. It ain't me, babe
06. To Ramona
07. Mr. tambourine man
08. I dreamed I saw St. Augustine
09. Lay lady lay
10. Highway 61 revisited
11. One too many mornings
12. I pity the poor immigrant
13. Like a rolling stone
14. I'll be your baby tonight
15. Quinn the eskimo (the mighty Quinn)
16. Minstrel boy
17. Rainy day women # 12 & 35
De nummers 1, 13, 15 en 16 verschenen op Self portrait.
Met dank aan Peerke voor de reactie. Lees zijn uitstekende artikel over Selfportrait en Isle of Wight festival hier.
Dylan kort #53
Karl draait Time out of mind en is (even) gelukkig.
Dylancovers (voor Anton)
Hoi,
Leuk die (Ned.) site over Dylan. Is het een idee een aparte rubriek op te nemen met Dylan covers van Nederlandse
artiesten? (in 't Ned. en Eng.).
't is maar een idee.
groet en ga zo door
Anton
Ik heb inmiddels honderden Dylancovers gehoord, maar nog nooit haalde eentje het bij het origineel. Toch spreekt het idee van Anton mij wel aan. Hierbij, voor Anton het Michael Moore trio met Dark eyes:
4th time around - deel 2
III - Play fuckin’ stoned!
Tijd voor een bekentenis. Toen ik, ergens eind jaren tachtig, Blonde on blonde voor het eerst hoorde, was het een tegenvaller. Ik had te vaak gelezen dat Blonde on blonde één van Dylans beste, zo niet Dylans beste album is. De verwachtingen waren te hoog gespannen om de klasse van Blonde on blonde te kunnen horen, laat staan dat de schoonheid van 4th time around mij opviel. Zoals ik eerder schreef, de song ligt verborgen.
Het duurde tot 12 oktober 1998 voor mijn oren opengingen. Die dag verscheen de dubbel-cd The Bootleg series volume 4[1] met daarom het concert van 17 mei 1966 opgenomen in de Free Trade Hall in Manchester.
Op de dag van de release rende ik naar de platenwinkel om de dubbel-cd aan te schaffen. Dit was het concert waar Dylan werd uitgescholden voor Judas waarop hij reageerde met I don’t believe you, you’re a liar om zich vervolgens tot de band te richten en na een Play fuckin’ loud de meest harde, schedelsplijtende versie van Like a rolling stone over het publiek uit te storten. Aldus de mythe. Dat moest ik horen.
Voor het zover was, was er eerst nog de eerste cd met daarop het deel van het concert van voor de pauze. Dylan alleen met een gitaar, een mondharmonica en een stem zo ongelooflijk stroperig en intens geworden door wat hij dan ook maar gerookt, geslikt of gesnoven mocht hebben, zo mooi dat het bijna pijn doet.
Toen gebeurde het. De eerste cd, tweede track. Beng! Er slaat iemand met een sloophamer tegen mijn voorhoofd, ik hóór het.
12 oktober 1998, ergens in de middag, 4th time around, Manchester Free Trade Hall, 17 mei 1966, tranen biggelen over mijn wangen en ik weet niet meer of het nou 1998 of 1966 is. De wereld is weg, alleen geluid, een stem.
Hoeveel wereld past er in iets onder de vierenhalve minuut? Stemmen, een enkele aanslag op de gitaar. Mondharmonica. De druipende stem:
And she said “Don’t be cute”
So I forced my hands in my pockets
And felt with my thumbs
And gallantly handed her my very last piece of gum
Het zoeter klinkende laatste vers, tot die laatste handvol regels
And I
I never took much
I never asked for your crutch
Now don’t ask
For mine.
De song is rond, terug bij het begin, de mondharmonica. Beschaafd applaus.
Applaus van een publiek dat 4th time around nog nooit eerder heeft gehoord. Blonde on blonde lag nog niet in de winkels. In de stilte, in het beschaafde applaus hoor je het publiek denken, zong hij echt crutch?
Het zong het echt.
Die dag, 12 oktober 1998, ben ik niet toegekomen aan de tweede cd van The Bootleg series volume 4. Zo werd ik opgezogen, in beslag genomen door de eerste cd in het algemeen en 4th time around in het bijzonder.
IV – Twee jaar later, bijna dan
Twee jaar na de release van The Bootleg series volume 4, op 27 september 2000 gaf Dylan een concert in sportpaleis Ahoy’ te Rotterdam. Ik zit op stoel 9, rij 24. De man naast mij steekt de ene camel met de andere aan en praat tussen het trekken aan zijn sigaret over de vele Dylanconcerten die hij heeft bijgewoond. Uitdraaien van tracklists van voorgaande concerten worden doorgenomen en vergeleken met wat Dylan vanavond speelt.
Na Like a rolling stone moet Forever young komen, hij wijst het aan op zijn stapeltje papieren.
Tijdens het wegsterven van het applaus slaat Dylan andere akkoorden aan op zijn gitaar, in een driekwartsmaat.
Al het bloed trekt uit het gezicht van mijn camelrokende buurman, hij spuugt met alle lucht uit zijn longen ‘motherfucker’ richting podium en beent weg.
Dan begint Dylan te zingen:
When she said,
‘Don’t waste your words, they’re just lies,’
I cried she was deaf.
Ik zit te schudden op mijn stoeltje. De oerkreet van mijn buurman, de schoonheid van 4th time around.
Dylan moet de verwensing gehoord hebben, maar reageert niet. Het wordt nooit meer 17 mei 1966, het is vandaag, vierendertig jaar later.
Vandaag is ook al weer even geleden.
[1] The Bootleg series vol. 4 – Bob Dylan Live 1966: the ‘Royal Albert Hall’ concert (Columbia Legacy 491485 2)
3 september: met dank aan Peerke en Thomas voor de reacties.
Dylan kort #52
4th time around - deel I
Ergens tegen het eind van het album Blonde on blonde, tussen de aandacht eisende meesterwerken als Visions of Johanna, Stuck inside of Mobile with the Memphis blues again en Sad eyed lady of the lowlands, tussen de bekend in het oor klinkende singles Rainy day women # 12 & 35, I want you en Just like a woman, tussen al dat muzikale geweld houdt 4th time around zich schuil, een makkelijk over het hoofd te zien rustpunt.
4th time around – of moet het Fourth time around zijn zoals in Lyrics 1962 – 1985 staat - werd in de middag van 14 februari 1966 opgenomen in Columbia music row studios in Nashville.
Achttien takes, waarvan twee compleet, voor de versie die op Blonde on blonde zou verschijnen op de band stond. Over welke muzikant wat speelt tijdens de sessies voor Blonde on blonde lijken de ‘dylanologen’ het maar niet eens te kunnen worden. De opnamesessie voor 4th time around is geen uitzondering. Ik houd het op Bob Dylan (zang, acoustische gitaar en mondharmonica), Kenny Buttrey (drums), Wayne Moss (Spaanse gitaar), Joe South (bas), Charlie McCoy (Spaanse gitaar) en Al Kooper (orgel).
Wie Blonde on blonde op cd afspeelt om naar 4th time around te luisteren, zal het orgel niet horen, hoe kan dat?
Nu wordt het ingewikkeld. Blonde on blonde is opgenomen met 4 track. Dit betekent dat gezien de hoeveelheid op te nemen instrumenten (plus zang), meerdere instrumenten op één track opgenomen moesten worden. Tijdens de opname van 4th time around zijn het orgel en de drums op één track opgenomen.
Na de opname blijkt het geluid van het orgel de drums uit de mix te verdringen. Een oplossing zou kunnen zijn om het volume van de drums in de mix harder te zetten, ware het niet dat, zoals boven reeds gemeld, de drums en het orgel op één track zijn opgenomen. Als het volume van de drums harder wordt gezet, zal het volume van het orgel ook toenemen, waardoor het probleem blijft.
Er wordt besloten om het orgel uit de mix te halen. Hierdoor verdwijnt echter ook de drumpartij uit 4th time around. De nieuwe drumtrack werd op 16 juni 1966 door Kenny Buttrey in Nashville opgenomen.
Nou wordt het interessant. De afgekeurde versie met orgel (en de eerste drumpartij) van 4th time around verscheen om onduidelijke redenen op vroege stereopersingen van Blonde on blonde en op de Franse en Canadese monopersingen.
De versie zonder orgel (en met de op 16 juni 1966 opgenomen drumpartij) verscheen op de monopersingen, latere stereopersingen en cd-versies van Blonde on blonde.[1]
De versie met orgel is een bak geluid waarin de melodie en Dylans stem verdrinken, de versie zonder orgel is een prachtige song, een verborgen schoonheid, weggestopt ergens tegen het eind van Blonde on blonde. 4th time around is – net als Temporary like Achilles – een rustpunt op Blonde on blonde.
4th time around wordt vaak geïnterpreteerd als een song over een driehoeksverhouding - een man gevangen tussen twee vrouwen – maar het is volgens mij veel meer een moodpiece, een ‘gemoedsstuk’. Natuurlijk zit het verhaal van de driehoeksverhouding in 4th time around, maar dat is niet wat de song interessant maakt.
In 4th time around wordt de werkelijkheid anders voorgesteld. Let wel, ‘anders’ voor de luisteraar, niet voor de auteur. Neem de eerste vijf regels:
When she said,
‘Don’t waste your words, they’re just lies,’
I cried she was deaf.
And she worked on my face until breaking my eyes,
The said, ‘What else you got left?’
Het is niet moeilijk om hier een letterlijke hervertelling – of interpretatie – van te geven, maar dat heeft geen waarde, het zal alleen maar afbreuk doen aan de schoonheid van de song. Veel belangrijker nog dan wat Dylan zingt in een ‘gemoedsstuk’ als 4th time around, is hoe Dylan het zingt. De eerste vijf regels zoals boven weergegeven is, is de manier waarop ze in Lyrics 1962 – 1985 staan. Maar zo zingt Dylan deze regels niet, hij zingt de regels als volgt, waarbij ik de woorden waar Dylan nadruk op legt, vet heb weergegeven:
When
she said, ‘Don’t waste
your words, they’re just lies,’
I cried she was deaf.
Hey she worked on my face
until breaking my eyes,
An’ sayin’, ‘What else you got left?’
Natuurlijk worden de accenten mede bepaald door de driekwartsmaat waarin de song is geschreven, de accenten liggen bijna allemaal op de eerste tel van de maat. Maar Dylan zou Dylan niet zijn als hij zich niet zou onttrekken aan het ‘opgelegde’ ritme – de accenten op de eerste tel.
In de regel Hey she worked on my face legt Dylan de accenten net naast de eerste tel, zodat hij toch de nadruk weet te leggen op de belangrijkste woorden van de regel, worked en face.
Het zijn dit soort details – het verschuiven van de accenten zodat de belangrijkste woorden in een regel naar voren komen - die Dylan tot een groot zanger maken. Dit soort kleine Dylaneske details in de manier van zingen maakt de Columbia reclameslogan uit de jaren zestig – Nobody sings Dylan like Dylan – tot een waarheid als een koe.
II – de vierde keer dat de vogel is gevlogen
Dylan schreef 4th time around in februari 1966[2] twee maanden na de release van het album Rubber soul van The Beatles met daarop het nummer Norwegian wood (this bird has flown). De overeenkomsten in melodie tussen Norwegian wood (this bird has flown) en 4th time around dreven John Lennon tot paranoia. Was Dylans 4th time around bedoeld als compliment of als ironische belediging?
Ook Lennon moet gehoord hebben dat Norwegian wood (this bird has flown) – an sich een goede song – zich verhoudt tot 4th time around als een kindertekening tot een Picasso. Daar waar Norwegian wood (this bird has flown) na enkele draaibeurten al begint te vervelen, wint 4th time around met iedere draaibeurt alleen maar kracht. Vergelijk alleen al de eerste paar regels tekst van Norwegian wood (this bird has flown) met de eerste paar regels tekst van 4th time around zoals hierboven weergegeven en het kwaliteitsverschil is duidelijk:
I once had a girl,
or should I say she once had me.
She showed me her room,
Isn’t it good?
Norwegian wood.
Daar waar de tekst van 4th time around werkt als ‘gemoedsstuk’, is de tekst van Norwegian wood (this bird has flown) niet meer dan een ‘versje’ dat na één keer luisteren al haar geheimen prijs geeft. 4th time around is op de lange termijn een veel betere song dan Norwegian wood (this bird has flown).
Dat neemt niet weg dat het op z’n zachtst gezegd niet collegiaal van Dylan is om zo kort na de release van Norwegian wood (this bird has flown) de melodie te ‘lenen’ om er een betere song van te maken. Het getuigt van arrogantie dat Dylan dit toch heeft gedaan.
De titel 4th time around suggereert dat de vork toch anders in de steel zit, dat er sprake is van een sneeuwbaleffect, dat dit song nummer vier is in een wederzijdse beïnvloeding tussen the Beatles / John Lennon en Bob Dylan. En van wederzijdse beïnvloeding is zeker sprake.
Twee voorbeelden. 1. John Lennon beïnvloed door Bob Dylan: I’m a loser (1964). John Lennon over I’m a loser:
Yeah, that’s me in my Dylan period, ‘cos that’s got the word ‘clown’ in it. I always objected to the word ‘clown’ but Dylan had used it so I thought it was alright and it rhymed with whatever I was doing.[3]
2. Dylans I wanna be your lover (1965)[4] is zonder enige twijfel een (hilarische) parodie op I wanna be your man van the Beatles.
Dylan over the Beatles tijdens een telefonisch interview met Max Jones in 1965:
Max Jones: What do you think of the Beatles as artists and people?
Bob Dylan: Oh, I think they’re the best. They’re artists and they’re people.[5]
En tijdens een persconferentie in Austin, Texas in september 1965:
Journalist: Have the Beatles have any influence on your work?
Dylan: Well, they haven’t influenced the songs or sound. I don’t know what other kind of influence they might have. They haven’t influenced the songs or the sound.[6]
Nog geen maand na de persconferentie in Austin nam Dylan I wanna be your lover op. Er is geen twijfel over mogelijk dat hij de song schreef (en opnam) met I wanna be your man van the Beatles in zijn achterhoofd.
De titel 4th time around dekt niet de lading van de inhoud van de song. De titel is gekozen, zo stel ik mij voor, vanwege de herhalende wederzijdse beïnvloeding tussen the Beatles en Dylan. The Beatles ‘lenen’ van Dylan, Dylan ‘leent’ van the Beatles en deze song is de vierde song waarbij dit is gebeurd.
Niks arrogantie, zoals eerder gesuggereerd, maar een spel, een grap. Een grap die een niet begrijpende John Lennon tot paranoia dreef.
[1] De informatie over de verschillende versies van 4th time around heb ik grotendeels gevonden op de website Electric Dylan van Roger Ford (gezien online 10 augustus 2008: http://www.rdf.pwp.blueyonder.co.uk/) Er is natuurlijk nog veel meer te zeggen over verschillende versie van 4th time around, zo is bijvoorbeeld de versie van 4th time around op de Canadese monopersing van Blonde on blonde 20 seconden korter dan de versie op de Amerikaanse monopersing, maar dit is niet de plek om daar verder op in te gaan. Voor meer informatie over de vele versies van Blonde on blonde verwijs ik de lezer naar de fantastische website Electric Dylan van Roger Ford.
[2] Patrick Humphries & John Bauldie – Absolutely Dylan (Viking studio books, 1991; blz. 188)
[3] Steve Lowe – When we were kings (Q Dylan oktober 2000; blz. 57)
[4] I wanna be your lover werd opgenomen in oktober 1965 en voor het eerst officieel uitgebracht in 1985 op Biograph.
[5] eerste publicatie: Melody maker 27 maart 1965
[6] Bob Dylan a retrospective (ed. Graig McGregor) (Picador1975; blz. 111)
27 augustus: Met dank aan Peerke voor de reactie. Deel II volgt.
Dylan kort #51
Ton Vincent
Man in the long black coat
I
Sinds een week of drie zit Oh mercy in de cd-speler in de auto en dus komt Man in the long black coat met de regelmaat van de klok langs tijdens de vele dagelijkse ritjes.
Het begint met krekels uit een toverdoosje voor de snijdende harmonica de weggezakte gedachten openscheurt.
Man in the long black coat is het vijfde nummer op Oh mercy, het verstoord de wereld na Ring them bells, voor Most of the time. Man in the long black coat is een song als een zonsverduistering, alles valt stil – ook de krekels – en het enige dat overblijft is het moment, de duisternis.
Het angstaanjagende intro geeft de indruk van een chronische roes.[1]
En dan komt die stem, de eerste drie woorden - Crickets are chirpin’ - grijpen terug, waarna in een handvol woorden de zanger een knoop in mijn maag legt.
Crickets are chirpin’, the water is high
There’s a soft cotton dress on the line hangin’ dry
Window wide open, African trees
Bent over backwards from a hurricane breeze
Een unheimlich gevoel. Even ben ik Mr. Jones uit Dylans Ballad of a thin man: Something is happening here but you don’t know what it is, do you, Mister Jones?
Er is iets, maar wat. Ik kan mijn vinger er niet opleggen.
Er is geen mens. Het water staat hoog. Er is storm op komst. De spanning is te snijden.
Waarom?
Not a word of goodbye, not even a note
She gone with the man
In the long black coat
Daarom. Ze is weg. Meegegaan met de man in de lange zwarte jas. Vrijwillig? Gedwongen? Geen idee. Het enige dat ik weet is dat ze weg is, mee met de man in de lange zwarte jas.
Zoiets roept vragen op, speculaties, roddels, indianenverhalen. De wildste geruchten doen de ronde.
‘Heb je het al gehoord?’
Somebody seen him hanging around
At the old dance hall on the outskirts of town
He looked into her eyes when she stopped him to ask
If he wanted to dance, he had a face like a mask
‘Het is toch wat. Arm kind.’
En als ieder een mening heeft, als de wildste geruchten de ronde doen, dan heeft de priester het antwoord. De moraal.
Preacher was a talkin’, there’s a sermon he gave
He said every man’s conscience is vile and depraved
You cannot depend on it to be you guide
When it’s you who must keep it satisfied
Luister na hoe Dylan het woord vile[2] zingt, uitgetrokken. Als een bittere smaak in zijn mond. Alsof het uitspreken van het woord de zonde zelf is.
Dylan de zanger, hij vertelt geen verhaal, hij leeft het verhaal.
De priester heeft geen antwoord, alleen een veroordeling die hij over de hoofden van zijn gemeente stort. Zie ze zitten, de hoofden gebogen, pepermuntje op de tong. Niemand weet waar ze is gebleven, ze is weg met de man in de lange zwarte jas.
Is er dan geen tegengeluid? Niemand die de roddelaars en moraalridders eens flink om de oren slaat? Die is er wel, in de brug van Man in the long black coat:
There are no mistakes in life some people say
It is true sometimes you can see it that way
But people don’t live or die, people just float
She went with the man
In the long black coat
Wie vindt dat verhalen een happy end moeten hebben, kan beter niet naar Man in the long black coat luisteren. Ze komt niet terug. Ook het hoe en waarom van haar verdwijning wordt niet duidelijk. Geen happy end.
Of toch wel? Voor zij die is verdwenen. Hoe gelukkig zou ze zijn als ze was gebleven, onder het juk van de roddel, van de hel en verdoemenis prekende priester?
Vragen. De vragen blijven als de krekels uit het toverdoosje terugkeren en langzaam het geluid wegsterft.
Nog een keer luisteren, heb ik het goed gehoord? Is er geen antwoord?
Er is geen antwoord, en zo hoort het ook.
Wacht, ik vergeet de belangrijkste vraag. Wie is de Man in the long black coat? Johnny Cash zoals ik ergens las? Zijn zelfgekozen bijnaam is tenslotte The man in black. Ik geloof er niks van.
Wie dan wel? De duivel? De dood zelf? Of, zoals Oliver Trager[3] suggereert, diende de Gregory Peck-film The man in the gray flannel suit (1956) als inspiratiebron? Het zou kunnen, Gregory Peck gaf Dylan al eerder inspiratie voor een song. Luister maar naar Brownsville girl van het album Knocked out loaded uit 1986.
Alle zoekacties ten spijt, de identiteit van de Man in the long black coat blijft een mysterie. Dat is maar goed ook.
Dylan vertelt in Man in the long black coat over de ‘mysterieman’ alleen dit:
He had a face like a mask[4]
En:
Somebody said from the Bible he’d quote
There was dust on the man
In the long black coat
Meer hoeven we niet te weten, de man moet een mysterie blijven om de song zijn kracht te geven.
Bob Dylan houdt, in een stuk over Man in the long black coat, in zijn boek Chronicles (2004) het mysterie overeind:
De tekst probeert iets te zeggen over iemand met een lichaam dat niet van hem is. Iemand die hield van het leven maar niet kan leven en het snijdt hem in de ziel dat anderen wel in staat zijn om te leven.[5]
Zo is het maar net…
II
De opnames voor het album Oh mercy vonden plaats in maart en april 1989 in New Orleans. Man in the long black coat werd als één van de laatste nummers, op 29 maart, opgenomen voor het album Oh mercy. Naast Dylan (zang, gitaar, harmonica) speelt Daniel Lanois dobro en Malcolm Burn keyboards op Man in the long black coat.
Op 4 april zong Dylan de opname van 29 maart opnieuw in. Ook werd een nieuwe gitaarpartij door hem toegevoegd. Tijdens sessies aan het eind van juni, werd er door Malcolm Burn nog bas aan de opname toegevoegd en begin juli voegde Daniel Lanois nog een gitaarpartij toe.[6] Geen drums op Man in the long black coat.
Dat Man in the long black coat überhaupt is geschreven, is te danken aan producer Daniel Lanois.
Ik zou afmaken waaraan ik was begonnen met Lanois, schreef zelfs een paar liedjes voor hem die ik anders nooit geschreven zou hebben. Het ene was Man in the Long Black Coat en het ander Shooting Star. Dat had ik nog maar één keer eerder gedaan, voor de producer [van Empire Burlesque, 1985] Arthur Baker.[7]
Het album Oh mercy kwam in september 1989 op de markt. Ondanks dat het album positiever werd besproken dan bijvoorbeeld voorgangers Knocked out loaded, Down in the groove en Dylan and the Dead, werd Oh mercy geen verkoopkanon.
Man in the long black coat ligt verborgen, als vijfde nummer, op misschien wel Dylans beste album van de jaren tachtig. Maar wie luistert er nog?
Dylan speelde Man in the long black coat voor het eerst live op 13 oktober 1989, in het Beacon theatre in New York. In de jaren daarna volgden nog vele live-uitvoeringen, o.a. tijdens het concert op 21 juni 1996 in muziekcentrum Vredeburg in Utrecht. Eén van deze live-uitvoeringen, van 30 januari 1999, werd in april van datzelfde jaar gepubliceerd als een van de online performances – een inmiddels helaas verdwenen mogelijkheid om online bijzondere Dylanopnames te beluisteren - op Dylans officiële website.
[1] Bob Dylan in Chronicles vol. 1 (citaat overgenomen uit de vertaling van Erik Bindervoet en Robbert-Jan Henkes: Bob Dylan – Kronieken; deel 1 (Nijgh & Van Ditmar, 2004), blz. 232
[2] Het woordenboek geeft bij vile o.a. ‘verachtelijk’, ‘gemeen’, ‘walgelijk’, ‘armoedig’ en ‘miserabel’
[3] Oliver Trager – Keys to the rain; the definitive Bob Dylan encyclopedia (Billboard books, 2004) blz. 411
[4] Als ik Dylan deze woorden hoor zingen, moet ik altijd denken aan zijn woorden tijdens zijn concert op 31 oktober 1964 in de Philharmonic hall in New York, vlak voor het nummer If you gotta go, go now: It’s Halloween. I have my Bob Dylan mask on. I’m masquerading. Te horen op The Bootleg series vol. 6 – live 1964 (Columbia / Legacy 512358 2, 2004)
[5] Bob Dylan - Chronicles vol. 1 (citaat overgenomen uit de vertaling van Erik Bindervoet en Robbert-Jan Henkes: Bob Dylan – Kronieken; deel 1 (Nijgh & Van Ditmar, 2004), blz. 232
[6] Glen Dundas – Tangled 5th edition (SMA services, 2004), blz. 211
[7] Bob Dylan - Chronicles vol. 1 (citaat overgenomen uit de vertaling van Erik Bindervoet en Robbert-Jan Henkes: Bob Dylan – Kronieken; deel 1 (Nijgh & Van Ditmar, 2004), blz. 225
23 aug: Met dank aan Peerke en Thomas voor de reacties en aanvullingen.
Dylan kort #50
Dylan kort #49
Dylan kort #48
Jerry Wexler
Dylan kort #47
Dylan kort #46 - de weblogs
the Bootleg series vol. 8: tell tale signs rare and unreleased 1989 - 2006 #5
Dylan & Hohner
The Bootleg series vol. 8 - Tell tale signs - singleboek
Dreamin' of you
The light in this place is really bad
Somewhere dawn is breaking
The shadowy past is so vague and so vast,
Maybe they'll get me, maybe they won't
For years they had me locked in a cage,
Well I eat when I'm hungry
Feel like a ghost in love
Everything in the way is so shy like the day
Maybe you're here or maybe you weren't