Lawrence Ferlinghetti

De dichter Lawrence Ferlinghetti is vandaag 99 jaar geworden. Om dit te vieren hieronder een fragment uit het hoofdstuk Dylan & Ferlinghetti uit mijn binnenkort te verschijnen boek Dylan & de Beats. Na dit fragment nog enkele regels uit het gedicht Adieu À Charlot; The Second Populist Manifesto van Lawrence Ferlinghetti.

Dylan & Ferlinghetti

Ralph Gleason, stage manager tijdens Bob Dylans persconferentie op 3 december 1965 in San Francisco, is vrij negatief over Lawrence Ferlinghetti’s reactie op het fenomeen Bob Dylan. In de Dylan-biografie van Robert Shelton zegt hij over Bob Dylans concert in Berkeley in 1965 onder andere: “The San Francisco poets freaked out when they saw this Dylan thing happening. I thought Larry [Lawrence Ferlinghetti] was a tragic figure that weekend, a shaken and embittered man. You know. ‘What is that stringy kid doing up there with his electric guitar?’ I mean, ‘I am a major poet, and this kid has thirty-five hundred kids in this hall.’ Larry has been mumbling to himself ever since.”
Ik heb me altijd verbaasd over het beeld van Lawrence Ferlinghetti als de verbitterde man zoals Gleason dat schetst. Het is een beeld dat totaal niet past bij het beeld dat ik van Ferlinghetti in de loop der jaren heb gekregen.
Is mijn beeld dan verkeerd? Was Lawrence Ferlinghetti halverwege de jaren zestig rancuneus over het feit dat hij als major poet welleswaar goed verkocht en naamsbekendheid genoot, maar niet, zoals Bob Dylan, een hal vol devote luisteraars wist te vullen?
Ik betwijfel het.

Bob Dylan en Lawrence Ferlinghetti zagen elkaar veelvuldig in december 1965. Bob Dylan was begin december naar San Francisco gekomen voor een aantal concerten in en rond de stad aan de westkunst van de Verenigde Staten. Lawrence Ferlinghetti, Bob Dylan en enkele anderen dineerden samen bij een Japans restaurant vlak na Dylans aankomst in San Francisco. Ferlinghetti was bij de persconferentie van Bob Dylan op 3 december 1965. Diezelfde avond en die avond daarna bezocht Ferlinghetti Dylans concert. Twee dagen later, op 5 december, mocht Bob Dylan onderduiken in de kelder van Ferlinghetti’s City Lights Bookstore in afwachting van de fotosessie met Ginsberg, McClure en Robbie Robertson in de steeg naast de boekwinkel. Na deze fotosessie ging het gezelschap, inclusief Bob Dylan en Lawrence Ferlinghetti, wat drinken. Als Lawrence Ferlinghetti echt zo rancuneus was als Ralph Gleason beschrijft zou hij dan in de vroege decemberdagen van 1965 dusdanig veel hebben opgetrokken met Bob Dylan? Ik denk het niet.
Ik geloof er niks van dat Lawrence Ferlinghetti, zoals Ralph Gleason beschrijft, volledig van zijn padje raakte door het succes van Bob Dylan.

Ruim anderhalf jaar voor die decemberdagen van 1965 zocht Bob Dylan al eens contact met de dichter en uitgever van onder andere Allen Ginsbergs Howl and Other Poems (1956): Lawrence Ferlinghetti.
Dat was echter niet de eerste keer dat Bob Dylan en Lawrence Ferlinghetti elkaar spraken.
In 1961 – aldus Ferlinghetti tegen auteur Michael Goldberg – liepen de mannen elkaar voor het eerst tegen het lijf. Ferlinghetti stapte uit de lift in het gebouw (333 Sixth Avenue, New York) waar uitgeverij New Directions was gevestigd op zijn weg naar buiten toen hij, in de lobby, werd aangesproken door een jongeman met een gitaar. Deze jongeman wilde – aldus Ferlinghetti – dat New Directions zijn gedichten publiceerde.
Pas nadat Bob Dylan bekend werd realiseerde Lawrence Ferlinghetti zich dat de jongeman die hij in 1961 in de lobby van New Directions tegen lijf was gelopen Bob Dylan was. Bob Dylan was zich op die dag in 1961 – aldus Ferlinghetti – niet bewust van het feit dat hij een van de door hem bewonderde dichters aansprak.

Op donderdag 20 februari 1964 bezocht Bob Dylan Ferlinghetti in San Francisco om hem uit te nodigen voor zijn concert in Berkeley van twee dagen later, maar de dichter bleek niet thuis te zijn.  Zo’n twee maanden later schreef Bob Dylan aan de vooravond van een reis naar Frankrijk een brief aan Ferlinghetti. In deze brief heeft Bob Dylan het over nog te schrijven “poems of grand embarassment” welke hij naar voltooiing Ferlinghetti zal sturen. Ik kan niet aan de indruk ontkomen dat deze geplande gedichten een voorloper zijn van wat wij nu kennen als het boek Tarantula en dat Bob Dylan deze gedichten aan Ferlinghetti wilde sturen in de hoop op een uitgave door de door Ferlinghetti opgerichte uitgeverij City Lights Books.
Enkele maanden voor Bob Dylan bij Lawrence Ferlinghetti op de stoep stond spraken Bob Dylan en Lawrence Ferlinghetti met elkaar over een mogelijke uitgave van gedichten van Bob Dylan door City Lights Books.
Sean Wilentz in zijn boek Bob Dylan In America (2010): “At some point in 1963, he [Dylan] met Lawrence Ferlinghetti, and the two discussed possibly publishing a book of Dylan’s writing, in the City Lights Pocket Poets Series.”  Deze ontmoeting, aldus Dylanoloog Clinton Heylin in zijn boek A Life In Stolen Moments (1996), vond plaats in het najaar van 1963 in New York.
Er is (helaas) nooit iets van Bob Dylan door City Lights Books uitgegeven. Heeft Bob Dylan nooit een manuscript naar Lawrence Ferlinghetti gestuurd of werd de inhoud van het door Bob Dylan gestuurde manuscript door Ferlinghetti te licht bevonden? Volgens Clinton Heylin in zijn boek Judas! zorgde de tussenkomst van Bob Dylans manager Albert Grossman er voor dat City Lights Books nooit iets van Bob Dylan publiceerde. Heylin: “At one point in 1964, owner [van City Lights Books] Lawrence Ferlinghetti, an important poet in his own right, had even entered into correspondence with Dylan about publishing a book of poetry, before Grossman headed him off at the pass, signing his client with the mainstream Macmillan, much to Dylan’s growing chagrin.”
Het is opvallend dat Bob Dylan chagrijnig werd toen hij hoorde dat zijn manager Albert Grossman een contract had getekend met Macmillan. Het lijkt er op dat Bob Dylan zijn boek liever gepubliceerd zag worden door City Lights Books, dan door de rijke, voor publiciteit kunnen zorgende uitgeverij Macmillan. De reden daarvoor lijkt voor de hand liggend: wat City Lights Books, in tegenstelling tot Macmillan, te bieden heeft is de associatie met het werk van de Beats. City Lights Books had begin 1964 immers al boeken van onder andere Allen Ginsberg (enkele dichtbundels, plus het samen met William Burroughs geschreven The Yage Letters, 1963), Jack Kerouac (Book Of Dreams, 1961), Lawrence Ferlinghetti (Pictures Of The Gone World, 1955), Gregory Corso en Michael McClure uitgegeven.

In de zomer van 1965, vlak na de bekende poëzielezing op 11 juni in de Royal Albert Hall te Londen waar onder andere Allen Ginsberg en Lawrence Ferlinghetti voorlazen, gaf Ferlinghetti een interview aan Penthouse. Tijdens dit interview wordt Ferlinghetti gevraagd om een top vijf van hedendaagse dichter te noemen. Na het noemen van enkele namen (onder andere Ginsberg, Neruda en Voznesenky) haalt Ferlinghetti flink uit naar de zogenaamde academische dichters. Vervolgens legt hij een link tussen de jeugd en de niet-academische dichters: “It happens that when you look across the world you find out what the poets and the youths and the younger generation latch on to in the American scene. The Beatles, for instance, or Bob Dylan or all the folk singers in Engeland – what did they latch on to? They didn’t latch on to the traditions and pick up the ideas and the poems of the American Academic poets. […] 20-year olds picked up on the beats and there is a great affinity between what is happening in Engeland, say in folk singing circles and the beat poets.”  Dit is niet de verbitterde man zoals Ralph Gleason schetst, dit is een man die een directe, positieve link ziet van de Beat-dichters naar de jeugd anno 1965, waaronder Bob Dylan.
Tijdens ditzelfde interview, wanneer Ferlinghetti wordt gevraagd naar het belang van politiek in de moderne poëzie, zegt Ferlinghetti onder andere: “The masters of war, as the Dylan song goes, are running the world and no one is saying anything and so the poet has to speak up”.
Het moge duidelijk zijn dat Lawrence Ferlinghetti ruim voor hij begin december 1965 Bob Dylan een aantal malen zag zich bewust was van niet alleen de muzikant Bob Dylan, maar ook van het belang van de dichter Bob Dylan voor de moderne poëzie in het algemeen en de voortzetting van de door de Beat-dichters ingeslagen weg in het bijzonder.

Meer over de invloed van de dichter Lawrence Ferlinghetti op Bob Dylan (en vice versa) in het binnenkort te verschijnen boek Dylan & de Beats. Hieronder nog een fragment uit Ferlinghetti's Adieu À Charlot; The Second Populist Manifesto

(...)
Lived out the D.H. Lawrence myth
in The Plumed Serpent
in Mexico Lake Chapalla
And the Malcolm Lowry myth
Under the Volcano at Cuernavaca
And then the saga of On the Road
and the Bob Dylan myth Blowing in the Wind
How many roads must a man walk down
How many Neal Cassadys on lost railroad tracks
How many replicas of Woody Guthrie with cracked guitars
How many photo-copies of longhaired Joan
How many Ginsberg facsimiles and carbon-copy Keseys
still wandering the streets of America
(...)

Happy birthday, mister Ferlinghetti

Geen opmerkingen: