altijd onderweg naar thuis

Het is zondag, voor ik met mijn ogen kan knipperen, is het kerstmis. De boom vol lampen & ballen staat in de kamer, voor het raam. 'Mevrouw Tom' is, samen met dochterlief, al de gehele dag bezig met voorbereidingen treffen voor de kerstdagen. Denk: broodjes bakken, gesmolten chocolade in vormpjes gieten & versieren.
In de middag zet ik de derde cd van The Bootleg series op & laat me verrassen door 'Angelina', 'Lord protect my child' & 'Tell me'. Dat laatste nummer heb ik gisteravond ook gehoord, in een gezelschap van pratende mensen leek ik de enige te zijn die het hoorde, die het herkende. Ik draai het deze middag nogmaals omdat er gisteren in de brij van woorden om mij heen zoveel verloren is gegaan.
Nadat de derde cd aan het eind is gekomen, schuif ik de eerste cd in de speler. Vandaag is uitermate geschikt om schijt te hebben aan de volgorde. Ik bepaal, niet de samensteller van de boxset.
Ik begin niet bij de eerste track, maar bij 'House carpenter'. Daar is maar één geldige reden voor: ik wil 'House carpenter' horen, niet de eerste track.

In mijn wilde dagen toen ik nog dacht iets te kunnen, heb ik dat nummer nog op gitaar gespeeld. De akkoorden zijn uit mijn kop gegleden, de vingers zijn te stijf geworden om nog de snaren te kunnen beroeren.
Ik moet een jaar of veertien geweest zijn toen ik mijn vader & moeder mededeelde dat ik gitaar wilde spelen. Mijn vader had in zijn jonge jaren ook gitaar gespeeld. Hij had zijn gitaar - een model uit de jaren vijftig - aan een nicht van hem gegeven. Zij speelde er niet meer op & dus reden we de tientallen kilometers om de gitaar op te halen.
Niet dat deze gitaar nog bespeelbaar was, de hals was zo krom als een hoepel doordat de gitaar te veel jaren op een zolder had gestaan met gespannen snaren.
Pas twee gitaren later leerde ik 'House carpenter' spelen.
De enige keer dat ik mijn vader gitaar heb horen spelen, speelde hij 'Tom Dooley'. Zijn kromme vingers konden nauwelijks de akkoorden vinden.

Ergens tussendoor heb ik een dialoog geschreven, uit het niets. Na het opschrijven van een eerste zin, volgden er als vanzelf meer. De vingers ratelden maar door over het toetsenbord. Te vaak ben ik tussendoor de draad kwijtgeraakt om 'm een zin verder weer te vinden. Ik heb het allemaal laten staan, weggooien doe ik al te vaak.
Er is veel gelogen in die dialoog. In liegen is ook een verhaal te vinden.

Na de mosterdsoep kijken de kinderen naar de televisie, nog even voor het naar bed gaan. De muziek is uit huis verdwenen om de dialogen op de buis te kunnen verstaan.
In mijn achterhoofd zingt Dylan 'Billy', ik hoef de film er niet bij te zien. Misschien is 'Billy' wel een betere kerstplaat dan welk nummer dan ook op Christmas in the heart.
Vandaag heb ik daar geen twijfels over.

Billy, you’re so far away from home