In mijn herinnering is Leicester legendarisch, maar het eerste deel van Dylans solo-set onderscheidt zich niet echt van eerdere concerten.
Moet het legendarische nog komen?
Is mijn geheugen defect?
Begin ik met te hoge verwachtingen aan het luisteren?
Maakt niet uit, ik moet gewoon luisteren en niet vergelijken (valt niet mee om niet te vergelijken).
Het nummer in Dylans solo-set tijdens tour ’66 waar ik tot nog toe het minste aandacht aan geschonken heb is, denk ik, “It’s All Over Now, Baby Blue”. Van de zeven nummers die Bob Dylan in ’66 tijdens zijn solo-set speelde is dit dan ook het nummer waar ik het minst mee heb. Ik geef de voorkeur aan de dromerigheid van een “Visions Of Johanna”, een “Fourth Time Around” of een “Desolation Row”, de breekbaarheid van een “Just Like A Woman”. Dat wil niet zeggen dat ik “It’s All Over Now, Baby Blue” niet goed vind, het zegt alleen dat ik een aantal andere nummer nog beter vind.
Dylan-liefhebbers zijn rare kwasten.
De “Desolation Row” in Leicester lijkt met wat meer vaart dan tijdens voorgaande concerten gespeeld te worden. Ondanks de vaart zingt Dylan de woorden wel zorgvuldig. Er is geen sprake van haast.
Dylans harmonicaspel in “Just Like A Woman” begint bedachtzaam. Dat duurt maar even, dan laat Dylan de klanken heerlijk ontsporen. Het had allemaal best veel langer mogen duren. Voor de echt aangename klankontsporing is er natuurlijk “Mr. Tambourine Man” aan het eind van de solo-set. Heerlijk.
Hoor ik het nou goed? Daagde Bob Dylan vlak voor “I Don’t Believe You” het publiek uit om harder “boe” te roepen? Tijdens een deel van “Baby, Let Me Follow You Down” is Dylans zang niet of nauwelijks te horen. Zong Bob Dylan – al dan niet bewust – niet in de microfoon? Waren er technisch problemen?
Garth Hudsons orgelspel in “Just Like Tom Thumb’s Blues” klinkt anders dan tijdens eerdere concerten. Minder langgerekte noten.
Ook het Hawks-deel van Leicester klinkt wat matter, wat trager dan voorgaande concerten en dat terwijl het publiek in Leicester flink van zich laat horen. Ook na “Just Like Tom Thumb’s Blues” is er weer veelvuldig boe-geroep vanuit het publiek te horen.
Door hard te klappen en te scanderen probeert het publiek te voorkomen dat Bob Dylan “Leopard-Skin Pill-Box Hat” kan aankondigen. Bob Dylan sust het publiek door te zeggen dat het een folk-song is.
En dan komt “Ballad Of A Thin Man”. Bob Dylan lijkt genoeg te hebben van het gezeik en gezeur van het publiek en dat is te horen. Het concert in Leicester breekt met “Ballad Of A Thin Man” pas echt open. Met dezelfde woede, met hetzelfde venijn gooien Bob Dylan & de Hawks vervolgens “Like A Rolling Stone” De Montfort Hall in.
Let vooral ook even op het pianospel van Richard Manuel, helemaal aan het eind van “Like A Rolling Stone”.
En als de laatste noten wegsterven is voor het eerst vanuit het publiek tijdens het Hawks-deel van dit concert meer waardering dan afkeur te horen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten